Interview

Op weg naar effectief leesonderwijs

Tekst Erik Ouwerkerk
Gepubliceerd op 04-04-2024 Gewijzigd op 28-03-2024
Beeld Evelien Fotografie | Anne Mulder
‘Onze leerlingen begrijpen heel goed waarom het leesniveau omhoog moet.’ Leraar Nederlands Caroline Wisse (vmbo-school Globe College) en vakgenoot Linda Vos (Bonifatius Mavo) zetten samen met al hun collega’s alles op alles om van hun leerlingen lezers te maken.

‘Neem leerlingen serieus’

De Bonifatius Mavo in Emmeloord maakt leeskilometers. Twee keer per week leest iedereen – alle leerlingen, maar ook de leraren, conciërge en de directeur – een half uur in een boek naar keuze. Op het Globe College in Utrecht verrijken alle docenten – ja, ook de docent Mobiliteit en Techniek – minimaal één keer per jaar de opdrachten in het pto/pta met teksten buiten de schoolboeken om. Voor alle leerlingen, elk leerjaar en elk niveau. Wat Linda Vos en Caroline Wisse met deze voorbeelden van hun scholen vooral willen benadrukken: je kunt pas werken aan effectief leesonderwijs als het hele team zich daarbij betrokken voelt en meewerkt.

De tussenkopjes in dit artikel zijn boektitels. Klik hier voor meer informatie over deze aan te bevelen jeugdboeken.


Iets heel bijzonders

Wisse vertelt hoe ze dat bij het Globe College aanpakken. Samen met een leraar Engels, een leraar Mens & Maatschappij, de adjunct-directeur en een collega van Nederlands vormt ze de kerngroep Lezen. Ze onderhouden intensief contact met een klankbordgroep waarin alle secties zijn vertegenwoordigd en laten van zich horen tijdens teamvergaderingen, in informatiebrieven, met studiedagen, enzovoort. ‘We werken als een dolfijn’, vertelt Wisse. ‘We duiken op, vertellen over de voortgang, ontvangen feedback en gaan daar weer mee aan de slag. Om vervolgens weer opnieuw op te duiken.’ Die aanpak mag logisch klinken, maar het is juist iets heel bijzonders. Want vaak blijft het een projectje van enkelingen die onderduiken en pas na een lange radiostilte weer boven komen en verwachten dat het team hen enthousiast opwacht. ‘Het gevolg is een gebrek aan draagvlak en eigenaarschap en dat zal de onderwijsverandering opbreken.’ (Foto: Caroline Wisse)

‘Ook de leraar
Mobiliteit en Techniek
doet mee’

Wisse noemt openheid essentieel: ‘We hebben bij aanvang van ons traject een vragenlijst uitgezet onder collega’s. Vind je lezen belangrijk? Bij wie ligt die taak volgens jou? Wil je daaraan bijdragen? En wat heb je daarvoor nodig? Collega’s zullen die laatste vraag alleen oprecht beantwoorden wanneer wij als kartrekkers van het project zelf ook open zijn.’ En dat is de kerngroep dan ook. ‘Wij weten ook niet alles. Dat zeggen we ook. Iedereen mag ons aanvullen en feedback geven, graag juist, dat komt het schoolbreed lezen alleen maar ten goede.’


De waarschijnlijkheid van alles

‘Leg ook vast wat je doet,’ vult Vos aan. ‘Wij hebben als professionele leergemeenschap data verzameld over ons leesonderwijs en aangevuld met literatuuronderzoek, zoals de Kwaliteitswaaier Effectief Onderwijs in Begrijpend lezen. Uit een aantal voorstellen kozen we uiteindelijk voor het leesuur, verdeeld over twee sessies van een half uur per week. Na een jaar hebben we dat geëvalueerd en vastgelegd in een Kwaliteitskaart. Daarmee krijgen leraren, leesdeskundigen en schoolleiders zicht op wat er gebeurt en kunnen we leesbeleid duurzaam vastleggen.’ De school begeleidt leerlingen in hun keuze voor een boek, inspireert hen en bespreekt de boeken in de klas. Daardoor lezen er steeds meer leerlingen en is de leesmotivatie toegenomen. Vos: ‘En dat heeft gezorgd voor een grotere woordenschat en meer kennis over de wereld – belangrijke voorspellers als het gaat om begrijpend lezen – en meer empathisch vermogen. Mooie bonus: de rust en concentratie onder leerlingen is toegenomen.’


