De samenleving raakt steeds hoger opgeleid, waardoor het veiligstellen van een plek op de hoogste onderwijsniveaus steeds belangrijker wordt. We zien dan ook vaak een piek in het gebruik van schaduwonderwijs rond bepalende overgangen of examens.
In Nederland zie je zo’n piek onder meer rond de overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs, wanneer de bepalende niveauselectie plaatsvindt. Ouders willen er voor hun gevoel alles aan hebben gedaan om er het hoogst haalbare voor hun kind uit te slepen.
De opkomst van het schaduwonderwijs is reden tot zorg. Wanneer het verloop van de schoolloopbaan van leerlingen deels berust op de mate waarin zij bijles kunnen inkopen, ontstaat kansenongelijkheid. Bovendien bestaat het risico van overheveling van publieke taken naar ‘de schaduw’. Scholen die actief samenwerken met private aanbieders van aanvullend onderwijs zijn sneller geneigd te verwijzen naar deze aanbieders wanneer een leerling extra ondersteuning nodig heeft.
We moeten tijdig nadenken over hoe we omgaan met de sterke groei van het schaduwonderwijs. Ervaringen in het buitenland leren dat als het duveltje eenmaal uit het doosje is, je het niet gemakkelijk meer terugkrijgt. Hoe voorkomen we dat ouders zich genoodzaakt voelen om aanvullend onderwijs in te kopen? Hoe voorkomen we dat scholen hun taken deels overhevelen naar het schaduwonderwijs?
Volgens mij ligt de sleutel in versterking en flexibilisering van het onderwijs. Scholen moeten voldoende tijd en middelen hebben om leerlingen met extra behoeften zélf te ondersteunen. Een minder vroege en starre niveauselectie vermindert de druk op de overgang naar het voortgezet onderwijs, waardoor jonge kinderen geen extra bijles of toetstraining hoeven volgen uit angst de boot te missen.
Louise Elffers, lector Beroepsonderwijs, HvA, en universitair docent Onderwijskunde, UvA
Lees hier de reactie van minister Jet Bussemaker.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven