Nieuws

Taaltalent is rekentalent

Tekst Martine Gijsel
Gepubliceerd op 20-12-2012 Gewijzigd op 28-09-2017
Beeld Shutterstock
Het zit in onze natuur om ons bij taal-en rekenzwakke kinderen op één van beide vakken te richten. Kijk naar taal en rekenen in samenhang, dan kun je leerachterstanden al vroeg ombuigen naar leermogelijkheden, zegt promovendus Tijs Kleemans.

Kinderen met taalachterstanden lopen die maar moeilijk in. Daar moet een leraar toch extra aandacht aan besteden? ‘Absoluut. Maar soms leidt aandacht voor taal tot een tunnelvisie. Kijk bijvoorbeeld eens naar kinderen met Nederlands als tweede taal. Ofwel: kinderen die thuis een andere taal spreken dan op school. Deze tweetalige kinderen hebben een taalachterstand in het Nederlands, maar ook een leervoordeel ten opzichte van eentalige leeftijdsgenootjes. Ze beschikken in hun eerste taal doorgaans over een grotere woordenschat dan hun eentalige leeftijdsgenootjes en ook zijn ze in staat om talige informatie beter te onthouden en te verwerken. Maar in de discussie over deze kinderen gaat het meestal alleen over problemen, niet over kansen.’

Dat klinkt discutabel. Wat bedoel je precies?

‘Er moet breed naar de ontwikkeling van een kind worden gekeken. Ik zie ook dat tweetalige kinderen problemen ondervinden in de Nederlandse klas. Ze hebben meestal een achterstand in de Nederlandse klankstructuur en Nederlandse woordenschat. En een achterstand in Nederlands heeft ook consequenties voor een vak als rekenen. Sinds kort weten we uit internationaal rekenonderzoek dat veel sommen op een talige manier in onze hersenen zijn opgeslagen. Je ziet dat ook bijvoorbeeld bij kinderen met dyslexie. Ze hebben niet alleen problemen bij het lezen en/ of spellen, maar vinden het ook moeilijk om simpele rekenfeitjes (zoals  keersommen) te leren. Maar met deze kennis moeten we taal en rekenen juist meer in samenhang aanbieden.’

Een gemiste kans dat we dat op veel scholen nog niet doen?

‘Behandel taal en rekenen in samenhang binnen de klas is mijn advies aan leraren. Denk aan het gecombineerd aanbieden van taal- en rekenactiviteiten , zoals letter- én getalmuren binnen het thematisch werken in de klas. Daarnaast is het belangrijk dat het vertrekpunt een concrete situatie is, bijvoorbeeld rekenen met appels in plaats van te snel overgaan op abstract rekenen (4 + 3 = ).’

Hoe zou dat er concreet uit moeten zien tijdens de rekenles?

‘Leerlingen met een taalachterstand hebben tijdens de rekenles moeite met verschillende oplossingsstrategieën, zoals de rijg- én de splitsstrategie tegelijkertijd.
Het is raadzaam om alleen de rijgstrategie aan te bieden omdat dit voor zwakke rekenaars beter werkt. De kunst van het verbeteren van taal en rekenen zit hem ook in het gebruik van directe instructie en herhaald oefenen. Door veelvuldig te oefenen en daarbij telkens het bereikte niveau in de gaten te houden, worden eenvoudige sommen (sommen onder de twintig) sneller geautomatiseerd. Door directe instructie, goede visualisatie en feedback, kun je sommen die een mentale bewerking vragen (bijvoorbeeld 25 + 37 =) op een goede manier met behulp van de rijgstrategie aan
het kind aanleren. Op deze manier kun je taal- en rekenbelemmeringen bij jonge kinderen al vroeg binnen de basisschool ombuigen in taal- en rekentalent.’

Dit artikel is verschenen in de Didactief-special Taaltalent, december 2012. Deze special is gemaakt in opdracht en met een financiële bijdrage van Expertisecentrum Nederlands en het Behavioural Science Institute van de Radboud Universiteit Nijmegen (BSI). 

Verder lezen

1 Taaltalent

Click here to revoke the Cookie consent