Het werkstuk of hoe ik verdween in de jungle

De allerbelangrijkste speler hebben ze dan nog niet genoemd: de leerlingen. ‘Effectief leesonderwijs doe je niet alleen voor, maar vooral ook mét leerlingen,’ zegt Wisse. ‘Neem ze serieus als partners. We praten in de klas over wetenschappelijke onderzoeken over lezen, zoals die van Suzanne Mol en Roel van Steensel. We doen ook samen de Singapore Test. Daarbij zijn woorden uit een korte tekst weggelaten. Leerlingen lezen dezelfde tekst een paar keer, met daarin steeds meer woorden toegevoegd, en zullen merken dat de tekst pas begrijpelijk wordt wanneer ze ruim negentig procent van de woorden begrijpen.’ Wisse ziet hoe haar leerlingen – voor wie Nederlands vaak de tweede, derde of soms zelfs vierde taal is – voelen wat er op het spel staat en zelf de verantwoordelijkheid nemen voor goed lezen. ‘Onze leerlingen begrijpen heel goed waarom lezen belangrijk is. Ze willen er dan ook hard voor werken.’

‘Daarnaast is lezen met de juiste aanpak ook gewoon heel boeiend,’ neemt Vos het stokje over. ‘Verzamel rijke en gevarieerde teksten en verhalen rond een bepaald kennisrijk breed thema. In klas 3 werken we bijvoorbeeld samen met aardrijkskunde rond het thema migratie. Naast verschillende soorten teksten uit de krant en een fragment uit het boek Zolang de citroenbomen bloeien, kijken we ook een aflevering van Lubach of Nieuwsuur en analyseren we de liedtekst Lampedusa van Diggy Dex. Vervolgens gaan leerlingen actief met de tekst aan de slag. Ze maken aantekeningen, vullen schema’s in en schrijven en praten over de tekst. Op deze manier bouwen ze kennis op rond een bepaald thema en dát wordt getoetst. Zo krijg je betere resultaten.’ (Foto: Linda Vos)

Het bij elkaar brengen van rijke teksten kost tijd, geven de docenten Nederlands toe. Maar op de lesmethoden kunnen ze zich niet (altijd) verlaten. Wisse: ‘Dan heb je ze op het puntje van hun stoel… en staat er in het lesboek een schoolse opdracht: welke manieren van spanning heeft de schrijver toegepast?’ Vos verzucht: ‘Precies! Of: welke verwijswoorden kun je vinden? Wat is de kernzin?’


Films die nergens draaien

Om boeken dichtbij te brengen, gaat het Globe College werken met het programma de Bibliotheek op school. Op dit moment werkt de kerngroep samen met een speciale werkgroep én leerlingen hard aan het inrichten van een schoolbibliotheek op maat. ‘We stellen zelf de boekenlijst samen, aansluitend bij de wensen en behoeften van leerlingen en de diverse vaksecties, en schaffen alle boeken zelf aan. Zo wordt lezen vanuit alle vakken nog makkelijker. Uit onderzoek blijkt hoe belangrijk een rijke leesomgeving is.’ Dat zij straks de eerste vo-school in Utrecht zijn die werken met de Bibliotheek op school vindt Wisse dan ook ‘best treurig’: ‘Er is nog werk aan de winkel.’

‘Boeken bieden
een venster
op de wereld’

Lezen is niet altijd leuk. En dan bedoelen Vos en Wisse niet dat lezen soms lastig is, maar dat boeken je kunnen frustreren of confronteren met jezelf. ‘Ik maak mee dat leerlingen boos worden vanwege de keuzes van een personage, soms zelfs zo dat ze willen stoppen met lezen. Daar praten we dan over en dat leidt tot fascinerende en leerzame gesprekken,’ vertelt Wisse. Vos vult haar aan: ‘Boeken houden een spiegel voor, bieden een venster op de wereld. Dat is juist zo mooi. De boeken van Cis Meyer vinden leerlingen zelf wel, maar door een stuk voor te lezen uit Zolang de citroenbomen bloeien van Zoulfa Katouh of Thuis draag ik bij me van Cecile Korevaar komen ze ook op andere sporen terecht. Leerlingen worden rijk in hun hoofd met verhalen van anderen, zeker verhalen die met het hart zijn geschreven.’

‘Combineer dat met de 2Doc documentaire Shadow Game,’ springt Wisse enthousiast bij. Want films bieden net als boeken een venster of spiegel op de wereld. En ze vormen een mooi opstapje naar die geschreven verhalen. Mede om die reden volgden leraren op het Globe College samen een workshop Kritisch Leren Kijken. ‘Ik vind dat kritisch leren kijken voorwaardelijk is voor kritisch leren lezen. Daarom zet ik ook filmeducatie in om het lezen te bevorderen.’


Grote verwachtingen

Werken aan goed leesonderwijs is nooit af. Maar ondertussen hebben Vos en Wisse genoeg om trots op te zijn: leraren en scholieren vormen leesclubs, maken boeken- en filmlijsten gelinkt aan alle vakken en kunnen overweg met allerlei teksten. Er hangen posters met boekentips in de gang. Vos: ‘Laatst nog zei een leerling me: ‘Mevrouw, ik had nog nooit een boek uitgelezen, maar dit kon ik niet meer wegleggen!’


 

Tips van Vos en Wisse


Onderwijs maak je niet alleen. Zorg binnen de school voor draagvlak en werkgroepen, maar ga ook samenwerkingen aan met experts van buiten de school. Bijvoorbeeld via de Kennistafel Effectief Leesonderwijs en het Innovatietraject Leesonderwijs van Voortgezet Leren.

Breng boeken zo dicht mogelijk naar de leerlingen. De leesconsulenten van de Bibliotheek op school helpen daarbij. Zij kennen het actuele boekenaanbod en zullen leerlingen zo veel mogelijk betrekken bij het samenstellen van de boekencollectie.

Zelf al het lesmateriaal samenstellen kost tijd. Maak gebruik van Netwerk Filmeducatie; gratis korte verhalen en lesmateriaal via Blink en Leesapp.online en rijketeksten.org.

Neem leerlingen serieus, ook wanneer ze niet willen lezen. Vraag door, stuur aan, achterhaal wat bij ze past en je krijgt lezers voor het leven.

En de belangrijkste tip: lees zelf ook. Er is zoveel moois!

 

Verder lezen

Leesonderwijs in het voortgezet onderwijs, je hoeft het wiel niet zelf uit te vinden. Onderstaande partners en initiatieven helpen je op weg:

Filmhub Midden

Netwerk Filmeducatie

Bibliotheek Utrecht

Kennistafel Effectief Leesonderwijs

Het innovatietraject leesonderwijs

Klassikaal lezen: de LEES-app

Gratis korte verhalen en lesmateriaal: Blink.

Lezen in beeld - vo

Onderzoek, succesfactoren, beleid, praktijk en actualiteiten: https://www.lezeninhetvmbo.nl/

Meer lezen, beter in taal - vmbo

 

Dit artikel verscheen in de special Het tij keren van de Stichting Lezen in Didactief, april 2024.

Verder lezen

1 Special: het tij keren

Click here to revoke the Cookie consent