20 Procent van de afdelingen in het voortgezet onderwijs heeft het onderwijsproces op alle normindicatoren op orde. 80 Procent niet.
Daling van het aantal (zeer) zwakke scholen stagneert. De sterkste verbetering vond plaats in de praktijk-, basis- en basisberoepsgerichte leerweg van het voortgezet onderwijs. De kwaliteit van het mbo verbeterde niet. Slechts bij een op de tien mbo-opleidingen is echt alles in orde. Voormalige zwakke scholen zijn meestal beter dan gemiddeld geworden; ze hebben vaker dan andere scholen het onderwijsproces op orde en hebben beter zicht op hun eigen kwaliteit.
In te veel lessen is het didactisch handelen onder de maat, zegt de inspectie. Zo'n 11 tot 30 procent van de leraren beheerst de basisvaardigheden onvoldoende. Volgens de inspectie gaat het dan om duidelijk uitleggen, een taakgerichte werksfeer in de klas realiseren en leerlingen actief betrekken bij de les. In de gemengde theoretische leerweg van het vmbo is dit probleem het grootst, in het basis- en praktijkonderwijs het kleinst.
Nog steeds - net als voorgaande jaren - heeft de meerderheid van de leraren (de inspectie spreekt van de helft tot een tweederde) moeite met differentiëren, de les afstemmen op verschillen tussen leerlingen en het geven van feedback op maat. Voor het eerst wijst de inspectie dit jaar naar de pabo's en lerarenopleidingen: 'Zolang niet alle beginnende leraren de lesstof duidelijk kunnen uitleggen, kunnen de opleidingen verbeteren.' Zij zouden veel meer aandacht aan complexe didactische vaardigheden moeten besteden.
Het verslag sluit aan bij resultaten die eerder uit PIRLS en TIMSS bleken: 'In vergelijking met andere landen is er in Nederland weinig verschil tussen hoog en laag presterende leerlingen en haalt slechts 3 tot 7 procent van de leerlingen in groep 6 het hoogste niveau.'
Explicieter dan voorheen spreekt de inspectie scholen aan die 'strategische keuzes' maken om goede resultaten te kunnen halen. 'Ze sluiten leerlingen uit via de Eindtoets of laten grote groepen leerlingen doubleren in het jaar voor het examenjaar.'
Op (personeels)beleid is de inspectie kritisch. 'Zwakkere leraren' hebben onvoldoende inzicht in eigen sterke en zwakke punten. 'Blijkbaar krijgen deze leraren onvoldoende feedback van collega's of van de schoolleiding.' Voor veel uitgavenposten is volgens de inspectie 'weinig kennis beschikbaar over de effecten op onderwijskwaliteit.'
Belangrijkste conclusies resumerend: het kan beter. En het moet beter, waarschuwt de inspectie: zij zal het toezicht aanpassen en meer gaan differentiëren. Boven de ondergrens van basiskwaliteit zullen ook andere categorieën onderscheiden worden. 'De basis op orde is niet genoeg.'
Verder lezen? Lees het blog van Monique Marreveld of klik hier voor het volledige Onderwijsverslag 2011-2012.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven