In 2016 bracht Gronings onderzoek positief bericht: kinderen die ingrijpen bij pesten zijn erg populair bij hun klasgenoten. Maar nieuw Nijmeegs onderzoek laat zien dat deze vlieger in het vo helaas niet opgaat. Ontwikkelingspsycholoog Loes Pouwels bevroeg 1.600 middelbare scholieren tussen veertien en achttien jaar. Ze zag dat pestgedrag naarmate kinderen ouder worden meer loont en verdedigingsgedrag juist minder.
Adolescenten veroordelen pesten in het algemeen. Maar zodra ze over klasgenoten moeten oordelen, komen de kaarten anders te liggen. Dan blijkt een pester opeens populair en status te genieten en een slachtoffer juist minder. En waar op de basisschool verdedigers van slachtoffers erg populair zijn, is dat onder adolescenten een stuk minder het geval. Pouwels bracht ook in kaart hoe de verschillende rollen bij pesten tijdens de adolescentie zijn verdeeld: 10 tot 15% van de jongeren is slachtoffer, 9% is pester, 24% een assistent of aanmoediger van een pester, 19% een verdediger en 24% een buitenstaander.
De meeste antipestprogramma’s zijn gericht op jongere kinderen. Belangrijk, stelt Pouwels, want hoe vroeger je pesten tegengaat, hoe beter. Bovendien blijven slachtoffers vaak gevangen in hun rol. Maar daarnaast pleit ze voor programma’s die specifiek gericht zijn op adolescenten. Ze noemt als voorbeeld het Amerikaanse programma Meaningful Roles. Hierbij worden pesters gekoppeld aan sociaal vaardige klasgenoten en samen krijgen ze een rol die ze aanzien geeft. Zo leren pesters dat ze ook populair kunnen zijn zonder agressief te zijn en te pesten. ‘We moeten rollen bedenken waarin pesters op een positieve manier een coole, invloedrijke positie kunnen verkrijgen in de Nederlandse klas.’
Loes Pouwels, The Group Process of Bullying: Developmental, Methodological and Social-Cognitive Perspectives. Proefschrift Radboud Universiteit, 2018.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven