Artikelen

Vraag maar raak

Tekst Winnifred Jelier
Gepubliceerd op 27-01-2021 Gewijzigd op 27-01-2021
Beeld Annaleen Louwes
De Kennisrotonde heeft sinds 2016 al ruim 500 vragen van scholen beantwoord. Schoolhoofd Cordula Rooijendijk en senior-beleidsmedewerker Ingrid Cloosterman zaten onder de vragenstellers.

Hoe zorg je voor goed rekenonderwijs? Welk rooster is het best? Wat te doen met spijbelaars? Deze vragen en vele andere komen jaarlijks binnen bij de Kennisrotonde. Bij dit initiatief van NRO kunnen leraren en andere onderwijsprofessionals sinds 2016 terecht als ze iets willen verbeteren aan hun onderwijs of organisatie. Vakexperts pakken de vragen op en formuleren binnen enkele weken een bondig antwoord op basis van de laatste inzichten uit onderzoek.

Superhandig, zeggen vragenstellers. Want vaak hebben leraren geen toegang tot literatuur, ze zien door de bomen het bos niet en je krijgt snel zicht op de meest actuele kennis over een onderwerp.

 

Vraagstukken

Ingrid Cloosterman, senior-beleidsmedewerker Lucas Onderwijs en coördinator van de LucasAcademie, heeft al diverse vragen aan de Kennisrotonde voorgelegd. Ze wilde bijvoorbeeld graag weten hoe leernetwerken kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van schoolleiders, en zo ja, wat de belangrijkste succesfactoren zijn. ‘Onze stichting bestaat uit bijna tachtig basis- en middelbare scholen met zeer uiteenlopende kenmerken. Hoe formuleer je voor zo’n diverse organisatie een goed onderbouwd beleid voor leernetwerken? De Kennisrotonde gaf ons de handvatten die we nodig hadden.’

Ook Cordula Rooijendijk, sinds 1 januari directeur van de 8e Montessorischool in Amsterdam en auteur van Een jaar uit het leven van een basisschooldirecteur, is enthousiast. Voor haar vorige werkgever, de Berger Scholengemeenschap, vroeg ze onder meer aan de Kennisrotonde om welke redenen ouders nu eigenlijk voor een school kiezen. ‘We hadden een jaar dat het aantal aanmeldingen terugliep. Hoe kwam dat? Misten we iets?’

 

Rooijendonk: "Sfeer bleek een belangrijkere reden voor schoolkeuze te zijn dan ik dacht" 

 

Precisering

Vragenstellers kunnen hun vraag indienen via de website kennisrotonde.nl. Vervolgens belt een medewerker van de Kennisrotonde op. Je krijgt dan de gelegenheid om meer te vertellen over het probleem, misschien moet je vraag nog iets worden bijgesteld. ‘Dat werkt prettig’, zegt Cloosterman. ‘Je hoeft niet bang te zijn dat je het probleem misschien niet helemaal goed hebt geformuleerd, want met die medewerker loop je er gewoon nog eens rustig doorheen. Waar zit precies de moeilijkheid? Welke kennis ontbreekt er nog?’

Zo krijg je ook snel duidelijkheid over wat je wel of niet van onderzoek kunt verwachten. Rooijendijk: ‘Je kunt het antwoord van de Kennisrotonde uiteraard nooit direct op jouw school toepassen. Een vertaalslag is nodig. Dat vind ik er persoonlijk ook mooi aan. Ook andere scholen kunnen door die algemeenheid iets met het antwoord op jouw vraag.’

Van dit laatste is de Kennisrotonde zich bewust. Alle vragen met bijbehorende antwoorden worden gepubliceerd op de website, zodat alle scholen er gebruik van kunnen maken. Inmiddels is er een uitgebreide database en zijn er themadossiers over bijvoorbeeld dyslexie, schrijfonderwijs of zittenblijvers. Cloosterman: ‘Veel vragen zijn al gesteld en hoef je dus niet opnieuw voor te leggen.’

 

Eyeopeners

Maar levert zo’n antwoord nu ook echt nieuwe inzichten op? Onderwijsonderzoek is immers op diverse plekken al publiek toegankelijk. Ingrid Cloosterman: ‘De onderzoekers hebben meer overzicht. Ook weet je misschien al veel, maar het is fijn om dat ook bevestigd te krijgen.’

Zo ontdekte Cloosterman dat ze veel succesfactoren voor leernetwerken zelf al had vermoed. ‘Gezamenlijk doelen stellen, bewust theorie aan praktijk koppelen, bindende afspraken over hoe vaak en wanneer je als netwerk bijeenkomt – al die factoren had ik al in mijn achterhoofd. Maar waar ik niet echt bij stil had gestaan, is dat het succes van een leernetwerk ook afhankelijk is van de loopbaanfase van de deelnemers’, vertelt ze. ‘Een ervaren schoolleider heeft doorgaans andere leerbehoeften dan een schoolleider die pas begonnen is. Ze lopen in hun werk tegen verschillende kwesties aan. Daarmee kun je in je beleid rekening houden door ruimte te bieden aan subgroepen die zijn toegespitst op specifieke leerbehoeften. Dat laatste was voor mij een eyeopener.’

 

Cloosterman: "Het is niet erg als je het probleem niet optimaal formuleert"

 

Kritische reflectie

Ook Rooijendijk haalde zinvolle inzichten uit het antwoord van de Kennisrotonde, vertelt ze. ‘Sfeer bleek een belangrijkere reden voor schoolkeuze te zijn dan ik dacht. Terwijl het fysieke schoolgebouw niet zo’n grote rol lijkt te spelen. Ook weegt denominatie, dus of een school een religieuze levensbeschouwing uitdraagt, voor veel ouders niet zo zwaar. Belangrijker vinden ze de onderwijskwaliteit, schoolvisie en eventuele mogelijkheden voor extra ondersteuningsbehoeften.’

Met het antwoord van de Kennisrotonde in de hand nam de school van Rooijendijk de eigen praktijk nog eens kritisch onder de loep. ‘Wij hadden de goede sfeer altijd vanzelfsprekend gevonden. Nu begrepen we dat we dit konden benadrukken in de kennismaking met ouders. Een mooie verbetering. Zonder de Kennisrotonde hadden we die aanpassing waarschijnlijk nooit gemaakt.’

 

Stel je (onderzoeks)vraag

Bij de Kennisrotonde geven ‘kennismakelaars’ antwoord op vragen van scholen. Heb je een vraag? Stel hem via de website kennisrotonde.nl of kijk in het overzicht van eerder gestelde vragen. De duur van de reactie hangt af van de complexiteit van de vraag en varieert van twee tot zes weken. De Kennisrotonde is een initiatief van onder andere het ministerie van OCW, het NRO, de PO-Raad, VO-raad en MBO Raad. Gebruik van de Kennisrotonde is gratis.

> kennisrotonde.nl

 

Dit artikel verscheen in de jubileumspecial van Didactief, januari/februari 2021

Click here to revoke the Cookie consent