Interview

Burgers in de klas

Tekst Carolien Drijfhout
Gepubliceerd op 23-05-2023 Gewijzigd op 04-08-2023
Beeld Barbra Verbij, Jan Luursema
Burgerschapsonderwijs. Wat kun je eronder verstaan, wat leeft er op dit moment en wat is er nodig? Vier deskundigen, vier visies.

DE ADVISEUR

Bram Eidhof | auteur, adviseur | Bureau Common ground

 

‘We leven in een geïndividualiseerde samenleving. Ik gun het elke leerling minstens te voelen wat het betekent om maatschappelijk betrokken te zijn.

Politiek Den Haag heeft lang geworsteld met burgerschapsonderwijs. Inmiddels is het besef doorgedrongen dat burgerschapsonderwijs geen staatsindoctrinatie hoeft te zijn. Je kunt het opknippen in drie delen. Ten eerste: wat iedereen in Nederland moet kennen en kunnen om samen te leven. Vervolgens dat wat schoolspecifiek is; dat gaat over wat jouw leerlingen nodig hebben, ze groeien immers in heel verschillende situaties op. En ook wat je ze vanuit je eigen visie wil meegeven. En ten derde: de vrijheid die iedere leerling heeft om eigen maatschappelijke idealen en interesses te ontdekken en ontwikkelen.

De wet helpt om duurzaam te werken aan burgerschapsonderwijs, maar is ook abstract. In mijn Handboek Burgerschapsonderwijs staat wat het precies is, welke kerndoelen er al aan raken en hoe je als school burgerschap verder kan ontwikkelen. Ik adviseer om liever een paar dingen goed te doen dan veel dingen een beetje. Om eerst vragen over kwaliteit te stellen voor je met een externe organisatie in zee gaat. En om terug te praten tegen de overheid. Tot slot: wees heel open over keuzes die je maakt. Vier je Paarse Vrijdag, bezoek je een moskee? Ouders zullen er wat van vinden. De beste manier om daarin de rust te bewaren, is te weten waarom je doet wat je doet en dat samen uit te dragen.’

 

 

DE WETENSCHAPPER

Anne Bert Dijkstra | onderzoeker | Universiteit van Amsterdam

Foto: Jan Luursema

 

‘Burgerschapsonderwijs is nodig als vloer onder onze democratische samenleving. Vrijheid en autonomie – je leven kunnen invullen zoals jij wilt – zijn een groot goed, maar spreken niet vanzelf. De democratische rechtsstaat borgt die vrijheid. Maar kan niet zonder burgers die democratische basiswaarden – zoals gelijkwaardigheid, verdraagzaamheid en vrijheid van meningsuiting – steunen. Zeker in tijden van ‘kloven en bubbels’ is die gemeenschappelijke basis belangrijk. Burgerschapsonderwijs bevordert basiswaarden en de competenties om vreedzaam samen te leven. Het helpt jonge mensen zelfstandig keuzes te maken en te zien wat basiswaarden voor hen betekenen. Autonoom, zo nodig kritisch én met oog voor de vrijheid van anderen. Bevordering van burgerschap maakt dat concreet in de leefwereld van leerlingen, vanuit de visie en idealen van de school.

Het beeld zoals dat al langere tijd uit onderzoek blijkt, is dat de kwaliteit van burgerschapsonderwijs versterking vraagt. Een voorbeeld daarvan is de internationale burgerschapsstudie ICCS. Die liet in 2016 zien dat Nederlandse leerlingen democratische waarden zijn toegedaan, maar vergeleken met landen rondom ons, laag scoren op burgerschapshoudingen. Zo is naar verhouding een gering aantal leerlingen voorstander van gelijke rechten voor migrantengroepen. Ook blijken de verschillen tussen leerlingen uit onderscheiden schooltypen in Nederland groter dan elders. De resultaten van de volgende meting zullen eind dit jaar beschikbaar komen.

Een belangrijke vraag is dan: wat werkt? Onderzoek naar bijvoorbeeld succesvolle aanpakken, een bevorderend schoolklimaat of inzicht in de relatie tussen leerdoelen, aanpak en wat leerlingen daadwerkelijk leren, helpt daarbij. Goed burgerschapsonderwijs kenmerkt zich door idealen én effectiviteit. Dat vraagt een evidence informed benadering.’

Prof. dr. A.B Dijkstra is tevens verbonden aan de Inspectie van het Onderwijs. We spraken met hem op persoonlijke titel. 

 

 

DE LERARENOPLEIDER

Hanneke Tuithof | Vakdidacticus geschiedenis en hoofddocent curriculumvraagstukken| Universiteit Utrecht en Hogeschool Utrecht

 

‘Burgerschapsonderwijs is een containerbegrip geworden. Ik krijg er veel vragen over, het is voor scholen nog vaag wat ze ermee moeten. We moeten nog steviger het gesprek voeren over wat burgerschapsonderwijs nu echt inhoudt. Als onderzoekers en opleiders, maar zeker ook binnen scholen zelf. Laten we daarbij niet gelijk naar geschiedenis en maatschappijleer kijken, maar het als een gezamenlijke verantwoordelijkheid zien.
De aanscherping in de wet is een goede aanleiding om op school een gesprek te voeren met het team. Goed burgerschapsonderwijs is enorm contextspecifiek! Hoe kan jouw school een oefenplaats zijn? In grote lijnen gaat het erom dat leerlingen leren omgaan met verschillende mensen en zich kunnen verhouden tot de maatschappij en de overheid. Maar tegelijk moet een puber anarchistisch kunnen zijn; je verzetten is ook burgerschapsvorming. En als de school een oefenplaats is, hoort buiten de lijntjes kleuren daarbij. Dat is een spanningsveld.

Veel scholen doen al meer aan burgerschapsonderwijs dan ze denken. Tegelijk omvat burgerschap ook méér dan we in eerste instantie beseffen. Zo zie ik bijvoorbeeld weinig vrouwen en bijna geen mensen van kleur terug in schoolboeken. Een voorwaarde voor goed burgerschapsonderwijs is dat ons lesmateriaal en curriculum weerspiegelen hoe divers onze maatschappij is. Als we alle leerlingen voorbereiden op een plek in de maatschappij, hoort daarbij dat zij zich gerepresenteerd voelen.’

 

 

DE PROGRAMMAMANAGER

Bernard Teunis | manager - curriculumherziening | SLO

Foto: Barbra Verbij

 

‘In de wet is vastgelegd dat scholen aan burgerschap moeten doen, maar de opdracht aan scholen is nu niet expliciet omdat er een curriculum ontbreekt. Heldere kerndoelen helpen om de wettelijke opdracht explicieter te maken en scholen handvaten te geven. Een heel divers en bewust geselecteerd team van leraren en experts levert in november 2023 de conceptkerndoelen op, die vervolgens op grotere schaal worden beproefd.

Doel is de kern te vatten zonder te veel voor te schrijven. Het is aan scholen zelf om vanuit eigen visie de vertaalslag te maken naar de praktijk. Wij gaan dus niet vertellen hoe een goed burger zich zou moeten gedragen. Wat dan wel? We focussen op twee domeinen: Ten eerste ‘kennis over de democratie’, waarbij het gaat over de rechtsstaat, democratische waarden, je rechten en plichten als burger. En ten tweede ‘samenleving’, welke vaardigheden heb je nodig om goed te kunnen participeren in de samenleving? Hoe draag jij bij, ben je in staat je te verplaatsen in een ander?

Kerndoelen rond burgerschap zitten nu deels al verstopt in andere leergebieden. Maar omdat dit geen traditioneel leergebied is zoals taal of rekenen, willen we de kern van burgerschap goed neerzetten: maximaal vijf tot tien specifieke kerndoelen waar een reformatorische school net zo goed mee uit de voeten kan als een islamitische of een openbare. Liever niet als een apart vak, maar doelgericht ondergebracht in het totale onderwijsaanbod.’

 

Dit artikel verscheen in de OCW-special burgerschapsonderwijs van Didactief, mei 2023.

Verder lezen

1 Special: Burgerschapsonderwijs

Click here to revoke the Cookie consent