Projectencircus

Tekst Jo Kloprogge
Gepubliceerd op 21-01-2003
Jo Kloprogge - Over projecten wordt in het onderwijs de laatste jaren niet veel goeds gezegd. 'Projecten hangen maar aan de buitenkant van de school; scholen worden gek van alle projecten die op ze af komen; we moeten af van het projectencircus.' Dat is zo ongeveer de kretologie op grond waarvan projecten op de vuilnishoop worden gegooid.

Het begon allemaal met een paar beschouwingen over de vraag of we wel zo handig omgaan met projecten. In het papegaaiencircuit van deskundigen en vooral aspirant-deskundigen slaat zoiets makkelijk door. Iedereen die de tekenen der tijd verstaat, haast zich nu om de ban over projecten uit te spreken.

Tegen die achtergrond sta je wel vreemd te kijken als je de plannen ziet die scholen en gemeenten produceren om het onderwijs te versterken. Het hele budget dat beschikbaar is, wordt voor zo'n tachtig procent volgeschreven met... projecten. Projecten voor taal, projecten voor kwaliteitszorg, projecten om een betere relatie met de ouders op te bouwen, projecten om de sociale ontwikkeling van kinderen te stimuleren, en ga zo maar door. Thema's waar geen project voor is ontwikkeld, komen gewoon niet aan de bak. Het akelige is dat de slechte reputatie van projecten natuurlijk ook de departementen en politiek heeft bereikt, waar men altijd heel gevoelig is voor dit soort beeldvorming. Met ijzeren logica investeren deze dus nauwelijks meer in nieuwe projecten en zelfs niet meer in het onderhouden van bestaande.

Maar niemand heeft tot nu toe een werkbaar alternatief verzonnen dat het beter doet dan projecten. Het fiasco van de grote innovaties van de overheid is inmiddels breed erkend. Het resultaat van het niet meer investeren zonder alternatief is helder. Langzaam maar zeker eroderen de bestaande projecten en er komt niets anders voor in de plaats. Een enkele keer durft een departement nog wel eens iets nieuws uit te proberen en Stichting Lezen en Forum timmeren nog aan de weg, maar over het algemeen is het armoe troef.

Merkwaardig genoeg heeft de anti-projectenstemming vooral in onderwijscircuits toegeslagen en niet daarbuiten. Elke auto die nieuw in de showroom staat, is ooit begonnen als een project van een paar creatieve constructeurs, getest, verbeterd, weer getest, weer verbeterd en uiteindelijk in productie genomen. Maar in het onderwijs ondermijnen angst voor mislukking en bibberende knietjes voor de kritische blik van Financiën de laatste restjes durf om eens iets uit te proberen. In dergelijke situaties komt de redding vaak uit de taal. Je bedenkt een ander woord dat minder beladen is en voor een paar jaar weer mag. Het moet herkenbaar zijn maar net anders, en afkomstig zijn uit een andere sector met een hoger prestige. Wil iemand dus toch nog eens zoiets als een project, noem het dan vooral kiemproject. Ik weet ook niet wat het is, maar het schijnt wel te mogen, zelfs van de aspirantdeskundigen.

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent