Onderzoek

Power to the pupil

Tekst Casper Höyng
Gepubliceerd op 06-09-2016 Gewijzigd op 20-01-2017
Hoe betrek je leerlingen meer bij het groepsgebeuren? Met de klassenvergadering en het voortgangsgesprek geleid door leerlingen, ontwikkel je spelenderwijs 21st century skills bij de leerlingen.

Kinderen worden steeds mondiger. Ook in de klas. Is het een teken van zwakte als een leraar daar gebruik van maakt of een teken van kracht? De Franse onderwijsvernieuwer Celestine Freinet (1896-1966) koos voor de Tweede Wereldoorlog al voor het eerste en in toenemende mate krijgt hij bijval. Een van de meest spraakmakende navolgers is Jay Marino, die wereldwijd de klassenvergadering oftewel de student lead conference van Freinet propageert, zij het in aangepaste vorm. 'Het is een onderdeel van klassenmanagement waarbij je de leerling in zijn kracht zet', zegt Jan Polderman van het Landelijk Leiderschapscentrum Expertis. 'Zoals we aan de leraar vragen om te handelen als een professional, zo kunnen we ook naar de leerling kijken. Geef hem ruimte en behandel hem als een toekomstig volwassene.'

Polderman zag klassenvergaderingen en zogenoemde student lead conferences in een aantal scholen in Dunlap Community, Illinois, in de Verenigde Staten en was onder de indruk. Dit is overigens het gebied waar Marino als hoofd van het schooldistrict zijn faam aan dankt: hij wist er de onderwijsopbrengsten flink te verbeteren met zijn nadruk op opbrengstgericht werken en onderwijskundig leiderschap. Kern van de Amerikaanse klassenvergaderingen van Marino is niet zozeer het democratisch proces waar Freinet op hamerde, maar de ontwikkeling van een aantal leiderschapsvaardigheden: vergaderen, presenteren, elkaar aanspreken, bevorderen van een bepaalde cultuur. 'Werkvormen die goed passen bij het leren van de 21e eeuw', aldus Polderman. 'In een aantal scholen zagen we deze werkvormen toegepast, al vanaf de eerste klassen. Wonderwel kunnen ook de allerkleinsten er goed mee uit de voeten.'

Klassenvergadering

Een klassenvergadering à la Marino vindt wekelijks plaats en kan over van alles gaan. De klas kiest om beurten een voorzitter die de vergadering gedurende de week voorbereidt en uiteindelijk leidt. Vast onderdeel is een evaluatie van de afgelopen week. Wat ging goed? Wat kan beter? En: Wat gaan we daaraan doen? Leerlingen schrijven de antwoorden die week op post-it papiertjes en verzamelen ze op een flap of het bord. Dit is weer helemaal Freinet. Polderman: 'In Dunlap zagen we een vergadering waarbij een rekenles centraal stond. De leraar zat er bij maar de leerlingen waren best kritisch: "De rekenles van donderdag, juf, die ging niet zo goed. We hebben minder geleerd dan normaal. Ik merkte dat het erg onrustig was en dat we niet goed aan het werk gingen." De leraar reageerde ook heel reëel dat ze de les niet goed had voorbereid: "Als het goed is, hebben jullie al gemerkt dat het nu beter gaat omdat ik de lessen nu grondiger voorbereid." De leerlingen pakten dat snel en goed op en de aandacht die de leraar besteedde aan hun mening zorgde ook voor rust in de klas. Als leraar moet je de leerlingen wel ruimte durven geven. Ze weten vaak precies wat er wel en niet goed gaat tijdens de les. Ze hebben nuttige feedback waar je als leraar wat mee kunt.'

In de filosofie van Marino is samenwerking van alle betrokkenen binnen school nodig om een doel te bereiken. De klassenvergadering is een mooie uitwerking van wat hij alignment noemt: van bestuur tot in de klas samen werken aan het gedeelde doel. De klassenvergadering zet leerlingen voor korte tijd aan het roer. Soms leiden de vergaderingen tot een klein verbetertraject. Polderman: 'Aandacht geven aan de beleving van kinderen en hun oplossingen serieus nemen is een aanwijsbare factor voor betere leerlingprestaties.'


Ook geschikt voor pubers

Ook ouderbetrokkenheid kan groeien door leerlingen een grotere rol toe te kennen tijdens bijvoorbeeld tien-minutengesprekken en ouderavonden. In de Verenigde Staten maakte Jan Polderman van het Landelijk Leiderschapscentrum Expertis kennis met oudergesprekken die door leerlingen geleid werden. Een concept dat ook op verschillende Nederlandse scholen wordt uitgevoerd. Polderman: 'De leerlingen waren gesprekspartner voor zowel hun ouders als de leraar in de zogenoemde student lead conferences. Zij hadden tijdens de les en na toetsen zelf hun prestaties bijgehouden in een individuele leerlingmap en presenteerden die vervolgens op een soort open avond. Hierin stond ook uitgewerkt hoe ze ten opzichte van gemiddelde en norm hadden gepresteerd.

Doordat de leerling zelf aan het woord was, ontstond vanzelf interesse bij de ouders. Een jongen antwoordde, nadat zijn ouders hem vroegen waarom zijn rekenresultaten achterbleven: "Dat snappen jullie toch ook wel, ik moest deze week enorm op mijn tenen lopen." Zijn ouders hingen aan zijn lippen. Die aandacht krijgt een leraar zelden.' Polderman zag verschillende van deze bijeenkomsten: presentaties voor een zaal, maar ook in de vorm van bijvoorbeeld een informatiemarkt. 'Leerlingen lieten in kraampjes zien wat zij geleerd hadden en net als op de markt ontstonden er ontspannen gesprekken met de voorbijgangers: ouders en leraren. De leraar heeft zijn groep begeleid bij het opzetten van de markt en de bijeenkomst gefaciliteerd: ruimte georganiseerd, kraampjes, avondopenstelling, enzovoort.'

Dit artikel is onderdeel van de Didactief-special Onderwijs in de 21e eeuw (mei 2013), die tot stand kwam in opdracht en met financiële bijdrage van Expertis.

 

Bronvermelding

1 Onderwijs in de 21e eeuw

Click here to revoke the Cookie consent