Kubra Aksoy is 28 en zit daarmee in haar laatste jaar als peer educator van MoneyWays. ‘Mijn houdbaarheidstijd als peer zit er zo’n beetje op’, vertelt ze. ‘De grens ligt bij 28. Jammer, maar ook begrijpelijk natuurlijk. Want het hele idee van peer education is dat er jonge mensen voor de klas staan die kunnen levelen met de leerlingen.’ De afgelopen vier jaar stond Aksoy voor heel wat klassen om geldzaken bespreekbaar te maken. ‘Praten over geld is voor veel jongeren nog taboe. Met MoneyWays willen we dat doorbreken en zo voorkomen dat er bij jongeren schulden of geldproblemen ontstaan. In drie lessen maken we jongeren bewust over hun gedrag en bereiden we hen voor op de toekomst.’
Inzicht in je eigen dagelijkse financiële gedrag staat centraal in les 1. Hoe komen jongeren aan hun geld en waaraan geven ze het uit? ‘Belangrijk is om eerst het ijs te breken’, vertelt Aksoy.’ Ze begint vaak met iets persoonlijks en een (actuele) stelling, zoals: Ik geef in coronatijd meer geld uit dan normaal. De jongeren mogen inschatten of ze denken dat het bij mij klopt. Vervolgens vertel ik dat online spullen kopen voor mij een struikelblok kan zijn. Dat ik tijdens de lockdown bijvoorbeeld ineens veel bestellingen deed, terwijl het verstandiger was geweest om meer te sparen. Ik vraag jongeren wat zij daarvan vinden. Herken je het? Wat is jouw struikelblok? Waar geef jij makkelijk geld aan uit?’
Leerlingen of studenten aan het praten krijgen, in de ene klas is het lastig en in de andere klas gaat het vanzelf. In het begin zijn jongeren vaak nog terughoudend, is Aksoy’s ervaring. ‘Maar doordat wij zelf heel persoonlijke verhalen delen en aansluiten bij hun belevingswereld, komt er gauw meer openheid. Ik benadruk altijd dat geld een breed onderwerp is en dat de meningen erover mogen verschillen. Dat het belangrijk is dat we elkaar respecteren.’
‘Ik benadruk dat we elkaar blijven respecteren’
Do’s en don’ts bij gesprekken over geld
|
Centrale thema in de tweede les is ‘keuzes maken’. ‘Ik leg de klas dilemma’s voor waar we samen over doorpraten. Wat doe je bijvoorbeeld als je met vrienden ergens wat gaat eten maar je geld is op? Leen je geld om nieuwe schoenen te kopen of niet? Ook hier kom ik weer met voorbeelden uit mijn eigen leven. Zo vertel ik hoe ik een paar jaar geleden het eigen risico van mijn zorgverzekering heel hoog had gezet, vanuit de gedachte dat ik toch nooit ziek ben. En precies dat jaar viel ik tijdens het schaatsen. In diezelfde periode kwamen er nog wat andere rekeningen bij, waardoor ik ineens €1.200 moest betalen. Ik vraag de leerlingen en studenten wat zij zouden doen in mijn situatie. Daar komen vaak leuke en open reacties op.’ In navolging van de peers delen leerlingen vervolgens ook zelf dilemma’s. Er komen persoonlijke verhalen voorbij, bijvoorbeeld over schulden of verslavingen. ‘Een jongen vertelde dat hij in de afgelopen paar jaar bijna €8.000 had gespendeerd aan games. En dat hij dat graag anders wilde. Kijk, dan heb je een goed gesprek.’
Ook de sociaal-emotionele aspecten van geld komen aan bod. Hoe voelt het als je weinig geld hebt? Of als je een onverstandige keuze hebt gemaakt? ‘Omgaan met geld gaat over zoveel meer dan alleen kennis,’ zegt Aksoy. ‘De meeste financiële keuzes die jongeren maken, zijn gebaseerd op gevoel. Ze willen bijvoorbeeld niet buiten de boot vallen, of schamen zich voor het feit dat er thuis weinig geld is. We maken leerlingen bewust van de grote rol die bijvoorbeeld schaamte en groepsdruk kunnen spelen.’
Les drie werpt een blik op de toekomst. Wat moet je weten als je achttien wordt, waar kan je tegenaan lopen? Studiefinanciering, huur, verzekeringen, bijbaantjes, loonheffing, belasting, toeslagen, het komt allemaal voorbij. ‘Ik houd daarbij natuurlijk rekening met wat er leeft in de klas en laat leerlingen en studenten zelf onderwerpen kiezen waar ze dieper op in willen gaan. Ook in deze laatste les deelt Aksoy uit eigen ervaring. ‘Ik vertel dat mijn ouders tot mijn 20e bijna alles voor me betaalden. En dat ik daarom geen flauw benul had wat me te wachten stond toen ik het uiteindelijk zelf moest doen. Gelukkig ben ik nooit echt in de problemen gekomen, maar fijn was het niet. Je kunt echt beter goed voorbereid zijn.’
Aksoy drukt leerlingen en studenten ook op het hart om vooral hulp te vragen als je het even niet meer weet. ‘Zelf heb ik mijn broer vaak om advies gevraagd. Soms lijkt een probleem heel groot, maar door het te delen, wordt het vaak een stuk kleiner. Want de oplossing is simpeler dan je denkt.’
Landelijk lesprogramma MoneyWays is ontwikkeld door Diversion en het Nibud en is bedoeld voor leerlingen in de bovenbouw van het vmbo en de onderbouw van het mbo. Het wordt financieel mogelijk gemaakt door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. |
Dit artikel verscheen in de special 'Financiële Geletterdheid' van Didactief, maart 2021.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven