Voorstanders zijn van mening dat segregatie op school de sociale cohesie en integratie in de maatschappij in het algemeen in de weg zou staan. Maar ik denk dat het bij elkaar zetten van kinderen van verschillende etnische achtergronden de sociale cohesie niet per se zal versterken. Sterker nog, dit kan het tegenovergestelde effect hebben.
Ik weet niet of u weleens een gemengde basisschool bent binnen gelopen, maar in mijn ervaring als bijlesdocent waren de vriendengroepjes altijd strikt gescheiden naar etniciteit. In klassen waar veel gepest werd, ging dit met name over uiterlijke kenmerken of geloofsovertuigingen. Ik kreeg totaal niet de indruk dat in deze gemengde klassen de interculturele tolerantie hoger lag. Misschien was deze zelfs wel lager. Een wetenschappelijk onderbouwde theorie die deze gedachte bevestigt is de ‘conflicttheorie’, die zijn wortels vindt bij sociologen als Marx en Weber. Deze theorie laat zien dat etnische diversiteit in een competitieve omgeving, zoals een school, juist conflicten uitlokt. Negatieve houdingen ten opzichte van een groep zouden hierdoor alleen maar toenemen.
Moeten we dan juist gemengde scholen boycotten? Nee, want het kan ook anders. Een mooi voorbeeld biedt hetgeen gebeurde in het Amerikaanse leger vlak na de Tweede Wereldoorlog. Omdat het leger aangesterkt moest worden, werden niet meer alleen witte maar ook zwarte soldaten toegelaten. Deze desegregatie was voor sociologen het perfecte experiment om te onderzoeken hoe de samenwerking binnen zo’n organisatie zou verlopen. En wat bleek? Maar liefst 62% van de soldaten die tijdens hun dienst in een volledig wit peloton zaten, waren tegen de komst van zwarte soldaten. Bij de pelotons die wel etnisch gemengd waren, was het percentage tegenstanders maar 7%. De etnisch gemengde samenstelling zorgde hier dus wél voor positievere houdingen tegenover elkaar.
Nu vraagt u zich af: ‘Waarom lukte het daar dan wel? Hoe zit dat met die conflicttheorie?’ Gordan Allport zocht dit in 1954 uit en kwam met de ‘contacttheorie’. De contacttheorie stelt dat het hebben van interetnisch contact vooroordelen tegenover de andere etnische groep wegneemt, mits er wordt voldaan aan een vijftal voorwaarden. De eerste voorwaarde is het hebben van een gelijke status. In de klas zou iedereen een gelijke status moeten hebben. De tweede voorwaarde is het opdoen van duurzame contacten. Leerlingen zouden niet alleen elkaars naam moeten kennen, maar ook vriendschappen aan moeten gaan. De derde voorwaarde is het hebben van gedeelde doelen wat samengaat met de vierde, namelijk samenwerking tussen groepen. Kinderen met verschillende achtergronden zouden moeten samenwerken om een gemeenschappelijk doel te bereiken zonder onderlinge strijd. De laatste voorwaarde van Allport is ‘overheidssteun’. Hij bedoelt hiermee dat contact tussen groepen gesteund dient te worden door autoriteiten. De overheid, schoolbesturen en leraren zouden het aangaan van interculturele contacten moeten stimuleren. Desegregatie kan dus wel degelijk interculturele tolerantie creëren en vooroordelen verminderen, maar het gaat niet vanzelf.
Ook ik ben van mening dat kinderen moeten leren samenleven in een multiculturele samenleving zonder vooroordelen. Desegregatie kan hierin een belangrijke rol spelen. Echter desegregatie alleen is niet genoeg: Kinderen met verschillende etnische achtergronden moeten de mogelijkheid krijgen om waardevolle relaties met elkaar op te bouwen. Zet kinderen met verschillende etnische achtergronden naast elkaar in de klas, laat ze samenwerken en geef ze een gezamenlijk doel. Laten we als-je-blieft niet alleen kijken naar hoe we de schoolsegregatie kunnen stoppen, maar ook naar wat er binnen scholen nog moet gebeuren. Pas dan zal desegregatie haar vruchten afwerpen.
Nienke Boere, studente Onderwijskunde aan de Universiteit van Amsterdam en deelnemer aan het excellentieprogramma.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven