Een nieuw rondje onderwijsbeleid

Tekst Jo Kloprogge
Gepubliceerd op 04-09-2012
Jo Kloprogge - Na de verkiezingen en de kabinetsformatie kunnen we een nieuw rondje onderwijsbeleid tegemoet zien. Zeker in tijden van crisis is het altijd afwachten wat de politiek bedenkt.

De laatste jaren is er veel gepapt en natgehouden. De belangrijkste positieve ontwikkeling was dat er stevig is geïnvesteerd in voor- en vroegschoolse educatie (vve). Nederland heeft op dat punt in ieder geval de aansluiting met andere rijke landen weten te behouden. De belangrijkste negatieve ontwikkeling was de ongeremde bureaucratisering van het onderwijs. Je zou haast denken dat men in Den Haag alles op alles zet om de lol die leerkrachten hebben in het lesgeven te verpesten. Verder zien we vooral halfslachtig beleid op het gebied van bijvoorbeeld leertijdverlenging, professionalisering, en het betrekken van ouders bij de school. Als je het beleid zou moeten waarderen, is het aarzelen tussen een vijfje en een zes min. Dat is erg weinig nu kwalitatief hoogwaardig onderwijs meer dan ooit nodig is om de economie te stutten. Kijk maar naar Griekenland waar een traditie van slecht onderwijs een ernstige handicap is bij pogingen om weer een economie op te bouwen.

Hebben onze politici een visie op hoe het onderwijs zich moet ontwikkelen? In de programma's van de politieke partijen kom je helaas weinig inspirerende en nog minder nieuwe ideeën tegen. Een tendens is dat men weer kleinere scholen wil, dat vve belangrijk is, dat de brede school en extra leertijd aandacht verdienen, en dat men de kwaliteit van het onderwijs wil verbeteren. Dat is allemaal oud nieuws. Verder wil elke partij wel een paar eigen stokpaardjes op de scholen botvieren. De PVV wil onze vlag op elke school laten wapperen, de PvdA wil aandacht voor taal en rekenen, de SP wil de PO raad en de andere raden afschaffen, en Groen Links wil kinderen laten sporten en toneelspelen in de natuur. 

Opvallend is dat niemand op het onderwijs zegt te willen bezuinigen en dat nogal wat partijen extra geld in het onderwijs willen steken. Of er iets terecht komt van zo’n belofte is altijd de vraag. Aangezien men weinig concrete ideeën heeft voor de besteding van het geld, kan vrijblijvendheid troef zijn. Maar heel misschien komt er ruimte voor verbetering. Als er meer geld beschikbaar komt, kan het aantal academische gevormde leerkrachten stevig worden vergroot. Als leraren in staat worden gesteld zich blijvend bij te scholen en hun tijd kunnen besteden aan het lesgeven in plaats van aan allerlei andere zaken, zou je al veel vooruitgang kunnen boeken. En verder zou het mooi zijn als er een breed draagvlak binnen en buiten de politiek komt voor het passend onderwijs. Dat is al dertig jaar vooral impasse onderwijs: het moet nu maar eens afgelopen zijn.

Deze column verscheen in Didactief, september 2012.

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent