Onderzoek

Islamitische scholen ter discussie

Tekst Monique Marreveld
Gepubliceerd op 06-12-2004 Gewijzigd op 27-09-2018
We moeten oppassen dat de kern van het islamitisch onderwijs niet radicaliseert. Dat zegt onderwijsspecialist Zeki Arslan van Forum.

Islamitische scholen zijn meestal wat traditionele, strenge scholen die veel doen aan basisvaardigheden; zij werken kortom op een wijze die het SCP in haar Minderhedenrapportages adviseert. Dat stelde Geert Driessen van het ITS tijdens een mini-conferentie over islamitisch onderwijs in Amsterdam op 9 november. Islamitische basisscholen presteren, vergeleken met andere zwarte scholen, heel gemiddeld. Alleen rekenen in groep 8 doen ze vaak extra goed. Het nadeel van deze scholen is dat ze veelal een regiofunctie hebben waardoor leerlingen veel moeten reizen (en dus vermoeid zijn) en nauwelijks tijd hebben om contact te maken met (autochtone) leeftijdgenoten in hun woonplaats. Ook de sekse-segregatie beoordeelde Driessen als probledidactief  matisch. Maar pas op, zei hij, want je kunt niet spreken van hét islamitische onderwijs, scholen verschillen enorm.

Zeki Arslan, onderwijsspecialist van Forum, was kritischer, maar om andere redenen. ‘We moeten oppassen’, zei hij, ‘dat de kern van het islamitisch onderwijs niet radicaliseert. Ik voorspel een botsing met de orthodoxe islam, waarvan ik hoop dat die vreedzaam zal zijn.’ Volgens Arslan is vooral de onderkant van de islamitische samenleving te vinden op deze scholen, de middenklasse zou al naar witte scholen vluchten. De orthodoxere bestuurders dreigen daardoor de overhand te krijgen. Arslan stelde tevens dat islamitische bestuurders soms te ver voor hun troepen uitlopen. Wat zij in gesprekken met autochtonen melden, durven ze volgens  hem niet altijd te herhalen in eigen kring. En daarmee kunnen buitenstaanders een verkeerd beeld krijgen van wat er werkelijk speelt. Voorlopig blijven de conclusies van de Onderwijsinspectie eind 2003 staan, die stelde dat ‘islamitisch onderwijs nergens in strijd (is) met de beginselen van de democratie’. Arslan pleitte intussen voor waakzaamheid en dialoog én voor wijziging van artikel 23: ‘De samenleving vraagt om een nieuw design.’ Hij werd hierin ondersteund door onderzoeker Sjoerd Karsten die schreef over etnische segregatie in het Amsterdamse onderwijs: ‘We staan nu met de rug naar de toekomst. Emancipatie verloopt anders dan vroeger.’ Met andere woorden, verzuiling biedt geen oplossing meer. 

Click here to revoke the Cookie consent