'Het onderwijs is voor veel bedrijven een dankbaar doelwit. Fossiele giganten als Shell – waarvan het winstmodel rechtstreeks ingaat tegen de belangen van onze kinderen – stoppen veel tijd en moeite in lesmateriaal om jongeren ervan te overtuigen dat ze de good guys zijn. Het punt is: dat zijn ze niet.
Het is geen geheim dat Shell haar geld verdient met een onhoudbaar bedrijfsmodel: zowel technisch, financieel als moreel. De bekende wetenschapper George Monbiot noemde Shell zelfs een planetaire doodsmachine.
De klimaatcrisis woedt hevig, maar Shell weigert afstand te nemen van haar fossiele bedrijfsvoering. Niets daarover in de gelikte lespakketten, waarin het bedrijf zich onterecht als groene koploper presenteert. Kinderen wordt de associatie opgedrongen van Shell als duurzaam en toekomstbestendig bedrijf. Het verzet tegen dergelijke greenwashing groeit. Ouders maken steeds vaker bezwaar tegen deze als lesmateriaal vermomde marketing en waakhonden zoals Fossielvrij Onderwijs doen daarbij belangrijk werk.
Is er niets dat scholen beschermt tegen deze beïnvloeding? Ja, een relatief onbekend convenant met de Reclame Code Commissie als scheidsrechter. Het betreft een tamelijk vrijblijvende overeenkomst waarin partijen elkaar beloven het niet te bont te maken met de beïnvloeding.
In de Tweede Kamer kwam het recent tot een doorbraak. Na een lange strijd werd een motie van de Partij voor de Dieren aangenomen, waarin de regering aan het werk wordt gezet om te onderzoeken hoe de onderwijsinspectie een toezichthoudende rol kan krijgen op de elementen van het onderwijs die worden georganiseerd door bedrijven. Als het werkelijk allemaal zo onschuldig is als Shell zegt, zullen ze dit verscherpte toezicht omarmen.'
Lammert van Raan, Tweede Kamerlid Partij voor de Dieren.
'De onderwijsinspectie is altijd welkom om een kijkje te komen nemen bij onze techniekevenementen of onze onderwijsprogramma’s op scholen. Er is per slot van rekening altijd ruimte voor verbetering en wie weet steken we iets van elkaar op.
Wat ons verbaast, is de veronderstelling dat samenwerking tussen onderwijs en bedrijven iets negatiefs is, een probleem. Wij zien het als een kans, ja misschien zelfs als een noodzaak. Om te beginnen kennen we niet alleen in Nederland, maar wereldwijd een groeiend tekort aan technisch talent. Technisch talent is wat we de komende jaren extra hard nodig zullen hebben voor de energietransitie.
Om ervoor te zorgen dat dit tekort niet verder oploopt, worden al vier jaar met succes het Generation Discover-festival en de Bright Ideas Challenge georganiseerd. Dit doet Shell samen met partners uit het bedrijfsleven, de overheid, science centers en kennisinstellingen. Daarnaast is Jet-Net & TechNet opgericht, een jongeren- en technologienetwerk, bedoeld om jongeren enthousiast te maken voor technisch onderwijs. Leuk voor de jongeren, belangrijk voor de energietransitie, en nodig voor de ontwikkeling van technisch talent.
Maar met jongeren enthousiast maken voor techniek, zijn we er nog niet. Op school geleerde vaardigheden moeten worden onderhouden en, minstens zo belangrijk, moeten aansluiten op de vraag van de arbeidsmarkt. Per slot van rekening wil je jongeren opleiden met kennis waar de arbeidsmarkt om staat te springen. Samenwerking tussen onderwijs, bedrijfsleven en overheid is daarom essentieel en werkt al jaren goed.
Tot slot: wij denken dat leerlingen gebaat kunnen zijn bij hulp en kennis van buitenaf, als aanvulling op het reguliere lesprogramma. Bovendien geloven wij dat scholen heel goed in staat zijn om zelf te bepalen wat een nuttige aanvulling is. Wat Shell betreft, blijven scholen ook in de toekomst vrij om hun eigen keuzes te maken.'
Anne Schreuder, MVO-manager Shell Nederland.
Dit artikel verscheen in Didactief, december 2019.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven