Onderzoek

Lerarenregister: organiseer het zelf!

Tekst Theo Wubbels en Jan van Tartwijk
Gepubliceerd op 05-11-2018 Gewijzigd op 14-03-2019
Beeld Shutterstock
Het opgelegde lerarenregister was een teken dat leraren nog geen professionele beroepsgroep vormen. Neem daartoe zelf het initiatief, stellen twee Utrechtse hoogleraren.

De overheid wil het leraarschap graag als een professie zien: een beroepsgroep die zichzelf organiseert en instaat voor de kwaliteit van haar leden. Maar bij het realiseren van die wens wordt zij belemmerd door artikel 23 van de Grondwet. Dat stelt juist de overheid verantwoordelijk voor de kwaliteit van leraren.
Toch zouden leraren zich niet door de overheid moeten laten zeggen dat ze bijvoorbeeld de ethische code, de toegangseisen en herregistratie voor het beroep moeten regelen: een professionele beroepsgroep organiseert dat op eigen initiatief. Tegelijkertijd is een professionele beroepsgroep aanspreekbaar op kwaliteit en neemt ze verantwoordelijkheid voor het voortdurend en wetenschappelijk onderbouwd verbeteren van de eigen routines. Als een beroepsgroep daartoe van buitenaf wordt opgeroepen, is dat feitelijk een signaal dat ze zich niet professioneel gedraagt.

Het gedroomde koninkrijk

In de afgelopen decennia heeft het beroep van leraar een turbulente ontwikkeling doorgemaakt dankzij impulsen vanuit de overheid. In de jaren tachtig verlaagde toenmalig minister Deetman de salarissen van nieuwe leraren in het voortgezet onderwijs fors. Dat maakte het beroep van het ene moment op het andere ook voor studenten aan de universiteit een stuk minder aantrekkelijk.
Begin jaren negentig boog een commissie, die door toenmalig staatssecretaris Wallage was ingesteld, zich over de toekomst van het leraarschap. Aanleiding waren onder meer signalen dat er weleens tekorten zouden kunnen ontstaan aan goed opgeleide leraren. De commissie had als opdracht te adviseren hoe de vitaliteit van het leraarschap versterkt kon worden. Haar rapport, Het gedroomde koninkrijk, riep op om het isolement van de leraar in het klaslokaal te doorbreken en de school om te vormen tot een professionele organisatie waarin leraren nauw samenwerken. De leraar werd beschreven als de motor van het onderwijsproces en de drager van onderwijsvernieuwing. Belangrijkste aanbevelingen volgens commissievoorzitter Andrée van Es, zoals zij vertelde aan NRC Handelsblad: vervang het bevoegdhedenstelsel door functie-eisen en bied meer ruimte voor nascholing. Aanbevelingen die ook vandaag nog gedaan zouden kunnen worden.

 

Neem voorbeeld
aan de medische
beroepsgroep

 

Naderend onheil: lerarentekort

In de jaren die volgden, werd een aantal grote onderwijsvernieuwingen doorgevoerd, zoals de basisvorming en het studiehuis. Leraren klaagden erover, maar van een inhoudelijke discussie waarin zij zich als beroepsgroep georganiseerd lieten horen, was geen sprake. De vernieuwingen werden enkele jaren later breed beschouwd als mislukt, wat leidde tot een parlementaire onderzoekscommissie onder voorzitterschap van Jeroen Dijsselbloem. Deze commissie constateerde dat de vernieuwingen onvoldoende wetenschappelijk waren onderbouwd en dat de stem van leraren onvoldoende was gehoord. Met andere woorden: leraren waren als professionals niet serieus genomen. En weer werd het beroep er daarmee niet aantrekkelijker op.

Ondertussen namen de zorgen over dreigende tekorten aan leraren opnieuw toe. Een lange reeks commissies en raden heeft zich sindsdien hierover gebogen en adviezen geformuleerd om het naderende onheil af te wenden. Een van die adviezen was om, naar analogie met onder meer de gezondheidszorg, een beroepsregister in te stellen.

Paradoxale opdracht

Wij zien het opleggen van zo’n register als een paradoxale opdracht aan de beroepsgroep. Volgens Watzlawick, die in de jaren zestig en zeventig de menselijke communicatie beschreef, is een paradoxale opdracht onmogelijk uit te voeren omdat de opdracht zelf dat onmogelijk maakt. Een voorbeeld: ‘wees spontaan’. Maar ook: ‘wees professioneel’, de opdracht die de overheid de beroepsgroep feitelijk gaf.
De taak van de overheid om de kwaliteit van het onderwijs en van leraren te garanderen, zou eenvoudiger worden wanneer leraren zichzelf als professie beter zouden organiseren. Maatschappelijk is daar alle aanleiding toe: de zorg voor de ontwikkeling van de volgende generatie vraagt om hoogopgeleide, innovatieve en analytisch ingestelde leraren.

De veelgehoorde vergelijking met de manier waarop de professie in de gezondheidszorg vorm heeft gekregen, is aantrekkelijk. Weliswaar zijn de eisen aan medische beroepen wettelijk vastgelegd, maar de beroepsgroep is sterk betrokken bij het formuleren daarvan. Eisen voor herregistratie en erkenning van opleidingen voor herregistratie zijn in de praktijk een zaak van de beroepsgroep. Veel van het wetenschappelijke onderzoek in de geneeskunde wordt gedaan door artsen zelf. Artsen zijn op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in hun vakgebied en bij fouten worden zij daar mede door de eigen beroepsgroep, in een tuchtcollege, op aangesproken.

 

Lerarenregister
laat zien dat
overheid worstelt

 

Worstelende overheid

Het leraarschap is (nog) niet in die positie. De overheid worstelt daarmee (zie ook Lerarenbeleid van OCW zwabbert en is in zichzelf tegenstrijdig op ScienceGuide, september 2018). Dat hebben de bewegingen rond het lerarenregister laten zien: de overheid wil dat leraren een register hebben, stelt het verplicht en ziet daar dan toch weer van af. Wanneer leraren een volwassen beroepsgroep zouden vormen, zou die beroepsgroep daartoe zelf het initiatief hebben genomen. De activiteiten van de Onderwijscoöperatie kunnen als poging daartoe worden beschouwd, maar die coöperatie bleek onvoldoende power te hebben om dat effectief te organiseren.

Wij roepen daarom leraren op: organiseer zelf jullie beroepsgroep en neem verantwoordelijkheid voor kwaliteit. Oftewel, wees professioneel. En ja, we realiseren ons: dat is een paradoxale oproep.


Theo Wubbels en Jan van Tartwijk leverden een bijdrage over Nederlandse leraren en onderwijsbeleid in het boek The Teacher’s Role in the Changing Globalizing World: Resources and Challenges Related to the Professional Work of Teaching (Brill, 2018).

Lees meer over professionalisering en register in de bijdrages van Alexander Rinnooy Kan en Miranda Timmermans in Rondom het Binnenhof in Didactief, november 2018.

Lees ook ons dossier over de commissie-Dijsselbloem.

Verder lezen

1 Professionaliseer van onderop…
2 … en neem een voorbeeld aan ons
3 Zes jaar na Dijsselbloem

Click here to revoke the Cookie consent