Interview

Ga er niet vanuit dat leren makkelijk is

Tekst Kirsten de Boer
Gepubliceerd op 11-12-2018 Gewijzigd op 11-12-2018
Op 7 november vond in Eindhoven de conferentie Effectief Leren van de Open Universiteit plaats. Keynotespreker was Shana Carpenter, expert effectief leren aan Iowa State University (VS).

U heeft veel onderzoek gedaan naar effectief leren. Waarom koos u dat onderwerp?

‘Ik was niet zo’n goede student. Ik was meer geïnteresseerd in sport en allerlei andere dingen. Maar ik wilde wel beter worden in leren, zodat ik efficiënter kon werken en sneller klaar zou zijn. Zo raakte ik geïnteresseerd in het leren zelf. Misschien zouden mijn onderzoeksresultaten andere mensen kunnen helpen beter te leren.’

 

U stelt dat in het onderwijs teveel ineffectieve strategieën worden gebruikt. Hoe verklaart u dat?

‘De dag voor je toets of tentamen hard stampen voelt slim: je bent urenlang hard bezig, de stof voelt na een tijdje bekend. Maar uit onderzoek blijkt dat je er op de lange termijn weinig van opsteekt. Ook iemand die de stof voor een tentamen een paar keer naleest, heeft het gevoel goed bezig te zijn: alle informatie is er, hij herkent die ook. Bij jezelf overhoren daarentegen, een vorm van retrieval practice, weet je in eerste instantie nog niet alles en denk je: “Oh, het is me niet gelukt dit te leren”. Dat gevoel van falen willen veel mensen vermijden. Effectieve strategieën kosten kortom meer moeite en zijn confronterend. Gespreid leren bijvoorbeeld is veel effectiever op de lange termijn, maar voelt in het begin minder prettig. Je vergeet wat dingen, moet stof opnieuw leren, je moet er meer moeite voor doen. Er is dus een mismatch tussen wat effectief voelt en wat effectief is en daar besteden leraren niet genoeg aandacht aan.’

 

Effectieve strategieën kosten dus meer tijd?

‘Hoe vaker je een effectieve strategie gebruikt, hoe minder tijd je kwijt bent aan het herhalen  van de stof die je was vergeten. Uiteindelijk onthoud je de lesstof ook langer. Dus nee, ze schelen tijd.’

 

Wat is de rol van toetsing bij het leren?

‘Toetsing is een goede leerstrategie, niet voor een cijfer, maar om te bepalen wat een leerling al weet. Uit labstudies en praktijkonderzoek blijkt dat leerlingen, wanneer ze stof aangeboden krijgen en die daarna weer uit hun geheugen op moeten halen – wat praktisch gezien een toets is – ze de stof veel beter onthouden dan wanneer ze die tijd besteden aan het doornemen van de stof zónder dat ophalen. In de klas kan je die zogenoemde retrieval gemakkelijk toepassen door je leerlingen oefenvragen te geven over wat ze net hebben geleerd, bijvoorbeeld aan het einde van een les of aan het einde van elke week. De leerlingen beantwoorden die en je kunt daar feedback op geven, waarna ze de vragen nogmaals kunnen proberen te beantwoorden.’

 

Is die feedback essentieel?

Retrieval practice is op zichzelf al effectief, maar je wilt niet dat informatie incorrect wordt opgeslagen. En het is goed om toe te lichten waarom een antwoord goed of fout is. Hoe inhoudelijker de feedback, hoe beter voor het leren.’

 

Kun je retrieval gebruiken voor leerlingen van alle leeftijden en niveaus?

‘Ja, jongere kinderen hebben soms wel behoefte aan extra feedback, maar ook zij profiteren. We zien wel dat een leerling die over minder kennis beschikt in het begin soms iets minder presteert. Voorkennis geeft dus een voorsprong. Maar met genoeg oefening vervaagt dit verschil.’

 

Maakt het uit hoeveel zelfvertrouwen leerlingen hebben?

‘Leerlingen die vooral bang zijn om te falen of een slecht cijfer te halen, gebruiken minder effectieve leerstrategieën. Ze stellen vaak het leren uit en eindigen dan stampend de avond voor de toets. Of dat ook uitmaakt voor de prestaties weten we nog niet’.

 

Hoe kun je als leerkracht retrieval practice toepassen in de klas?

‘Het belangrijkste is dat de leerlingen oefenvragen krijgen. Dat kan door ze na de instructie in groepjes aan vragen te laten werken en deze daarna te bespreken. Maar het kan bijvoorbeeld ook heel simpel met een clicker tool waarbij ze met een klein apparaatje ja of nee kunnen antwoorden op een vraag die je stelt. En met de huidige technologie nemen de opties alleen nog maar toe. Je kunt bijvoorbeeld via de digitale leeromgeving vragen stellen over de belangrijkste elementen van de les, en die als huiswerk meegeven. Dat helpt ze bij het leren van de lesstof, maar het geeft je als leerkracht ook informatie over hoe goed de stof is begrepen, zodat je daarop in kan spelen. Dubbel profijt dus. Het is essentieel dat leerlingen een kans krijgen om te herhalen wat ze leren, zonder druk, zonder consequenties, zonder cijfers. Zo’n recall moet niet eng zijn, maar een oefenervaring om het leren te verbeteren.’

 

ICT gaat dus goed samen met effectief leren. Zijn er meer manieren waarop ICT effectief leren kan verbeteren?

‘Ik las laatst een onderzoek over een online tool die op vooraf gekozen momenten vragen stelt. De leraar kan dat inplannen en de vragen laten herhalen na een bepaalde termijn. Adaptief testen helpt ook. Een student beantwoordt vragen op de computer en die houdt bij welke vragen goed en fout zijn beantwoord. Na afloop kan de computer de foute vragen nogmaals stellen, zodat die nog eens geoefend kunnen worden en de student geen tijd verspilt met het herhalen van de al goed geleerde stof. Zo kan ICT eenvoudig bijdragen aan de principes van distributed practice en retrieval practice.’

 

Maakt de kwaliteit van de leerkracht uit voor hoe effectief leerlingen leren?

‘Als een student had ik veel slechte docenten – of dat dacht ik, in ieder geval. Ze waren ongeorganiseerd, onzeker en kwamen onvoorbereid over. Uit onderzoek weet ik inmiddels dat een georganiseerde leerkracht niet per definitie effectiever is dan een ongeorganiseerde. Ook hier is dus weer een verschil tussen wat effectief voelt en effectief is. Dat is interessant, want op de universiteit bijvoorbeeld worden vaak studentenbeoordelingen gebruikt om de docent en het vak te evalueren. Je kunt je afvragen of die beoordelingen wel een goede bron zijn.

 

Als u leraren één advies zou mogen geven, wat zou dat dan zijn?

‘Ga er niet vanuit dat leren makkelijk is, want dan kunnen leerlingen snel ontmoedigd raken. Echt leren kost moeite, ís gewoon niet makkelijk én kost tijd. Het kan dus best zijn dat een leerling de stof nog niet volledig begrijpt de eerste keer dat je het uitlegt. Hij moet de nieuwe informatie nog verwerken, herhalen en koppelen aan andere kennis om deze écht te leren. Oefenen, oefenen, oefenen dus. Wat je op de korte termijn ziet, is geen goede indicatie voor echt, diep leren. Bij effectieve leerstrategieën zie je de meerwaarde vooral op de langere termijn. En als ik één strategie aan zou moeten bevelen, zou dat retrieval practice zijn. Het is makkelijk toe te passen, kan bij elke stof worden gebruikt en werkt voor alle leeftijden. En ook niet onbelangrijk: de effecten zijn heel robuust. Ook al pas je retrieval practice net iets anders toe, dan werkt het nog steeds. ‘

 

Meer weten over effectief leren? Op de website van de Open Universiteit vind je presentaties van de conferentie. 

Lees ook de columns van Paul Kirschner over de effectieve leerstrategieën retrieval practice, distributed/spaced practice en interleaved practice

Verder lezen

1 Toetsen als leerstrategie
2 Tips voor gespreid leren
3 Tips: gevarieerd oefenen

Click here to revoke the Cookie consent