Verbeeldingsbibliotheek

Tekst Paul Kirschner
Gepubliceerd op 06-10-2020
De Imagination Library verstuurt gratis boeken naar gezinnen met jonge kinderen. En dat werkt als een katalysator voor vroege leesvaardigheid.

In de auto luister ik graag naar podcasts. Laatst beluisterde ik de negendelige Dolly Parton’s America, gemaakt door de Libanees-Amerikaanse Jad Abumrad, die ook het thematische Radiolab maakt. Een van de afleveringen ging over Dolly Parton’s Imagination Library (‘verbeeldingsbibliotheek’). Deze stuurt kinderen gratis boeken van hoge kwaliteit en geschikt voor hun leeftijd, vanaf hun geboorte totdat ze naar school gaan en ongeacht het gezinsinkomen. Voor dit project liet Parton zich inspireren door haar vader, die niet kon lezen of schrijven. Ze begon ermee in 1995 in haar geboortestreek, waarna het project snel groeide. Het bleek zo’n succes dat het in 2000 werd uitgebreid naar de hele Verenigde Staten (en inmiddels Australië, Ierland, Groot-Brittannië en Canada); in 2018 had Dolly’s bibliotheek honderd miljoen boeken verzonden.
Het klonk als een leuk initiatief, maar ik was benieuwd of het ook werkelijk iets uithaalde, zeker in het licht van de verontrustende resultaten van PISA (2018) over de leesvaardigheid van Nederlandse vijftienjarigen. Ik ging op zoek naar onderzoek hiernaar en vond veel studies, bijna allemaal met positieve resultaten. Laat ik er drie belichten.
Chad Waldron (2018) laat zien dat kinderen die via de Imagination Library gratis boeken ontvangen, meer en beter voorbereid zijn op lezen en schrijven aan het begin van groep 3 dan kinderen die niet deelnemen aan het programma. Uit een tweede studie (Ridzi, Sylvia en Singh, 2014) blijkt dat het programma een vliegwieleffect heeft voor het ontwikkelen van vroege leesvaardigheid en ‑rijpheid, ongeacht omstandigheden zoals leeftijd, etnische achtergrond en geslacht van het kind, inkomen, opleidingsniveau en geboorteland van de ouders, en thuistaal (zie ook Taal is echt hun ding). Hoe langer en vaker de boeken voorgelezen en besproken worden, hoe beter de resultaten. Tot slot laten Shahin Samiei en collega’s (2016) zien dat deelnemers aan het programma ook veelal beter presteren op taal en rekenen, los van andere factoren die verband kunnen houden met schoolrijpheid.
Al met al bieden de onderzoeksresultaten reden tot ondersteuning van beleids- of private initiatieven als de Imagination Library. Deze bevorderen de (lees)rijpheid van leerlingen voor het basisonderwijs, door (jonge) kinderen en hun ouders thuis toegang te geven tot materiaal voor vroege geletterdheid.
Deze onderzoeken sluiten overigens ook goed aan bij een meta-analyse van de impact van leesinterventies voor leerlingen in de eerste jaren van het basisonderwijs door Russell Gersten en collega’s (2020). Zij keken naar leerlingen die een risico liepen op leesproblemen in groep 3 tot 5 (dit waren degenen die in een gestandaardiseerde leestoets bij de onderste 40% uitkwamen), in 33 rigoureuze (quasi-)experimentele onderzoeken, uitgevoerd tussen 2002 en 2017. Hun conclusie: door vroege leesinterventies gaan deze kinderen beter lezen.
De prestaties die de onderzoekers bekeken, waren onder andere leesbegrip, -snelheid (reading fluency) en het kunnen lezen van woorden en nepwoorden. Leerlingen deden het op al deze uitkomsten significant beter dan leeftijdgenoten die reguliere lessen kregen, of de aanpak nou bedoeld was voor individuele leerlingen of voor de hele klas, ongeacht wie de interventie uitvoerde (leraar, onderwijsassistent, onderzoeker) en hoeveel tijd diegene er ook maar aan besteedde (tussen 45 minuten en ruim vier uur per week).
En wat waren die interventies dan precies? Allemaal behandelden ze meerdere aspecten van het leren lezen, zoals fonologisch bewustzijn, decoderen, vloeiend lezen (passage reading fluency), spellen en soms schrijven. Bijna alle interventies draaiden op een of andere manier om leesbegrip, maar woordenschat en begrijpend-leesinstructie kwamen er zelden in voor. Bij vrijwel alle interventies gaf de leraar systematische, expliciete instructie.
We kunnen blijkbaar veel bereiken als we de kracht van verbeelding gebruiken!

 

Paul A. Kirschner is emeritus hoogleraar Onderwijspsychologie aan de Open Universiteit en gasthoogleraar aan de Thomas More Hogeschool (België). 



Bronnen

Gersten, R., Haymond, K., Newman-Gonchar, R., Dimino, J. & Jayanthi, M. (2020) Meta-analysis of the impact of reading interventions for students in the primary grades. Journal of Research on Educational Effectiveness, 13, 401-427.

Ridzi, F., Sylvia, M. R., & Singh, S. (2014). The Imagination Library Program: Increasing parental reading through book distribution. Reading Psychology, 35, 548-576.

Samiei, S., Bush, A. J., Sell, M., & Imig, D. (2016). Examining the association between the Imagination Library Early Childhood Literacy Program and kindergarten readiness. Reading Psychology, 37, 601-626.

Waldron, C. H. (2018). “Dream more, learn more, care more, and be more”: The Imagination Library influencing storybook reading and early literacy. Reading Psychology, 39, 711-728.

 

Dit artikel verscheen in Didactief, oktober 2020.

Verder lezen

1 In de biotoop van Janneke Visser
2 Jongeren en lezen
3 Lesen auf Deutsch

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent