In de negentiende eeuw verkeerde de Nederlandse keuken in een diep dal. De volksklasse at alleen maar aardappelen, met als gevolg ondervoeding, epidemische ziektes en kindersterfte. Hierin kwam een kentering met de komst van kookscholen (vanaf 1888) en wat later het huishoudonderwijs. Gezonde, gevarieerde voeding was en is een eerste levensbehoefte. Kennis hierover moet worden overgedragen. Ook de kleinsten werden niet vergeten. In Pannekoeken bakken (1920) wordt stap voor stap uitgelegd hoe je deze lekkernij bereidt: van boodschappen doen tot de tafel dekken. Een prachtig prentenboekje ‘voor school en huis’.
Jacques Dane, hoofd collectie Nationaal Onderwijsmuseum
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven