Onderzoek

De fijne kneepjes van vaktaal

Tekst Filip Bloem
Gepubliceerd op 04-09-2018 Gewijzigd op 05-09-2018
Beeld Shutterstock
Leerlingen raken geregeld verstrikt in vaktaal. Hoe kun je ze daarmee helpen? Een nieuw project biedt concrete handvatten.


‘Het staat er ongeveer, maar het is niet precies wat ik wilde horen.’ Dit zinnetje zal veel docenten bekend voorkomen. Je bent weer eens een proefwerkvraag aan het nakijken waar een leerling wel het nodige weet, maar er niet in slaagt om die kennis goed onder woorden te brengen. ‘Het is een oud probleem,’ zegt Bart van der Leeuw van SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. ‘Of je het nu over wiskunde, geschiedenis of Nederlands hebt, elk vak heeft zijn eigen taal en zijn eigen manier van redeneren. Leerlingen hebben daar geregeld moeite mee en als docent heb je dat misschien niet altijd in de gaten.’ Speciaal voor leraren(opleiders) en taalcoördinatoren heeft SLO daarom voor een vijftal leergebieden brochures ontwikkeld waarin de fijne kneepjes van die vaktaal worden toegelicht (zie kader).


Een taal apart

Een van de kernpunten van deze publicaties, die dit najaar beschikbaar komen: behandel vaktaal echt als een taal. Van der Leeuw: ‘Als je in gesprek raakt met iemand voor wie Nederlands niet de moedertaal is, dan pas je je aan. Je praat wat langzamer, herhaalt een moeilijk woord even. Dat zou je ook met vaktaal moeten doen.’ Alleen: voor veel docenten is die vaktaal zo vertrouwd dat ze soms vergeten dat iemand anders die echt moet leren. Leerlingen worstelen met de zogenoemde receptieve beheersing van die taal (lezen en luisteren), en vooral met de productieve beheersing: zelf vakmatige redeneringen op papier zetten. Juist dat laatste wordt bij toetsen en examens van leerlingen verwacht. Van der Leeuw: ‘Met intensieve examentraining kun je het actief toepassen van vaktaal wel oefenen. Maar eigenlijk ben je dan al te laat.’


Cruciale passages in lesstof

Alle reden dus voor leraren om zich in de ins en outs van hun eigen vaktaal te verdiepen. Naast een vakspecifieke inleiding over het fenomeen vaktaal bevat elke brochure concrete aanbevelingen voor in de klas. Wat hebben docenten in de praktijk aan zulke tips? Jos Paus, docent natuurkunde op het Bonhoeffer College in Enschede, was lang werkzaam bij SLO en als leerplanontwikkelaar betrokken bij de ontwikkeling van de brochure voor de natuurwetenschappelijke vakken. ‘Voor mij als docent was het echt een eyeopener om te zien hoe groot de rol van taal is. Zelfs bij vakken als scheikunde en natuurkunde, waar veel gerekend wordt. Ik ben zelf ook gewend in vaktaal te spreken en heb moeten leren dat je af en toe een beetje door de knieën moet.’


Instructies voor practica

Wat doet Paus, gewapend met die kennis, nu anders in de klas? ‘Ik lees vaker met mijn leerlingen bepaalde cruciale passages uit lesboeken gezamenlijk door. Bij het werken aan dit project is me pas echt duidelijk geworden hoe compact die uitleg vaak is.’ Bij close reading van bijvoorbeeld een paragraaf over warmte-uitwisseling kun je moeilijke termen bespreken en laten zien hoe in de natuurwetenschappen geredeneerd wordt. Waarom volgt het een uit het ander? Aan wat voor woorden kun je zien dat er een causaal verband wordt gelegd? Paus: ‘Als je op deze manier kernpassages uit de lesstof samen met de klas bespreekt, voorkom je een hoop misverstanden.’ In het verlengde hiervan laat Paus zijn leerlingen ook samen paragrafen uit lesboeken doornemen en aan elkaar uitleggen.

Vaktaal draait om meer dan een paar ingewikkelde begrippen. De brochures identificeren ook zogeheten genres – tekstsoorten die zich kenmerken door een bepaalde manier van redeneren. In de natuurwetenschappen is zo’n genre de uit drie stadia bestaande ‘procedure’, die bijvoorbeeld gebruikt wordt bij instructies voor practica. Daarin wordt eerst het doel geformuleerd, bijvoorbeeld ‘meet de energie van honderd gram pinda’s’. Dan komt een lijst met wat er nodig is om het doel te bereiken (reageerbuis, thermometer, weegschaal). Tot slot volgt een stapsgewijze instructie waarin de leerling leest wat hij precies voor het proefje moet doen. Paus: ‘Zo’n genre is een bepaald stramien waarin de benodigde informatie wordt geordend. Als je dat eenmaal doorziet, kun je als docent je leerlingen beter duidelijk maken wat er van ze verwacht wordt. Ik schrijf mijn practicumhandleidingen nu anders dan voorheen.’


In de koffiekamer

Van der Leeuw denkt dat de brochures goed aansluiten bij actuele trends in het onderwijs. ‘Bij Curriculum.nu staat de samenhang in het onderwijs centraal. Systematische aandacht voor vakmatig redeneren past daar goed bij.’ Verder hoopt hij dat de nu bijeengebrachte kennis zijn weg vindt naar de praktijk. ‘Op basis hiervan zou je heel goed trainingen voor docenten kunnen ontwikkelen.’ Ook Paus verwacht dat de brochures in een behoefte voorzien. ‘In de koffiekamer heb ik het nu al regelmatig met mijn collega’s over de talige kanten van ons vak.’ Hij wijst er ook op dat er bij examens steeds vaker om beredeneerde antwoorden gevraagd wordt.
Is dat wel een wenselijke ontwikkeling, als die nadruk op taal ook allerlei valkuilen met zich meebrengt voor minder taalvaardige kinderen? Paus denkt dat leerlingen zo wel een beter begrip van de stof krijgen. ‘Voor een beredeneerd antwoord op een vraag over bijvoorbeeld een schakeling heb je – meer dan bij een pure rekenopdracht – kennis nodig van natuurkundige principes. Een som kun je goed hebben zonder veel te snappen van de achterliggende theorie. Maar als ik met een leerling ga praten, heb ik op basis van zijn taalgebruik zo door of hij het begrepen heeft.’



Brochures taalgericht onderwijs

SLO heeft brochures ontwikkeld over vaktaal en vakmatig redeneren voor de volgende vijf leergebieden: natuurwetenschap, mens- en maatschappij, wiskunde, kunst en Nederlands. Elke brochure bestaat uit een algemene inleiding over de taalkundige aspecten van vaktaal, uitleg over de belangrijkste genres binnen een vaktaal en praktische voorbeelden van wat je als leraar in je les kunt doen om je leerlingen meer grip te geven op vaktaal.

Alle vijf brochures komen dit najaar beschikbaar op de vakportalen van SLO. Kijk voor meer informatie op taalgerichtvakonderwijs.nl.

Dit artikel verscheen in de rubriek vo leerplan in Didactief, september 2018.

Click here to revoke the Cookie consent