Interactie vanachter een scherm, zo ondervindt menig leraar bij het onderwijs op afstand, is lastig. Toch valt het in de klas ook niet altijd mee om leerlingen aan de praat te krijgen, zo blijkt uit lesobservaties bij veertig docenten Engels in 3, 4 en 5 havo/vwo. De docenten stelden veel vragen, gemiddeld één vraag per minuut en sommigen zelfs meer dan honderd per les. Maar leerlingen beantwoordden ze doorgaans niet of uiterst kort. Rijke interactie kwam zeer zelden voor.
Het gangbare patroon was een gesloten docentvraag en een kort leerlingantwoord (maximaal drie woorden). Docenten stelden zelden open vragen en als ze dat al deden, leidde dit bij slechts 13% van de vragen tot uitgebreide antwoorden, waarna de interactie meestal meteen weer terugzakte naar gesloten vragen en korte antwoorden.
Heel herkenbaar, zeiden 57 andere docenten Engels desgevraagd. Volgens hen ligt dat niet aan gebrekkige taalvaardigheid van leerlingen, maar spelen emotionele factoren een rol: ze kunnen het wel, maar ze doen het niet. Datzelfde geldt eigenlijk ook voor de docenten: met rijkere, meer open vragen zouden ze een levendigere interactie kunnen bewerkstelligen. Zeker als, aldus de docenten zelf, dit wordt gecombineerd met formatieve evaluatie.
Om leraren te helpen het patroon te doorbreken is een didactische lesobservatieaanpak ontwikkeld. Hiermee kunnen docent en leerlingen samen hun eigen taalgedrag onderzoeken, evalueren en verbeteren. Ze staan bewust stil bij hoe ze samen kunnen bijdragen aan betekenisvolle en levendige interactie. Zo kunnen ze samen stap voor stap toewerken naar rake vragen en rijke antwoorden.
Aanpak: lesobservatie om rijke interactie te bevordere
|
Nienke Smit, Get It Together: Exploring the Dynamics of Teacher-Student Interaction in English as a Foreign Language Lessons. Proefschrift Rijksuniversiteit Groningen, 2021.
Dit artikel verscheen in Didactief, mei 2021.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven