Interview

Zo maak je verschil

Tekst Carolien Nout
Gepubliceerd op 26-12-2022 Gewijzigd op 04-08-2023
Beeld Shutterstock
Alle kinderen gelijke kansen bieden, kan voor leraren uitdagend zijn. Wat een kind nodig heeft, verschilt per situatie. Twee leraren vertellen hoe het project ‘Kansen in context’ hen helpt om meer grip te krijgen op deze complexe opgave.

Elke klas telt wel leerlingen met een sociaaleconomisch zwakke positie of uit een onveilige thuissituatie, vol geweld of verslavingsproblemen. Hoe kun je ze dan een solide basis meegeven van kennis, vaardigheden en zelfvertrouwen? Kansen in context is een onderzoeksproject van het lectoraat De pedagogische opdracht, waarin onderzoekers samen met leraren(opleiders) en studenten antwoord proberen te geven op deze vraag.


Els

lerares en zorgcoördinator op basisschool De Pionier in Wormerveer

‘Onze school staat in een “vergeten” wijk met verouderde huurwoningen. Huiselijk geweld of armoede komt ook in ons dorp voor. Natuurlijk merk je dat in de klas. Als sommige leerlingen ’s ochtends naar school komen, zitten hun hoofden al helemaal vol. Dat uit zich in gedrag, maar ook in “uit” staan: ze nemen niets op van een les.’
 

Veerkracht

‘Meedoen aan dit project is een cadeautje. Onder begeleiding van de onderzoekers realiseren we ons bijvoorbeeld meer hoe belangrijk hoge verwachtingen zijn, van deze leerlingen, maar ook van onszelf.

‘Wij gaan jou helpen,
want jij bent dat waard’

We hebben een jong team; het is fijn om over deze zaken te sparren. We zijn begonnen de pedagogische opdracht van onze school duidelijker te verwoorden: dat alle kinderen kansen verdienen, ook al is het moeilijk. Natuurlijk zien we de zorgen waarmee kinderen kampen. Maar we doen ook een beroep op hun veerkracht en zeggen: “Wij gaan jou helpen, want jij bent dat waard”. Uitspreken dat ze kansen hebben en hen helpen, heeft ongelofelijk veel effect op leerlingen.’
 

Inchecken

‘We starten de dag met een gesprekje met elke leerling: hoe gaat het? Kinderen die meer nodig hebben, kunnen bij mij “inchecken” voor een uitgebreider gesprek. Soms nodig ík daar iemand voor uit, bijvoorbeeld een kind dat steeds negatief wordt bejegend door een ouder. Sommige leerlingen vertonen dan ook negatief gedrag in de klas. Dat proberen we op te lossen middels pedagogische begeleiding gekoppeld aan didactiek. Dus naast de problemen, bespreek ik ook positieve, “schoolse” zaken met de leerling die zo toch iets leert.’
 

Eyeopener

‘We kijken in het team nu vooral naar ons eigen handelen in de klas en naar specifieke situaties, zoals een kind dat niet verder komt met rekenen of dat heftig gedrag vertoont. In een zogeheten ervaringsreconstructie nemen we dat onder de loep. Het is een gesprekstechniek om open te onderzoeken met je collega’s wat er aan de hand is. We stellen eerst verhelderingsvragen, daarna komt iedereen met mogelijke verklaringen. Het valt op dat we vroeger geneigd waren voor verklaringen altijd naar het kind te kijken. Nu zoeken we het ook in wat de leraar doet, durft of weet, in de pedagogische opdracht die we voor ogen hebben en benutten we onderzoek en theorie. Het helpt een collega fris naar de situatie te kijken. Een kind dat met rekenen vastliep, bleek bijvoorbeeld thuis ook erg te moeten presteren. We hebben de nadruk op rekenen losgelaten en het kind groeit weer. Dat was een eyeopener, hoe pedagogiek en didactiek met elkaar verweven zijn.’

 

Robin

Intern begeleider op basisschool de Vlinder in Heemskerk

‘Onze school staat in een wijk met relatief veel armoede, soms van generatie op generatie. Daarnaast zijn er veel nieuwkomers. Werken op een “gemengde” school geeft mij energie, maar confronteert mij ook met allerlei problemen. Hoe maak je de thuissituatie van leerlingen veiliger, zonder het contact met ouders te verliezen? Sommige kinderen en ouders maken ernstige dingen mee, zoals armoede of huiselijk geweld. Vaak ontbijten ze niet voordat ze naar school komen. Sinds kort runnen we daarom op school een boterhammenbar. In het team hebben we wel overlegd of dit bij onze taak als leraar past.
Voorheen zocht ik naar praktische, organisatorische oplossingen. Dankzij Kansen in context heb ik me verdiept in de theorie. Ik heb nu meer oog voor mijn eigen handelen als ib-er. Ik probeer de vraag te beantwoorden: Wat heeft deze leerling volgens jou pedagogisch-didactisch nodig om verder te komen en wat vraagt dat van ons? Leraren en ik komen hierdoor met meer structurele oplossingen die we ook kunnen onderbouwen.’
 

Betere keuzes

‘In een focusgroep van zes leraren noteren we in journals bijzondere ervaringen, bijvoorbeeld het onvermogen dat je voelt wanneer je leerling zich vooral fysiek uit. We bespreken zo’n casus open met elkaar: wat vraagt dit van jou? Daarbij besteden we expliciet aandacht aan de zogenoemde vijf G’s: Gebeurtenis, Gedachten, Gevoelens, Gedrag en Gevolg. In dit voorbeeld besef je dan dat het leerlinggedrag voortkomt uit een gebrek aan taal, maar dat het jouw reactie wel beïnvloedt. Het gesprek maakt je bewuster van je handelen. De hamvraag is steeds: waarom doen we wat we doen en wat moeten we kunnen of weten om het goede nog beter te doen?’
 

Veiligheid

‘Een leraar vertelde bijvoorbeeld in die focusgroep dat ze op de vloer van de klas allemaal blauwe verfvlekken zag; in een primaire reactie vroeg ze streng aan de kinderen wie dat had gedaan.

‘Ons beroep is soms moeilijk,
maar wel mooi’

Geconfronteerd met de angst in de ogen van een paar leerlingen, realiseerde ze zich hoe belangrijk het is om een veilige sfeer te creëren. Juist omdat veel kinderen dit thuis soms niet ervaren. Die veiligheid is nodig om te kunnen leren. Misschien was haar strengheid geen goede pedagogisch-didactische keuze. Immers, behalve naar een veilige leeromgeving streven wij er ook naar dat leerlingen volwassenen leren vertrouwen. Dat vertrouwen liep het risico beschadigd te worden. Dat besef en het voornemen om het een volgende keer anders te doen, kwam toen ze het voorval met collega’s besprak. Dat hielp weer te focussen op de pedagogische opdracht.’
 

Open bevragen

‘In de wandelgangen delen collega’s nu gemakkelijker wat ze meemaken, zowel leuke als moeilijke dingen. Onderling is er meer openheid in het team dan voorheen. Alleen stoom afblazen in de koffiekamer is onvoldoende. Je moet af en toe stilstaan en samen kijken naar wat er echt aan de hand is. Als je elkaar open bevraagt en bekijkt wat er nodig is, dan ervaar je dat ons beroep moeilijk is, maar wel mooi.’

Lees meer over het thema ‘Kansen in context’ op inholland.nl.

 

Dit artikel verscheen in de InHolland-special van Didactief, januari/februari 2023.

Verder lezen

1 Special: De Pedagogische Opdracht

Click here to revoke the Cookie consent