Interview

In de biotoop van Liesbeth Breek

Tekst Paulien de Jong
Gepubliceerd op 02-06-2016 Gewijzigd op 27-10-2016
Geïnspireerd door popmuziek en literatuur probeert lerares Frans Liesbeth Breek haar leerlingen op te voeden tot vrijdenkers.

Lerares Frans Liesbeth Breek (55) had geen rolmodel. Ze zingt een refrein van de Franse boyband Les Poppys uit 1971: Non, non, rien n’a changé. ‘Ik was dol op de “muzikaliteit” van het Frans en wilde weten: waar zingen ze nou over?’ Met haar vader vertaalde ze de songteksten. Ook correspondeerde ze met één van de Poppys. ‘Ik heb nog plakboeken vol met kaartjes.’ Op school deed ze erg haar best voor Frans en een studie Frans volgde. Toch liet het leraarschap even op zich wachten. Breek werkte vier jaar in het bedrijfsleven totdat zij de film Dead Poets Society zag. ‘Ik kwam de bioscoop uit en toen wist ik het honderd procent zeker: nu is het moment. Ik besloot net als de hoofdrolspeler leerlingen uit te dagen om vrijdenkers te worden.’

Paul Eluard

Het is maandagmiddag, kwart over twaalf. Het Petrus Canisius College in Alkmaar is - op de conciërge, enkele leraren en scholieren na - leeg. Het is reis- en projectweek, veel lessen vervallen. Maar in A017 is het volle bak het vijfde uur. De 6 vwo-klas van Breek is compleet. Ze begint haar allerlaatste les aan de examenklas met een gedicht: Et un sourire, van Paul Eluard. ‘La nuit n’est jamais complète.’ Zijn gedicht maakt indruk, maar ook de persoonlijke woorden van Breek komen binnen. ‘Dit gedicht is me zo dierbaar omdat het mij hoop geeft in tijden van verdriet. De boodschap is: ieder mens krijgt vroeg of laat te maken met verlies, maar in moeilijke tijden is er altijd iemand of iets over om voor te leven.’

Literatuuronderwijs

Gedichten, muziek, literatuur: het zijn vaste onderdelen in de lessen van Breek. De liefde ervoor werd haar met de paplepel ingegoten. Overal in huis waren boeken en elke dag werd er (voor)gelezen. Toen vond ze dat weleens irritant. ‘Bij vriendinnetjes thuis werden wél spelletjes gespeeld.’ Nu is ze haar ouders dankbaar. ‘Muziek en literatuur maken dat je lijnen kunt trekken in het leven, verbindingen kunt maken. Het leert je nadenken: Wil ik zo leven? Wat zou ik anders doen? Daarom begin ik elke les met literatuur of een chanson. De ene keer jazz, de andere keer Satie of gewoon een “Kendji Girac”, de Franse Voice-winnaar. Laat ik het een keer na, dan vragen leerlingen meteen: “Waar is de muziek?”ʼ  

‘Onderwijs moet meer zijn dan behandelen van examentrucjes’

Wat wil Breek met haar onderwijs bereiken? ‘Ik hoop dat kinderen door mijn lessen meer zelfstandig leren denken. Dat mijn onderwijs leerlingen helpt verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij straks de wereld in gaan brengen. Als ik kijk naar wat er nu gebeurt, al die oorlogen en aanslagen, dan vraag ik me af: hebben we deze aanslagplegers ooit geleerd vanuit het perspectief van een ander te denken?’

Meirieu en Biesta

In haar visie op onderwijs laat Breek zich inspireren door onderwijspedagogen Gert Biesta en Philippe Meirieu. ‘Biesta stelt: Goed onderwijs bestaat uit drie dingen: je eigen maken van kennis en vaardigheden, persoonsvorming en je voorbereiden op een leven als burger.’ Zijn boek Het prachtige risico van onderwijs zorgde dat Breek zich niet langer gevangen voelde. ‘Ik dacht: ik werk ook niet meer mee aan die meetcultuur van de overheid.’

Philippe Meirieu raakt haar steeds weer. ‘Hij zegt: je kunt je vak als leraar alleen uitoefenen als je geeft om je leerlingen. En die liefde gaat altijd hand in hand met de liefde voor de wereld.’
Hoe vertaalt ze deze inzichten naar de praktijk? ‘Neem het project How children sleep,’ licht Breek na afloop van de les toe. Op het digibord verschijnt een presentatie. ‘Kijk, dit zijn foto’s en verhalen van kinderen in hun kamers. We lezen de tekst, praten over ongelijkheid in de wereld en doen een opdracht: neem een prop papier, gooi deze, zonder van je plaats te gaan, in de prullenbak. Leerlingen naast de bak hebben meer kans dan de leerlingen achterin de klas. Zo voélen ze wat ongelijkheid is.’

Verplichte kost

Terug naar de afscheidsles van 6 vwo. Na het gedicht is het tijd voor het oefenen van de examenstof. Niet per se Breeks favoriete onderdeel, maar met een quiz (via webtool Kahoot) wordt het pure fun. Ontspannen loopt Breek naar de computer. Ondertussen vult ze de tafel met felgekleurde markeerstiften - ‘Neem er een mee na de les; handig tijdens het eindexamen’ -, chocorepen en fruit. ‘Dit,’ wijst ze naar de bezaaide tafel, ‘is voor de winnaars.’

De klas is verdeeld in teams met namen als ‘De Lekkertjes’ en ‘André Hazes’. Al snel staat Hazes bovenaan. Liesbeth vliegt door de vragen. ‘Welk woord is synoniem aan Un Magrébin? Un Arabe. Welk woord is geen negatieve emotie? La beauté. Wat is geen synoniem voor lekker eten? Inderdaad, la bonne maison, staat ook in je examenbundel.’ Met een bedenktijd van tien seconden krijgt niemand de kans om in te dutten en anders is er wel een beat of gong die je maant: antwoord invullen nú. Muisstil is het niet, er wordt veel gelachen. Breek leest door: ‘Welk woord betekent niet terwijl? Welk woord drukt geen tegenstelling uit? Cito is er dol op hè?’, merkt ze licht-ironisch op. Hoewel verplichte kost, is het voor leerlingen door deze werkvorm toch aantrekkelijk. ‘Maar, benadrukt Liesbeth, ‘het onderwijs moet véél meer zijn dan het behandelen van examentrucjes.’ Examenteksten lezen zegt weinig over leesvaardigheid en gaat ten koste van andere skills zoals spreken en literatuuronderwijs.‘Hoog tijd voor een herijking van het centraal eindexamen,’ verzucht Breek. ‘Zodat de kostbare onderwijstijd beter besteed gaat worden.’

André Hazes

De laatste minuten Frans van ‘Mevrouw Breek’ zijn aangebroken. Vraag 50, laatste vraag. Welk woord betekent niet verminderen? Croître. ‘Yes!’ roept een jongen die weet dat hij gewonnen heeft. ‘Goed zo Jörgen! Je mag iets uit de bak halen.’ En dan, licht geëmotioneerd, tot de rest van de klas: ‘Heel, heel veel dank voor de afgelopen drie jaar en het ga jullie goed.’ Klas 6 vwo klapt uitbundig en pakt de spullen. ‘Enne, neem een stift, én het gedicht mee,’ besluit ze. ‘Op moeilijke momenten, dan denk je even aan mij. Het zal nooit volledig nacht zijn, er zijn altijd mensen die op je letten.’

Liesbeth Breek schreef twee edities van de methode Libre Service, ontwikkelde het mentorproject Op naar de top! en won twee keer de Prix du Prof.

Click here to revoke the Cookie consent