Kosten/baten overheidsbeleid

Tekst Jo Kloprogge
Gepubliceerd op 05-12-2016
Laten we eens even kijken naar twee stukjes onderwijsbeleid van de laatste jaren. We nemen de kwaliteit van de leraren en we nemen cultuuronderwijs.

Omdat betere leraren leiden tot betere leerprestaties, investeerde de overheid tussen 2008 en 2013 bijna 400 miljoen in scholingsbeurzen voor leraren. Onderwijseconoom Marc van der Steeg onderzocht of die investering ook heeft gewerkt. Hij kon vanwege de aard van de regeling leerkrachten die de interventie wel en niet hebben gekregen onderscheiden. De werking van de regeling blijkt nogal beperkt.

De meerderheid van de beurzen is gebruikt voor opleidingen die anders toch wel uit reguliere scholingsbudgetten en/of door leraren zelf zouden zijn bekostigd. Ook investeert de overheid sinds 2009 circa 60 miljoen euro per jaar om meer leraren in de Randstad in een hogere salarisschaal te kunnen plaatsen, met als doel de aantrekkelijkheid van het lerarenberoep in de Randstad te vergroten en toekomstige tekorten terug te dringen. Maar ook hier is het effect van de maatregel beperkt.

Van der Steeg concludeert dat dit beleid heeft geleid tot iets meer behoud van leraren voor de Randstad (circa 125 leraren per jaar op een totaal van circa 30 duizend leraren). Dit komt neer op een bedrag van circa 400 duizend euro dat nodig is om 1 leraar te behouden voor de Randstad. Daarnaast heeft het beleid geleid tot een beperkt hogere scholingsdeelname (van 2,3 naar 3,2 procent van de leraren die jaarlijks een lerarenbeurs aanvraagt). Er is geen effect gevonden op het aandeel bevoegd gegeven lessen. Al met al nogal veel geld met weinig opbrengst.

In de afgelopen jaren is ook geïnvesteerd in cultuuronderwijs. Steeds meer leerlingen komen in aanraking met cultuur. Meer dan de helft van de Nederlandse basisscholen biedt inmiddels kwalitatief goed cultuuronderwijs aan. Ook hier gaat de overheid investeren. De minister stelt de komende jaren € 5 miljoen beschikbaar voor een subsidieregeling voor pabo’s en conservatoria om de professionele ontwikkeling van leraren op het gebied van cultuuronderwijs te bevorderen. Daarnaast maakt de minister de komende jaren €1,2 miljoen extra per jaar voor de impuls muziekonderwijs vrij en investeert ze het cultuuronderwijs op het vmbo met € 1,2 miljoen per jaar. Door een subsidieregeling van €25 miljoen kunnen scholen verder voor muziekonderwijs subsidie aanvragen om de kwaliteit van hun muziekonderwijs te vergroten. De regeling is populair – van 557 scholen is dit schooljaar de aanvraag gehonoreerd. Scholen kunnen zich nog tot 1 april 2017 inschrijven voor het schooljaar 2017 – 2018.

Al met al nogal weinig geld met veel rendement.

Wat kunnen we hieruit leren? In ieder geval kan een les zijn dat ondoordacht met veel geld smijten niet altijd zinvol is. Ook dat je soms, zoals in het beleid ten aanzien van cultuur met betrekkelijk bescheiden investeringen veel kunt bereiken. En vergis je niet. Het is van groot sociaal en economisch belang dat kinderen in aanraking komen met cultuur. Het zou de overheid sieren als ze eens een goede analyse presenteert van de kosten en baten van investeringen in het onderwijs van de afgelopen jaren. Niet om achteraf te zeuren over goed of fout beleid, maar om lessen te trekken voor de toekomst.

 

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent