Recensies

Recensie: Overal water

Tekst Bea Ros
Gepubliceerd op 04-10-2010 Gewijzigd op 27-02-2020
In september verscheen een jeugd-boek over de watersnoodramp van 1953. Dat sluit zowel mooi aan bij een van de vijftig canonvensters als bij het waterthema van de Week van de Geschiedenis 2010.

Geschiedenis en verhalen, die horen samen. Een verhaal kan abstracte of saaie stof openbreken. Daarom is het handig dat eind oktober als onderdeel van het project Kunst van Lezen de brochure Geschiedenis in een boekenkast verschijnt, die bij elk canonvenster minstens drie aansprekende jeugdboeken biedt. Per venster komt telkens één boek uitgebreid aan bod en staan in een kader andere leessuggesties. Samenstelster Wilma van der Pennen slaagde er zelfs in om bij lastige vensters als Eise Eisinga of Willibrord verhalen te vinden. De brochure wordt gepresenteerd tijdens de Week van de Geschiedenis (16-24 oktober) en via de openbare bibliotheken verspreid over (basis)scholen. Er wordt nog gewerkt aan een brochure met boeksuggesties voor de boven-bouw van havo en vwo. Twee van de vijftig vensters sluiten aan bij het waterthema van de Week van de Geschiedenis, de Beemster en de Zeeuwse watersnoodramp. Bij dit laatste bespreekt Van der Pennen terecht de klassieker van Jan Terlouw, Oosterschelde windkracht 10. Een boek dat ze niet kon noemen, omdat het net verschenen is, is Overal water van Ineke Mahieu. Terlouws boek zet vooral aan tot nadenken over hoe om te gaan met water(dreiging), Mahieu biedt vooral beleving. Haar verhaal beslaat de periode 29 januari tot en met 3 februari 1953, met een epiloog die een jaar later speelt. De lezer bevindt zich samen met hoofdpersoon Nout midden in de gevarenzone. Hij klimt samen met hem naar zolder, daarna op het dak, daarna in een appelboom om ten slotte op een deur te springen en weg te drijven. Mahieu beschrijft hoe de ver-antwoordelijke mensen als een dijkgraaf en burgemeester van tevoren de dreiging van het water onderschatten of zelfs bagatellise-ren. Nouts opa weet beter, maar naar hem wordt niet geluisterd. Ook als Nout en zijn broer in de nacht van 31 januari op 1 februari de noodklok willen luiden, worden ze door de dominee weggestuurd. Dat is weliswaar makkelijk geschreven met wijsheid achteraf en de personages zijn ook nogal zwart-wit, anderzijds maakt dat de beschreven gebeurtenis – Zeeland overvallen door het water – wel des te indringender. Bovendien biedt et verhaal juist daarmee ook aardige aanknopingspunten voor een gesprek in de klas.

Wilma van der Pennen, Geschiedenis in een boekenkast. De cultuurhistorische canon in 50 verhalen voor kinderen van 8-14 jaar. Zie ook http://www.kunstvanlezen.nl en http://www.entoen.nu

Click here to revoke the Cookie consent