Nieuws

Het Cornelius Haga Lyceum zet door

Tekst Hannah Wolff
Gepubliceerd op 26-03-2020 Gewijzigd op 26-03-2020
Het Cornelius Haga Lyceum heeft zich staande gehouden. Vorig jaar ontstond ophef nadat de AIVD zorgen had geuit over het vermeende extremistische gedachtengoed op de school. Inmiddels hebben vrijwel alle spelers in dit verhaal kritiek geïncasseerd: de Onderwijsinspectie, minister Slob, staatssecretaris Dekker, en de AIVD.

Iedereen onder de loep

De vorige keer dat Didactief over het Haga berichtte, zou de rijksbekostiging per 1 december 2019 stoppen. Minister van Onderwijs Arie Slob (CU) had daartoe besloten omdat het bestuur van het Cornelius Haga lyceum niet was opgestapt, ondanks herhaalde verzoeken van de minister, de gemeente Amsterdam, en haar burgemeester Femke Halsema. Het bestuur van het Haga bestreed de stopzetting van de financiën in november 2019. De Raad van State oordeelde toen dat minister Slob zich niet aan zijn eigen beleidsregels had gehouden (NRC, 20 januari 2020) en dat hij de financiering van de school niet in één keer mocht opschorten (NRC, 15 december 2019). Op 20 januari oordeelde de rechter dat Slob het bestuur überhaupt niet had mogen vragen te stoppen: van ontoereikend burgerschapsonderwijs was geen sprake, van financieel wanbeheer slechts in beperkte mate (NRC, 21 januari 2020).

Maar de AIVD had toch gewaarschuwd dat het helemaal mis was op deze islamitische middelbare school? De Commissie van toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (CTIVD) komt in december 2019 tot een ander oordeel. Zij concludeert dat het verstrekken van de ambtsberichten uit december 2018 en januari 2019 ‘over het algemeen rechtmatig was’, maar delen van deze berichten ‘niet goed onderbouwd of onzorgvuldig verwoord’. Zij hebben het beeld dat in de buitenwereld is ontstaan van de school en de daarbij betrokken personen flink beïnvloed. Het CTIVD oordeelt dat de AIVD over onvoldoende inlichtingen beschikte voor de beschuldiging dat directeur-bestuurder Soner Atasoy en zijn broer Son Tekin, die als beleidsmedewerker aan de school verbonden is, contact onderhielden met de terroristische groepering Het Kaukasus Emiraat. Ook de bewering  dat de Atasoys ‘de helft van het curriculum aan de salafistische geloofsleer’ willen wijden, is volgens de toezichthouder ‘ongenuanceerd’ (de Volkskrant, 6 december 2019). Volgens meerdere Kamerleden doen de fouten van de AIVD echter niet af aan de bezwaren tegen de school (de Volkskrant, 8 december 2019).

Net als de AIVD krijgt de Onderwijsinspectie ferme kritiek over zich heen. Ze beoordeelde het Haga op punten die de wet helemaal niet begrenst. Het burgerschapsonderwijs werd bijvoorbeeld getoetst aan een niet bestaand wettelijk kader (NRC, 21 januari 2020) volgens de rechter.
Naast het Haga telt Nederland op dit moment één andere islamitische middelbare school: het Avicenna College in Rotterdam. Het bestuur daarvan is sinds 2017 van plan meer scholen te openen, in Den Haag en Amsterdam. In februari 2020 gaf de Onderwijsraad een negatief advies over deze uitbreidingsplannen, vorige week werd bekend dat minister Slob dat advies overneemt (Het Parool, 18 maart 2020).

 

Hoe zat het ook alweer?

  • In juni 2010 stopt de rijksbekostiging van het Islamitisch College Amsterdam (ICA), omdat de kwaliteit van het onderwijs onder de maat is en er niet genoeg leerlingen zijn. De school gaat failliet en sluit de deuren.

  • In 2011 doet de Stichting Islamitisch Onderwijs (SIO) (waarvan bestuursleden betrokken waren bij het ICA) een aanvraag voor oprichting van een nieuwe islamitische scholengemeenschap. Volgens berekeningen van de stichting zouden er genoeg potentiële leerlingen zijn voor de school. De minister van Onderwijs keurt het verzoek goed.

  • In juli 2013 zeggen de gemeente Amsterdam en staatssecretaris van Onderwijs Sander Dekker (VVD) niet mee te willen werken aan de huisvesting van de school, ondanks het positieve oordeel van het ministerie van Onderwijs. Volgens de gemeente is de aanvraag van SIO eigenlijk een voortzetting van het gesloten ICA. De gemeente heeft geen vertrouwen in de competentie van dit schoolbestuur.

  • In 2014 begint de SIO een rechtszaak tegen de gemeente Amsterdam, om zo alsnog bekostiging voor de school af te dwingen. SIO krijgt in 2015 gelijk van de Raad van State: uiterlijk 1 augustus moet Amsterdam een gebouw ter beschikking stellen. Staatssecretaris Dekker verzoekt de Onderwijsinspectie een onderzoek te beginnen naar het bestuur van het SIO.

  • De Inspectie meldt in 2016 dat het SIO niet wil meewerken aan een onderzoek, waarop Dekker de financieren definitief afblaast.

  • In april 2017 gaat het SIO in hoger beroep tegen Dekker’s afwijzing van de financiering.

  • In juli 2017 oordeelt de Raad van State dat de gemeente Amsterdam en staatssecretaris Sander Dekker de scholengemeenschap moeten bekostigen, omdat de bezwaren tegen het schoolbestuur niet onderbouwd zijn. Kort daarna opent de school onder de naam Cornelius Haga Lyceum voor schooljaar 2017-2018.

  • Half maart 2019 stuurt de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV), op basis van informatie van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD), een ambtsbericht naar burgemeester van Amsterdam Femke Halsema.

  • Het Cornelius Haga Lyceum wordt beschuldigd van contacten met de extremistische terreurgroep Kaukasus Emiraat en met salafistische ‘haatpredikers’, van het geven van anti-democratische, salafistische lessen en van het hinderen van de Onderwijsinspectie tijdens een voorgenomen bezoek.

  • De Amsterdamse gemeenteraad eist dat het schoolbestuur opstapt en bevriest alle gemeentelijke subsidies. De Inspectie start een nieuw onderzoek.

  • In april 2019 volgen nieuwe beschuldigingen, ditmaal van financieel wanbeleid: directeur Atasoy zou zichzelf en enkele familieleden meer uitbetalen dan wettelijk is toegestaan.

  • Dit onderzoek leidt tot een concept-rapport. In juni eist het Haga Lyceum in een kort geding dat de publicatie van dit rapport wordt tegengehouden, en dat de school opnieuw wordt beoordeeld.

  • In juli doet de rechtbank uitspraak: het rapport wordt gepubliceerd zoals het was, de onvoldoende is officieel. De onvoldoende wordt echter gegeven vanwege het financiële beleid en het bestuur, op de school zijn geen aanwijzingen gevonden voor salafistische invloeden en antidemocratisch onderwijs.

  • Op basis van dat negatieve rapport draagt minister Slob op 16 september de school via een aanwijzing (een verplichte opdracht) op een nieuw bestuur te vormen, anders volgen financiële maatregelen.

  • Op 17 oktober is er nog steeds geen nieuw bestuur. Per 1 december 2019 wil minister Slob de rijksbekostiging stopzetten. De gemeentelijke subsidies blijven ook bevroren. De gemeente Amsterdam zoekt nog naar een manier om de leerlingen bij elkaar te houden na 1 december.

  • Op 11 november 2019 wint het Haga de hoorzitting over Slob’s aanwijzing en het Inspectierapport van juli. De rechter oordeelt dat minister Slob zich niet aan de regels heeft gehouden, en dat hij de financiering van de school niet mocht opschorten.

  • Op 20 januari 2020 oordeelt de rechter dat Slob het bestuur überhaupt niet had mogen vragen te stoppen. Ook de Inspectie krijgt een tik op de vingers.

 

Dit is het vijfde deel in de serie over het Haga, na Impasse rond het Cornelius Haga Lyceum, Stand van zaken rond het Cornelius Haga Lyceum, Het Cornelius Haga Lyceum versus de Inspectie en Het doek valt voor het Cornelius Haga Lyceum.

Lees meer over de Inspectie in Didactief, april 2020.

Click here to revoke the Cookie consent