Recensies

Lesson Study: praktische tips

Tekst Gijs Ornée
Gepubliceerd op 12-08-2020 Gewijzigd op 12-08-2020
Bij Lesson Study ontwerp je in groepjes met collega’s een les(senserie). De methode is eenvoudig, maar om het goed te doen, helpen de richtlijnen en nuttige adviezen in dit soms wat reclameachtige boek.

De populaire Lesson Study (LS)-methode klinkt eenvoudig en dat is het eigenlijk ook. Een groep leraren (ongeveer vier) ontwerpt een les (of lessenreeks) aan de hand van een onderzoeksvraag. Eén groepslid geeft de les, de anderen observeren de leerlingen tijdens die les. Aan de hand van de observaties wordt de les geëvalueerd, bijgesteld en opnieuw gegeven. Klinkt simpel, maar toch zijn er een hoop voorwaarden waaraan voldaan moet worden, wil een LS-cyclus succesvol zijn.

Ina Cijvat en Marianne Espeldoorn-Finke zijn gecertificeerd procesbegeleiders van LS en daarmee enthousiast pleitbezorgers. In hun boek leggen ze uit hoe het werkt en wat je moet doen en weten om LS tot een succes te maken. Het boek is verdeeld in drie delen: Weten, Doen en Kunnen.

In het eerste deel geven ze de (wetenschappelijke) achtergrond van LS: wat is het, hoe werkt het, wat heb je eraan? In dit deel leggen Cijvat en Espeldoorn-Finke de nadruk op het belang van LS voor het professionaliseren van leerkrachten en het nut van het observeren van leerlingen. Beide onderwerpen behandelen ze helder en goed onderbouwd, maar de schrijfsters zijn zo overtuigd van het belang, dat dit hoofdstuk zo af en toe de vorm aanneemt van een reclamefolder voor LS.

Je zou het eerste deel, zoals de auteurs zelf in de inleiding van het boek zeggen, ook kunnen overslaan en meteen beginnen met deel twee: Doen, waarin staat beschreven hoe je in de praktijk te werk gaat. Hoe moet je LS voorbereiden, hoe kom je tot een goede onderzoeksvraag, hoe ontwerp je de les, hoe stel je de les bij en hoe deel je de opbrengsten met anderen? Op al deze vragen komen duidelijke antwoorden en het hoofdstuk is voorzien van goede voorbeelden.

Deel drie, Kunnen, is weer een stuk theoretischer, met vragen als: wat is een goede les, hoe formuleer je leerdoelen en hoe activeer je leerlingen? Vooral het tweede hoofdstuk is nuttig voor een goede LS-cyclus, want daarin wordt goed uitgelegd hoe je leerlingen moet observeren. Essentieel daarbij is bijvoorbeeld dat je niet oordeelt, maar alleen het feitelijke gedrag noteert. Het derde hoofdstuk van dit deel is vooral interessant voor schoolleiders die LS willen implementeren. Een van de belangrijkste tips: reserveer in de planning ruimte en tijd om LS te blijven uitvoeren en verder te ontwikkelen.

Al met al is Lesson Study een handig boek voor wie met deze methode wil gaan werken. Kijk dan vooral naar de praktische aanwijzingen voor een succesvolle LS-cyclus. Nog een kleine kanttekening: door het boek heen staan in blauwe blokjes steeds citaten van overenthousiaste mensen die met LS gewerkt hebben. Los van het feit dat die mensen bijna allemaal van dezelfde school in Almelo komen, voegen de stukjes weinig toe en versterken ze het reclamegevoel.


Ina Cijvat en Marianne Espeldoorn-Finke, Lesson Study: Kijken naar leerlingen. Een professionaliseringsaanpak voor het basisonderwijs. Pica, 2019, € 22,95.

Click here to revoke the Cookie consent