Onderzoek

Hoogbegaafd of niet?

Tekst Eline Geus
Gepubliceerd op 20-12-2016 Gewijzigd op 15-02-2019
Welke leerling hoogbegaafd is en welke niet blijft een lastige vraag. Verschillende toetsen en de mening van de leraar spreken elkaar tegen.

Is dit kind hoogbegaafd? Het blijft een lastige vraag. Meestal worden toetsscores gebruikt om excellentie van kinderen vast te stellen, maar die dekken niet alles. Ook niet-cognitieve vaardigheden zijn belangrijk. Excellentie is een samenspel van hoge intelligentie, persoonlijkheid, creativiteit en motivatie.

Lex Borghans, Tyas Prevoo en Trudie Schils van de Universteit van Maastricht onderzochten in samenwerking met scholen, besturen en gemeentes hoe leraren excellente leerlingen kunnen identificeren met vaak gebruikte instrumenten. De onderzoekers gebruikten gegevens van leerlingen in groep 8 van ongeveer 200 basisscholen in Zuid-Limburg. Met drie instrumenten stelden ze vast welke leerlingen excellent zijn: een beoordeling van de leraar of de leerling excellent is, de Cito eindtoets po en een korte intelligentietest. Bij de toetsen keken ze naar de leerlingen met de 20%, 10% en 5% hoogste scores.

Meetinstrumenten verschillen qua bevindingHet bleek per instrument te verschillen hoeveel en welke leerlingen excellent zijn. Volgens de beoordelingen van de leraren was ongeveer 2,6% van de deelnemende leerlingen excellent. Maar van de 5% hoogst scorende leerlingen op beide toetsen, wordt slechts 0,2% als excellent beoordeeld  in alle drie de metingen. Dat zijn wel erg weinig excellente leerlingen in Limburg… Een leerling die hoog scoort op de ene toets scoort misschien niet hoog genoeg op de andere toets of wordt niet als hoogbegaafd gezien door de leraar.
Als we het criterium van de toetsen verlagen naar de 20% hoogste scores, dan is 1,3% van de leerlingen excellent volgens alle drie de instrumenten. Maar dat percentage is dus veel lager dan de 20% van de hoogst scorende leerlingen die we eigenlijk hopen te vinden.

De twee toetsen hebben meer overeenstemming als we de beoordeling van de leraar er buiten laten. 0,7% van de kinderen valt op allebei de toetsen in de 5% hoogste scores en zouden dus excellent zijn. 2,5% en 8,8% van de leerlingen vallen respectievelijk In de hoogste 10% en 20% van de scores op allebei de toetsen. Nu zouden er een stuk meer excellente leerlingen zijn dan met de beoordeling van de leraar erbij.

De onderzoekers bekeken de beoordeling van de leraren en de toetsscores nog eens wat beter. Het bleek dat 9% van de kinderen die volgens hun leraar niet excellent is, toch in de 5% hoogste scores op de IQ en/of de Cito toets scoorde. En 16,2% en 34,2% van de leerlingen die volgens de leraar niet excellent zijn, vielen respectievelijk in de hoogste 10% en 20% van de scores. Volgens de toetsen zouden deze leerlingen wel excellent zijn. Er vallen dus veel leerlingen door het net van de leraar.

Om te voorkomen dat kinderen onterecht wel of niet als excellente leerling bestempeld worden, benadrukken de onderzoekers dat het belangrijk is om verschillende instrumenten te gebruiken. Excellentie is niet alleen IQ of rekenvaardigheid, maar bestaat uit veel meer kenmerken.

 

Lex Borghans, Tyas Prevoo, Trudie Schils. Gifted children: how to identify them? Academische werkplaats onderwijs. 2016

 

Verder lezen

1 Ook hoogbegaafde wil uitleg
2 De ene hoogbegaafde is de andere niet
3 Bolleboos krijgt nog te weinig aandacht
4 Kindertekeningen en hoogbegaafdheid
5 Hoogbegaafdheid
6 Herken de hoogbegaafde leerling

Click here to revoke the Cookie consent