Pesten de relatie tussen leerkrachten en ouders flink op de proef kan stellen?
1 op de 14 kinderen aangeeft slachtoffer van pesten te zijn?
Anti-pestmethoden met een oudercomponent effectiever (Chen et al., 2020; Jiménez-Barbero et al., 2016; Ttofi & Farrington, 2011) zijn in het tegengaan van pesten maar dat de meeste anti-pestmethodes niet over een oudercomponent beschikken?
Ouders van omstanders vrijwel nooit worden betrokken (Banks et al., 2019) bij het oplossen van pestsituaties?
Lastig vind ik het wanneer ouders zeggen: ‘dat doet mijn kind niet’, terwijl je het zelf hebt gezien. Dat vind ik heel moeilijk, want dan komt het dus al niet meer binnen. Was er maar een video-observatie geweest, dan hadden we gewoon met elkaar kunnen kijken. Als een ouder al bij voorbaat zegt “dat doet mijn kind niet”, dan kun je niet meer met elkaar in gesprek. Want als je als leerkracht aangeeft: “ik heb het gezien”, en als die ouder het ontkent, dan zegt hij eigenlijk: “nee jij liegt, want mijn kind doet dat niet” (een leerkracht).
Leerkrachten ervaren soms wrijving met ouders in pestsituaties. Omgekeerd zijn er ook ouders die zich op een dood spoor wanen wanneer ze een leerkracht vragen om het pesten van hun kind te laten stoppen. Hoe werk je samen naar een oplossing toe wanneer er zo verschillend wordt gedacht over een situatie? In onderstaande quote staat hoe een ouder het vertrouwen in de leerkracht lijkt te zijn kwijtgeraakt:
Op de eerste schooldag, in een nieuw lokaal, bij een nieuwe leerkracht, zit hij achterin, achter het pestkopje. We dachten al: “oké, wat is dit?!” Het voelde persoonlijk. Het voelde niet als een ongelukje. Een paar dagen later is hij naar voren gezet en toen dacht ik: “oh, gelukkig”. Nog een dag later zit hij naast het pestkopje. Toen dacht ik echt: “jongens, waar zijn we nou mee bezig. Is dit dan jouw manier om mij te laten voelen dat jij de macht hebt? Is mijn kind hier de dupe van? Daar werd ik heel boos om. Ik heb die afspraken met de vorige leerkracht gemaakt, die zijn ook op papier gezet, dus ik dacht: ik maak een afspraak met die leerkracht... Moet je elk jaar opnieuw afspraken maken? Ik ging er vanuit dat die gewoon doorliepen” (een ouder).
Een goede samenwerking tussen ouders en leerkrachten helpt bij het stoppen van pesten in de klas. Desondanks geven leerkrachten aan dat zij de samenwerking met ouders bij het tegengaan van pesten soms lastig vinden. Dit blijkt uit onderzoek van de Hanzehogeschool Groningen naar knelpunten en werkzame factoren in de samenwerking tussen ouders en leerkrachten bij pesten. Bovenstaande quotes komen uit interviews met 29 ouders, 18 leerkrachten en 10 leerlingen van drie basisscholen in Groningen.
Op basis van het Groningse onderzoek hebben we drie werkzame factoren gevonden:
Zoals ook uit eerder onderzoek is gebleken wordt pesten niet altijd gezien en wordt er niet altijd direct gehandeld, omdat het vaak buiten het zichtveld van de leerkrachten gebeurt. Ouders en leerkrachten vinden het wel prettig wanneer zij direct op de hoogte worden gesteld door de andere partij. Ouders geven tevens aan dat ze het prettig vinden wanneer de leerkracht, na het zien of na een melding van ouders of kinderen, direct actie onderneemt om het pesten te stoppen.
Uit de gesprekken met ouders komt naar voren dat zij soms het idee hebben dat de leerkracht hun verhaal niet serieus (genoeg) neemt. Ook al is deze zorg van ouders soms onterecht, het bagatelliseren ervan bevordert de samenwerking niet en kan tot een vertrouwensbreuk leiden. Het bevordert de samenwerking wanneer leerkrachten de emoties en zorgen van ouders erkennen over mogelijke betrokkenheid van hun kind bij pesten.
Zowel ouders, leerkrachten, als leerlingen vinden een voortdurende en open communicatie over pesten belangrijk. Veel winst valt nog te behalen bij de beslissing wie er over het pesten meepraat. Vaak spreken leerkrachten alleen de direct betrokken partijen (de pester, de gepeste en eventueel de ouders van deze leerlingen). Dit, terwijl omstanders van het pesten vaak veel meer weten dan de leerkracht of de ouders. Ook is uit eerder onderzoek bekend dat omstanders een grote invloed kunnen hebben bij het stoppen van pesten. Het kan nuttig zijn om ouders van omstanders te betrekken bij pestsituaties, omdat zij thuis mogelijk wel horen over pesten en hun kind kunnen adviseren hoe om te gaan met het pesten van hun klasgenoten.
Momenteel wordt aan de Hanzehogeschool Groningen vervolgonderzoek uitgevoerd, om tot een handreiking te komen voor leerkrachten voor de samenwerking met ouders.
Onderzoekers van het Lectoraat Jeugd, Educatie en Samenleving aan de Hanzehogeschool Groningen (HG).
Referenties:
Banks, C. S., Blake, J. J., & Lewis, K. (2019). Collaborating With Parents to Increase Proactive Bystander Messages. Professional School Counseling, 23(1), 2156759X2091274.
Chen, Q., Zhu, Y., & Chui, W. H. (2020). A Meta-Analysis on Effects of Parenting Programs on Bullying Prevention. In Trauma, Violence, and Abuse. SAGE Publications Ltd.
Jiménez-Barbero, J. A., Ruiz-Hernández, J. A., Llor-Zaragoza, L., Pérez-García, M., & Llor-Esteban, B. (2016). Effectiveness of anti-bullying school programs: A meta-analysis. Children and Youth Services Review, 61, 165–175.
Ttofi, M. M., & Farrington, D. P. (2011). Effectiveness of school-based programs to reduce bullying: A systematic and meta-analytic review. In Journal of Experimental Criminology (Vol. 7, Issue 1, pp. 27–56).
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven