Zwalken tussen gelijkheid en excellentie

Tekst Ferry Haan
Gepubliceerd op 03-06-2016
Ferry Haan - Een behoorlijk schandalige opening - in de woorden van collega Johannes Visser zelfs 'fucking schandalig' - van de Volkskrant ( 'Nederlandse scholier ongemotiveerd, amper orde in klas, veel talent onbenut') maakt moedeloos.

Als de krant dit uit het Oeso-landenrapport haalt, terwijl alle complimenten aan Nederland -'een van de beste onderwijssystemen van de wereld' - aan de kant worden geschoven, dan is werken in het onderwijs even niet zo leuk.

Een woelige maand vol onderwijsnieuws bracht vooral verwarring. Eerst was er de heftige discussie over kansengelijkheid na het rapport De Staat van het Onderwijs van de inspectie. Half mei kwam het landenrapport over Nederland uit van de Oeso en was het probleem ineens dat juist goede leerlingen verwaarloosd worden.
Wat is nu het meest urgent? Kansengelijkheid of meer aandacht voor de top, zodat de kansenongelijkheid per definitie zal toenemen? Dit zijn de hysterische golven waar mensen in het onderwijs gek van worden. Gewoon doorgaan met hoe we het altijd doen, is dan de juiste reflex.

Het zou fijn zijn wanneer dit soort debatten niet zo heftig zou worden gevoerd. Zowel kansengelijkheid, als aandacht voor talent, zijn belangrijke onderwerpen. Gelukkig constateert de Oeso dat Nederland wereldkampioen is voor wat betreft de prestaties van sociaal zwakke leerlingen.

Zijn er nu interventies te bedenken die deze problemen tackelen en het Nederlandse Onderwijs nog beter maken? Natuurlijk wel. Twee- of zelfs driejarige brugklassen, lijken een no-brainer. De middenschool komt weer langzaam terug.
Hiermee hebben we echter nog geen uitdagend onderwijs voor de slimme leerlingen. Daarvoor heb ik een suggestie. In mijn promotieonderzoek hebben we een verrijkingsbeleid op het Stedelijk Gymnasium Nijmegen geëvalueerd. We vinden met harde onderwijs-economische evidence based evaluatietechnieken, flinke positieve effecten op prestaties van excellente leerlingen, terwijl anderen leerlingen geen nadeel ondervinden.

Wat is de kern van het Nijmeegse beleid? Leerlingen krijgen het recht om lestijd in te ruilen voor projecttijd. Tijdens het werken aan zelfgekozen projecten worden de leerlingen losjes, maar wel effectief, begeleid. De excellente leerlingen kiezen hun eigen uitdagingen en worden daarin gefaciliteerd door de school.
Een kopie van dit beleid (ook onderdeel van mijn promotieonderzoek) draait nu op twee scholengemeenschappen in Noord-Holland tot veel plezier van zowel de leerlingen als docenten.

Leerlingen krijgen minder les, maar presteren beter. Soms hoeven ingrepen in het onderwijs helemaal niet zo heftig te zijn. Wat mij betreft krijgt elke leerling het recht om een deel van de onderwijsweek naar eigen keus in te delen. Een interessante onderzoeksvraag hierbij is of de kansengelijkheid hier ook mee geholpen is.

Ferry Haan is docent economie aan het Jac. P. Thijsse College in Castricum, promovendus aan de UvA, geassocieerd lid van de Onderwijsraad en publicist.

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent