Meer dan meten en toetsen

Tekst René Appelhof
Gepubliceerd op 21-11-2013
René Appelhof - De Onderwijsraad vindt dat het onderwijs verschraalt, omdat het wordt afgerekend op toetsresultaten bij taal en rekenen. Jazeker, onderwijs is meer dan meten en meer dan taal- en rekenen. De schooldagen worden daarom gevuld met vele activiteiten die kinderen vormen en ontwikkelen. Dat is het algemene beeld.

Maar het kan beter.Ik sprak twee moeders met kinderen die twee verschillende Amsterdamse scholen bezoeken. De ene school heeft veel kinderen van goed opgeleide ouders en de andere is een gemengde school met 30% allochtone leerlingen. Mijn vraag: Vind je dat tegenwoordig in de school alles is gericht op taal- en rekenprestaties? Nee, hoor, helemaal niet. Er wordt veel gedaan aan muziek en kunst. Onze school heeft zelfs een zangdocent die dé les van de week geeft. De kinderen gaan naar toneelvoorstellingen en naar musea. Op de andere school werken de leerlingen regelmatig aan projecten met bijvoorbeeld als onderwerp 'mijzelf' of 'de Randstad.' Een ander kind moet auditie doen voor een musical. Een kind van acht jaar is in de leerlingenraad van de school gekozen omdat ze het asfalt van het trapveld wil vervangen door kunstgras zodat de leerlingen niet zo hun broek en knie beschadigen. Een manier van burgerschapvorming, zo'n leerlingenraad.

Twee gesprekken leveren geen representatief beeld op van het basisonderwijs, maar dat geeft de Onderwijsraad ook niet. Met een beetje onderzoek moet het mogelijk zijn om wel een zuiver beeld te schetsen van de huidige basisschool. Ik denk dat het algemene beeld positief zal zijn. Kinderen worden sociaal en cognitief gevormd.

Taal en rekenen zijn altijd belangrijk geweest
Wat is er toch aan de hand dat het onderwijs steeds weer wordt afgeschilderd als een toetsfabriek, nu zelfs min of meer door de Onderwijsraad? Leerlingen zouden tegenwoordig worden afgerekend op taal- en rekenprestaties.

Taal en rekenen zijn altijd belangrijk geweest. De leerplicht is er om er op zijn minst voor te zorgen dat ieder kind leert lezen, spellen en rekenen. Dat lukt nog steeds niet. Er zijn anderhalf miljoen functioneel analfabeten in Nederland die zich met taal niet goed kunnen redden in de samenleving.

Als kind kreeg ik op een zogenoemde opleidingsschool in Utrecht iedere zaterdag een weekkaart met cijfers voor de hoofdvakken mee naar huis. Later op de kweekschool kregen we iedere week een dictee, vier jaar lang. Nog later, als onderwijzer keek ik tweemaal per week veertig taal- en rekenschriften na. De bezoekende inspecteur vroeg altijd eerst naar de taal- en rekenschriften. Hij keek ze na en vond altijd wel een foutje die ik over het hoofd had gezien. Vanaf de jaren zeventig mochten de leerlingen zelf hun eigen werk of dat van een ander kind nakijken. Dat was geen succes. Nu zijn er dan de toetsen. Daar is niets mis mee, mits een juist gebruik ervan.

Monitoren
Terug naar de ouders. Wat vindt u ervan dat kleuters al worden getoetst? Dat vonden die twee moeders best als ze maar horen wat het vervolg is. Op een van de scholen bespreekt de meester de (toets)resultaten met de ouders in aanwezigheid van hun kind. De eerste vraag van de meester is: Vertel eens hoe het met jou gaat in onze klas, wat doe je goed en wat vind je nog moeilijk?

Wat is er mis met zo'n kleutertoets, merkte een van de ouders op. Kijk eens hoe vaak een baby en een kleuter door de consultatiearts wordt getoetst. O wee, een grammetje te licht, neemt u wel tijd voor de voeding? Uw zoontje slist wat, ik verwijs u naar de logopediste. Het hoofdje van uw acht maanden oud dochtertje is wat klein, dat kan druk opleveren, ik verwijs u direct naar een specialist.

Zo lang het gaat om gezondheid kan er niet genoeg gemeten worden, maar in het onderwijs komt het kennelijk allemaal niet zo nauw. De Cito-toets wordt afgedaan als een momentopname op basis waarvan geen beslissing kan worden genomen terwijl in het ziekenhuis een momentopname direct leidt tot een operatie. Er is niks tegen een kleutertoets, maar maak er geen wettelijke verplichting van.

Finland waarborgt de kwaliteit van het onderwijs vooral met een universitaire opleiding van onderwijzers. Misschien dat er daarom in Finland nauwelijks inspectie is en er minder wordt getoetst.

Cultureel kapitaal
De Onderwijsraad pleit voor een breder onderwijsaanbod en meer waardering voor de niet-cognitieve vakken ter bevordering van het cultureel kapitaal. Maar er zijn toch kerndoelen? En scholen stellen een schoolwerkplan op, waarin hun visie op onderwijs staat, hoe ze onderwijs willen geven en wat ze willen onderwijzen. Inderdaad, papier is geduldig en daarom moet de inspectie kijken of de school de mooie woorden in praktijk brengt. Dat doet de inspectie ook en wel zodra de resultaten te wensen overlaten.

Cultureel kapitaal is bepalend voor de ontwikkeling van het kind, constateert de Onderwijsraad. Dat is waar. Maar hoe staat het dan met het culturele kapitaal van de huidige onderwijzer? Ooit werd de onderwijzer op de kweekschool opgeleid tot cultuurdrager met behulp van ondermeer de vakken filosofie, antropologie, sociologie, kunstgeschiedenis en muzikale vorming. Wat is daarvan over?

Radicale vernieuwing?
Een dag na verschijning van de nota van de Onderwijsraad pleit de WRR voor een voorschool in plaats van vrijblijvend peuteren en kleuteren. De WRR adviseert ook een rigoureuze individualisering van het onderwijs. onderwijs op maat, ook in de kleuterklas. Welke onderwijzer weet dat te organiseren en hoe kan dat zonder monitoring, zonder toetsen?

De WRR wijst op landen met een nationaal curriculum. Een goed idee? Het is vloeken in het Nederlandse onderwijs. De Onderwijsraad wil juist de individuele scholen nog meer vrijheid geven. Juist de te grote vrijblijvendheid in kennelijk nogal wat scholen, samen met de al veel langer bestaande verschraling van de onderwijzersopleiding, hebben geleid tot meer controle van de resultaten en de roep om meer aandacht voor de basisvakken.

De WRR pleit ook voor meer leren leren. Dat komt overeen met het advies van de Onderwijsraad die het probleemoplossend vermogen van leerlingen wil bevorderen. Dat is goed, maar bevordering van zo'n vaardigheid vraagt om veel deskundigheid van de onderwijzer. Al vele jaren wordt vastgesteld dat het goed lezen van teksten in de bovenbouw van de basisschool een probleem is. En je moet toch eerst iets begrijpen, wil je een probleem kunnen oplossen.

Radicale vernieuwing van het onderwijs lukt niet in een vrij land. Met veel geld kan de overheid de randvoorwaarden verbeteren zoals de opleiding en beloning van onderwijzers en schoolleiders, de onderwijsmedia en de klassengrootte aanpassen. En dan moeten schoolbesturen en schoolteams nog met vereende krachten aan het werk.

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent