Leer leerlingen vragen stellen

Tekst Ahmed Marcouch
Gepubliceerd op 27-10-2014
Ahmed Marcouch - In een remonstrantse kerk hoorde ik de dominee spreken over de zaaier. Wat mij trof was dat de zaaier niet uitrekende waar hij spaarzaam de zaadjes zou planten – nee, de zaaier draagt een bak, schept zijn hand voortdurend vol, strekt zijn arm en verspreidt de zaadjes breed over het land.

De docent is als de zaaier. Veel docenten vragen mij hoe ze moeten omgaan met allochtone leerlingen. Voor lessen over homoseksualiteit, de Tweede Wereldoorlog of het Midden-Oosten schakelen zij gastdocenten in. Toch moeten zij zelf de discussie aan. Pubers hebben behoefte aan correctie en de docenten moeten normeren. Vooral ook nu, na deze bloedige zomer, is dat in een klas vol allochtone leerlingen niet eenvoudig voor bijvoorbeeld docenten geschiedenis of maatschappijleer. Discussie gaat niet, de leerlingen weten veel meer over de islam dan ik, krijg ik als antwoord.

Inderdaad zullen docenten theologische discussies zelden winnen. Docenten moeten doen wat zij altijd moeten doen: leerlingen ertoe brengen dat zij vragen stellen. Wie vragen stelt, gaat antwoorden zoeken. Zonder zoekvraag kun je geen lesstof doorwerken. Ik heb ze gezien, leerlingen die boeken probeerden van kaft tot kaft door te worstelen in een poging alles tot zich te nemen.

Ik ga graag in op uitnodigingen voor gastlessen in de klas. Ik ben zelfs bevoegd en gekwalificeerd – voor ik agent werd, was ik leraar maatschappijleer. Laatst was ik gastdocent in Delft. Daar vroeg ik de leerlingen: 'Waarover willen jullie les?' Ze zeiden: 'Homoseksualiteit.' Ik schreef het woord 'islam' op het schoolbord. En vroeg de leerlingen: 'Wat komt als eerste in je op?' De leerlingen antwoordden: 'Barmhartig.' Toen zei ik: 'Ga naar de imam. Vraag hoe het kan dat je in de moskee hoort dat homo's varkens zijn, terwijl je leraar homoseksueel is. Als vrijwel elke soera in de Koran begint met barmhartigheid, zou je dan je eigen leraar moeten haten?' Ze twijfelden, vroegen door en realiseerden zich dat ook de homo een schepsel is van God. Dus wie de homo minacht, minacht God.

Docenten komen er niet mee weg, met excuses als 'Mijn leerlingen overrulen mij als het gaat om de islam' of 'Mijn leerlingen zijn te zwak'. Dit is precies waarom hij moet doen als de zaaier, die afhankelijk is van de kwaliteit van het zaad, de grond en het weer. En juist daarom ruim zaait. De dominee in de remonstrantse kerk besloot zijn preek met: wie zaait, zal oogsten.

Ahmed Marcouch, lid van de Tweede kamer namens de PvdA.

Dit artikel is verschenen in de rubriek 'Rondom het Binnenhof' van Didactief, oktober 2014.

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent