Als een razende gingen ze door het nakijkwerk van hun rekensommen heen, de leerlingen van groep 5. Gauw een krul erbij en klaar, zo ging het doorgaans. ‘Reflecteren deden ze niet,’ zegt van Ruth van Ringelesteijn. ‘Ze waren zich niet bewust dat ze ook iets van hun fouten konden leren.’ Een mooi onderwerp voor een afstudeeronderzoek, dacht de toenmalige pabo-studente aan de Katholieke Pabo Zwolle. Haar stageschool obs Het Palet in Hattem werkte daar graag aan mee.
Het onderzoek bracht haar terug naar de basis van het leren. Hoe worden kinderen zich bewuster van hun eigen leerproces? Ze dook de literatuur in. Uiteindelijk kwam ze uit bij het zelfregulerend leren, zoals onderzocht door de Amerikaanse onderwijspsycholoog Barry Zimmerman. Hij maakte een model gebaseerd op de drie fases van zelfregulerend leren: voorbereiding, uitvoering en zelfreflectie.
Van Ringelesteijn legde haar groep 5 eerst een vragenlijst voor. De leerlingen gingen aan de slag met vragen als: ‘Na het maken van de rekenopdrachten ga ik kijken naar wat ik al kan.’ Uit hun antwoorden kon ze opmaken dat ze tijdens het maken van de rekenopgaven weinig nadachten over hoe het ging. ‘Vooral het reflecteren ging nog niet zo goed, zegt Van Ringelesteijn. Ook de twee collega-leerkrachten van groep 5 legde ze een vragenlijst voor. ‘Daaruit bleek dat dit thema nog geen vaste plek binnen het onderwijs had.’
De studente bedacht een methode om na de rekenles meer aandacht te besteden aan reflectie, met behulp van twee ‘kwaliteitskaarten’ voor leerkrachten. De ene kaart bevat mogelijke reflectievragen, de andere kaart informatie over het geven van feedback. Dat laatste is cruciaal, zegt Van Ringelesteijn. ‘Geef feedback op het zelfregulerend leren. Zo krijgen leerlingen inzicht in hun eigen leerproces.’
Vijf weken lang gebruikten de leerkrachten de kwaliteitskaarten na de rekenles, steeds ongeveer zo’n tien minuten. Ze stelden klassikaal reflectievragen en gaven complimenten of tips. Voor de leerlingen bracht Van Ringelesteijn bovendien de verschillende fasen van zelfregulerend leren in beeld. Zij konden tijdens het rekenen op het bord kijken naar pictogrammen en vragen: wat doe je vóór het werken (Hoe ga ik het doen?), tijdens het werken (lukt het goed op deze manier?) en na het werken (Zal ik het de volgende keer op dezelfde manier doen?).
Na vijf weken werken met deze methode was Van Ringelesteijn zelf ook een beetje verrast door de resultaten. Ze nam opnieuw een vragenlijst af onder leerlingen en leerkrachten. De leerlingen scoorden significant hoger op het onderdeel plannen. Ook waren ze bewuster gaan nadenken over de sommen die ze maakten. ‘Ik had niet verwacht dat we in zo’n korte tijd zoiets konden bereiken’, zegt ze.
Van Ringelesteijn denkt dat haar methode niet alleen bij rekenen, maar in alle vakken kan worden toegepast. ‘Het belangrijkste is dat je er als leerkracht tijd voor maakt,’ zegt ze. ‘Blijf leerlingen stimuleren om na te denken over hun eigen leerproces.’ Zelfregulerend leren is niet voor niets een 21e-eeuwse vaardigheid, zegt de studente. ‘Er wordt van mensen gevraagd zich te blijven ontwikkelen en hun kennis op peil te houden. Dan is het noodzakelijk te beschikken over een zelfregulerend vermogen en open te staan voor reflectie.’
Zelf is van Ringelesteijn inmiddels afgestudeerd aan de pabo, maar ze is al doorgestoomd naar de pre-master onderwijskunde in Groningen. ‘Ik vond onderzoek doen zo leuk, dat ik er mee door wilde gaan.’
De OnderwijsTopTalentPrijs is een initiatief van het Instituut voor Nationale Onderwijs Promotie in samenwerking met Cito, SLO, Nationale Onderwijsweek, Nationale Onderwijsstad 2017-2018 (Nijmegen) en Didactief.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven