Nieuws

Leerlingen aan het stuur

Tekst Filip Bloem
Gepubliceerd op 30-06-2014 Gewijzigd op 27-10-2016
Beeld Human Touch Photography
Laat leerlingen meepraten over het leerplan en verhoog zo en passant hun burgerschapsvaardigheden en 21st century skills. Dat is de gedachte achter een recente pilot op vier VO-scholen.

Een leerling die het gevoel heeft dat zijn mening serieus wordt genomen, doet beter mee in de klas. Geen wonder dat meer en meer geprobeerd wordt leerlingen te betrekken bij het reilen en zeilen op hun school, of het nu gaat om het organiseren van een schoolfeest of het handhaven van de orde op het speelplein.

Jeroen Bron, onderzoeker bij SLO, ging voor zijn promotieonderzoek een stapje verder. Op vier scholen in Nederland en Vlaanderen, variërend van vmbo tot havo/vwo organiseerde hij een pilot waarbij leerlingen kunnen meebeslissen over de manier waarop het leerplan wordt ingevuld. In brainstormsessies denken leerlingen na over de associaties die een bepaald onderwerp bij hen oproept, verzinnen er vragen bij en beslissen vervolgens in klassikale discussies welke vragen in de les behandeld worden. Dat kan onalledaagse vragen opleveren die toch een goede ingang tot een vak bieden, zoals bij aardrijkskunde: waarom hagelt het weleens in de zomer?

Bron hoopt zo twee vliegen in één klap te slaan. Leerlingen die inspraak hebben in hun lesprogramma, zullen meer betrokken zijn bij het onderwijs dat ze volgen. Maar het proces van inspraak is minstens zo belangrijk. Leerlingen brengen daarin namelijk een aantal vaardigheden in de praktijk – discussiëren, samenwerken, democratische besluitvorming – die cruciaal zijn voor burgerschapsvorming en het ontwikkelen van 21ste eeuwse vaardigheden.

Veeleisend

Hoewel de pilots nog niet allemaal afgerond zijn, merkt Bron dat zijn aanpak behoorlijk wat vraagt van docenten. Want de vraag ‘Waarom krijgen jongens in de puberteit de baard in de keel?’ mag dan tot de verbeelding spreken, het kan nog een hele klus zijn om die vraag op zo’n manier te behandelen dat alle gewenste leerdoelen aan bod komen. Docenten moeten goed weten welke punten ze essentieel vinden, en niet bang zijn om af en toe te improviseren.

Geert van Hout, werkzaam op de freinetschool van het Koninklijk Atheneum van Sint-Niklaas, is zo’n docent. Voor een groot blok over ecologie liet van Hout zijn leerlingen nadenken over vragen die aan de orde moesten komen en zag dat ze uit zichzelf met zo’n tachtig procent van de voorgeschreven leerdoelen kwamen. De rest moest hij aanvullen, maar daar kreeg hij wel beter gemotiveerde leerlingen voor terug. ‘Je merkt dat ze meer geboeid raken. Het zijn nu ook hun eigen lessen.’

Die toegenomen betrokkenheid komt ook uit de andere pilots naar voren en Bron ziet dan ook veel potentie in leerlingparticipatie bij leerplannen. ‘Leerplannen worden vaak samengesteld door typische middenklasse-mensen en sluiten niet altijd aan bij de belevingswereld van kinderen met een andere achtergrond. Meer inbreng van leerlingen kan dan uitkomst bieden’.

Dit artikel is verschenen in de rubriek Leerplan in Didactief, juni 2014

Click here to revoke the Cookie consent