Iedereen, zowel de ongeveer 200 studenten als de bijna twintig docenten, leest op deze twee dagen een half uur: romans, vakboeken, biografieën, levensverhalen, tijdschriften, strips..... Lezen en plezier hebben in lezen, daar gaat het om. Als studenten lezen (weer) leuk gaan vinden, raken zij gemotiveerd om (meer) leeskilometers te maken. Dat is een geweldige stimulans voor hun leesvaardigheid, taalvaardigheid en het vergroten van hun achtergrondkennis. Geen leesverslagen, geen verplichte boekbesprekingen. Het is verboden verder te lezen als je het boek dat je leest niet leuk of interessant vindt. En het werkt.
Lezen in het mbo
Studenten binnen het mbo zijn geen lezers, terwijl er veel gevraagd wordt van de leesvaardigheid van studenten om hun opleiding te kunnen volgen en om deel te nemen aan de maatschappij. Hoe meer studenten lezen, hoe groter hun kans op school- en maatschappelijk succes.
In de landelijk vastgestelde Referentieniveaus voor Taal (en Rekenen) speelt lezen een belangrijke rol. Uit onderzoek uit 2008 blijkt dat 46% van de studenten van de onderzochte opleidingen op niveau 1 en 2 lager dan 1F (toen A2) behaalt. In 2011 zijn tienduizenden mbo-studenten getoetst middels Toolkit Onderwijs & Arbeidsmarkt (TOA). Het geeft een tamelijk ontstellend beeld. De instromende mbo-studenten op niveau 1 en 2 bleken ver verwijderd van de norm 2F. Dit heeft er toe geleid dat de eisen, die het ministerie van OCW aan het taalniveau van de studenten stelt, zijn verscherpt.
De mbo-opleidingen hebben de neiging om te investeren in methodes voor Nederlands. Het is echter de vraag of studenten genoeg lees-en taalbagage hebben om daar voldoende van te profiteren èn of het aanbieden van Nederlands als geïsoleerd vak hun niveau voldoende omhoog zal brengen en hen voldoende zal voorbereiden op de toetsen. Uit onderzoek blijkt dat zwakke lezers het risico lopen af te glijden naar laaggeletterdheid, als zij hun leesvaardigheid niet oefenen en onderhouden. Het is dan ook de vraag of we als mbo-opleidingen niet veel meer moeten investeren in lezen. Krashen en Mol en Bus laten zien dat Vrij Lezen effectief is voor de ontwikkeling van de leesvaardigheid van studenten en voor hun woordenschat. In het basisonderwijs is daar al veel ervaring mee opgedaan, in het mbo veel minder.
Vrij Lezen bij START.Deltion
Toen we in augustus 2011 binnen START.Deltion startten met Vrij Lezen was voor mij als initiator en projectleider de aanleiding dat ik me zorgen maakte over de taalbagage van onze studenten en over de focus op het werken met taalmethodes bij het vak Nederlands. De beslissingen die werden genomen op het gebied van taalonderwijs waren niet gebaseerd op een doordachte en vastgelegde taalvisie. Naar mijn overtuiging was er voor de ontwikkeling van de woordenschat en de leesvaardigheid van studenten meer nodig.
Dat het team ervoor koos om de uitdaging van het Vrij Lezen aan te gaan, kwam daarnaast omdat de 1000-klokurennorm voor het mbo van kracht werd, een maatregel uit 'Focus op Vakmanschap', waarbij de onderwijstijd verhoogd is tot minimaal 1000 klokuren, met daarvan tenminste 750 begeleide onderwijsuren op de onderwijsinstelling. We zochten naar een zinvolle invulling voor de extra lesuren. Dat we bij het Vrij Lezen volledig zouden focussen op leesplezier, trok het team definitief over de streep.
Op START.Deltion studeren veel uitvallers uit het vmbo en één van de belangrijke doelstellingen van de opleiding is om de studenten het vertrouwen te geven dat zij wel succesvol kunnen zijn. Daarom waren de docenten niet enthousiast om het Vrij Lezen in te voeren als methode, met verplichte opdrachten. Er werd besloten dat studenten twee keer per week een half uur zouden lezen. Leraren zouden fungeren als rolmodel door ook te lezen. In samenwerking met de bibliotheek werden boeken uitgezocht.
Het ontstaan van een leesroutine
Inmiddels zijn we drie jaar verder en hebben we veel geleerd. Twee studenten van de opleiding Animatie en Audiovisuele vormgeving van het Deltion College hebben een korte film over het leesproject op START.Deltion gemaakt. Ontdekt werd dat Vrij Lezen vooral succesvol is geworden door het vanzelfsprekende karakter ervan. Het is geïmplementeerd in het rooster, het doel wordt aan het begin van het schooljaar in de SLB-groepen besproken met alle studenten. Er zijn heldere afspraken gemaakt en alle leraren, ook de beroepsgerichte vakleraren, lezen, al zijn het niet allemaal lezers. Op de leesmomenten is het stil in de school. Hoewel de ene student ingespannen leest en de andere bladert, heeft iedereen een boek of een tijdschrift voor zich. Leraren geven aan dat de rust en de stilte tijdens het lezen in een altijd hectische schoolomgeving een verrassend en zeer waardevol neven-effect van het Vrij Lezen is en dat de studenten dit ook ervaren.
Veel van de afspraken die gedurende de drie jaar dat wordt gelezen, zijn gemaakt, hebben dan ook betrekking op het handhaven en intensiveren van de rust tijdens het lezen. Om te voorkomen dat studenten steeds nieuwe boeken kiezen, hebben ze een boekenlegger gekregen met hun naam erop. Zo kunnen ze doorlezen in hun eigen boek. Ook is nagedacht over hoe de start van het lezen zo rustig mogelijk kan verlopen. Voor de rust tijdens het lezen is daarnaast belangrijk dat studenten gemotiveerd zijn. Daarom is geëxperimenteerd met verschillende leesmaterialen, met het lezen met behulp van e-readers en met hybride lezen waarbij studenten een boek lezen en tegelijkertijd de tekst beluisteren.
Dat bij het succesvol invoeren van Vrij Lezen routine en rust zo belangrijk zijn, maakt het project ook kwetsbaar. Het onderwijsbeleid in het mbo kent momenteel zoveel onrust, bijvoorbeeld ten aanzien van verplichte toetsing en het bindend studieadvies dat na vier maanden gegeven dient te worden, dat het voor het team soms moeilijk is te blijven geloven in het belang van onderwijs dat niet gericht is op 'teaching to the test'.
Queen Latifa
De studenten zijn regelmatig bevraagd over hun leesvoorkeuren en telkens kwam naar voren dat ze het liefst boeken met 'echte verhalen' wilden lezen over 'wat mensen in hun leven meemaken'. Om hier gehoor aan te geven is START.Deltion in 2013 een samenwerkingsproject aangegaan met de opleiding journalistiek van Hogeschool Windesheim te Zwolle.
Tweeëntwintig derdejaars studenten van de Hogeschool zijn gekoppeld aan een gelijk aantal studenten van START.Deltion met als doel het levensverhaal van de entreestudent op te schrijven. Het moesten interessante, toegankelijke teksten worden in de taal van de doelgroep zelf. De samenwerking heeft geleid tot het boek Queen Latifa en andere levensverhalen uit het entreeonderwijs dat in maart 2014 is verschenen. Voor elke groep hebben de leraren nu tijdens het Vrij Lezen een stapel exemplaren van Queen Latifa in de klas. Sommigen lezen het tijdens de momenten Vrij Lezen gezamenlijk met hun groep, veel studenten lezen het zelfstandig. Het heeft geleid tot veel enthousiasme, bij leraren en studenten. De studenten zeggen trots te zijn op hun boek en ze vinden het belangrijk dat alle docenten hun verhalen kennen om hen echt te leren begrijpen. Het boek heeft ook buiten de opleiding tot enthousiasme geleid. Het College van Bestuur van Deltion College heeft het boek aan alle werknemers van Deltion College cadeau gedaan, op 26 april 2014 verscheen een artikel in de Volkskrant over het project en het wordt ook door veel andere ROC's besteld en gebruikt.
Onderzoek
Dat we op START.Deltion veel geleerd hebben over Vrij Lezen in het mbo, kwam door het enthousiasme van het team, maar ook omdat we de keuze hebben gemaakt het project anderhalf jaar te volgen met flankerend onderzoek dat uitgevoerd werd door Deltion College, Hogeschool Windesheim en Stichting Lezen. Doel van het onderzoek was het genereren van kennis over de leesmotivatie en het leesgedrag van studenten, over de professionalisering van leraren als het gaat om het begeleiden van Vrij Lezen en over een succesvolle implementatie in het curriculum. Leessessies werden geobserveerd en er werd met studenten en docenten gesproken. Bevindingen werden telkens teruggekoppeld en op basis daarvan nam het team besluiten over eventuele aanpassingen. Dat had tot resultaat dat teamleden zich steeds bewuster werden van de keuzes die zij wel en niet wilden maken als het ging om Vrij Lezen.
Het onderzoeksrapport verschijnt in 2015 bij Stichting Lezen. In het rapport zal ook een protocol worden opgenomen voor mbo-opleidingen die erover denken Vrij Lezen in hun curriculum op te nemen.
Tekst Frank Schaafsma, docent Nederlands Entreeopleiding en vakgroepvoorzitter Nederlands Gezondheidzorg, Welzijn en Sport, ROC Deltion College, Zwolle
Gepubliceerd op 21 september 2015.
Bronnen
Broos, S. (2012). Twee jaar meten met de referentieniveaus. Welke inzichten levert het ons op? Les, 30 (177), 6.
Buisman, M, Allen, J., Fourage, D, Houtkoop, W. & Van der Velden, R. (2013).
Kernvaardigheden voor werk en leven. Resultaten van de Nederlandse survey 2012, PIAAC.
Gille, E., Loijens C., Noijons, J., & Zwitser, R. (2010). Resultaten PISA-2009, Praktische kennis en vaardigheden van 15-jarigen. Arnhem: Cito
Fouarge, D, Houtkoop, W & Van der Velden, R. (2011). Laaggeletterdheid in Nederlands. Resultaten van de Adult Literacy and Life Skills Survey (ALL). Expertisecentrum Beroepsonderwijs.
Heij, K., Haitjema, T. & Lam, J. F. (2008). Taalniveau in het mbo. Lienden: Bureau ICE, 2008.
Koeven, Van & Schaafsma (2013). Vrij Lezen in het mbo. Onderzoek naar een leescultuur in de laagste mbo-niveaus. In: Zevenentwintigste conferentie onderwijs Nederlands. Hogeschool Utrecht, 29 & 30 november 2013. Redactie: André Mottart en Steven Vanhooren, Academia Press, Gent. P. 112-115.
Krashen, S. (2011). Free Voluntary Reading. Santa Barbara, California; Denver, Colorado; Oxford, England: Libraries Unlimited.
Meijerink, H.P., et al. (2009). Referentiekader taal en rekenen. In opdracht van het ministerie van Onderwijs. Enschede.
Mol, S. (2010). To Read Or Not To Read. Leiden: Leiden University. Proefschrift.
Mol, S. & Bus, A. (2011). Lezen loont een leven lang. De rol van vrijetijdslezen in de taal- en leesontwikkeling van kinderen en jongeren'. Levende Talen Tijdschrift 12 (3). 3-15.
OCW (2011). Actieplan 'focus op vakmanschap' 2011-2015 (2011) (Verkregen op 22 december 2014)
OECD (2011), Education at a Glance 2011: OECD Indicators, OECD Publishing.
Smits, A. & Koeven van, B.H. (2013a). Taalrijk vakonderwijs
Smits, A. & Koeven van, B.H. (2013b). Vrij Lezen in het mbo.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven