Het lectoraat richt zich specifiek op de leerkracht omdat deze, vanuit zijn unieke relatie met zijn leerlingen en zijn unieke positie in het leven van de leerlingen, een belangrijke positie inneemt in het netwerk rondom zijn leerlingen. De leerkracht kan en, naar de mening van het lectoraat, moet die positie en relatie inzetten ten behoeve van de ontwikkeling van zijn leerling(en). Dat vraagt een brede blik, veel expertise, inzicht in de eigen mogelijke bijdrage aan de ontwikkeling van de leerling en in de bijdrage die anderen daaraan zouden kunnen hebben. Het vraagt om weloverwogen keuzes en om het voeren van – gepaste – regie op het juiste moment.
Het lectoraat gaat uit van een holistische visie op leren en ontwikkelen. Het gaat ervan uit dat de ontwikkeling van kinderen een samenhangend geheel is, beïnvloed door verschillende factoren en actoren in onderlinge samenhang. Geen enkele afzonderlijke discipline kan dat geheel overzien of verklaren. Professionals dienen zich daarom bescheiden op te stellen en zich te realiseren dat zij zullen moeten samenwerken en daarbij ieders inbreng naar waarde schatten.
Leerkrachten zijn de belangrijkste factor in het leerproces van leerlingen. Zij zijn niet alleen belangrijk voor het – schoolse – leren, maar voor de totale ontwikkeling van kinderen. Door professioneel samen te werken met andere professionals en met ouders kunnen zij die kracht optimaal benutten. Zij kunnen een verbindende functie hebben tussen de verschillende situaties waarin kinderen leven en eraan bijdragen dat de school een leer- en oefenplaats vormt voor samenwerken.
Stelselwijzigingen als Passend Onderwijs en de Transitie Jeugdzorg impliceren dat er meer wordt samengewerkt, ook tussen van oudsher sterk gescheiden systemen zoals onderwijs en jeugdzorg. ‘De huidige onderwijspraktijk van leraren stopt niet bij de deur van het klaslokaal.’ (Onderwijsraad 2013; p. 27). Dit vraagt een nieuwe invulling van het leraarsberoep en een nieuwe professionele identiteit: een postmoderne leerkracht die flexibel is, met een brede blik en een open houding om te leren van anderen (Hargreaves 000). Dat is voor veel leerkrachten lastig en kan leiden tot angst, weerstand, onzekerheid over de eigen rol, taak en identiteit. Samenwerken vraagt van leerkrachten dat zij zich over de grenzen van hun eigen beroep heen bewegen. Het vereist een bewustzijn van de eigen expertise en toegevoegde waarde en van die van anderen.
Een belangrijke doelstelling voor het lectoraat is de verbinding met de Master SEN die Fontys OSO aanbiedt. Het lectoraat wordt geacht kennis te ontwikkelen ten aanzien van het lectoraatsthema en bij te dragen aan aanpassing van het curriculum. Daarbij dienen kennis, vaardigheden en attitudes op het gebied van samenwerken gecombineerd te worden aangeboden, geïntegreerd in de opleiding en gebruik makend van een onderzoeksmatige benadering. Bijvoorbeeld door samen met studenten en staf, van binnen de opleiding en daarbuiten, aan een casus te werken en aan den lijve te ervaren wat samenwerken inhoudt.
De Master SEN biedt alle mogelijkheden om een dergelijk programma vorm te geven. Allereerst door onze studenten: Zij zijn met velen en allen zijn het gemotiveerde, betrokken leerkrachten die bereid zijn om hun vrije tijd te besteden aan de opleiding Master SEN. Zij leren, naar ik hoop, en wij als Fontys OSO-collega’s leren van hen. Iedere dag weer.
Het opleidingsconcept van de Master SEN, dat wordt weergegeven met de triade (Van Swet & Van Huijgevoort 20 2) sluit goed aan bij dergelijke benaderingen. In die triade wordt de professional geacht om steeds weer de verbinding te maken tussen theorie, praktijk en persoon (hijzelf als professional), daarbij samen te werken met critical friends (uit de opleiding en de eigen praktijk) en gebruik te maken van een reflectief-onderzoekende houding en praktijkgericht onderzoek in de eigen praktijk.
Teneinde lectoraat en Master SEN nauw te verbinden dient het onderzoek van het lectoraat een herkenbaar onderdeel binnen de opleiding te zijn: toegankelijk voor collega’s, studenten en werkveld. Zowel het product van het onderzoek als het proces zijn essentieel. Daartoe gaat het lectoraat te werk volgens de principes van ‘de opleiding als platform’, waarbij het lectoraat een ontmoetingsplaats is voor kenniskringleden, OSO-collega’s, studenten en werkveld (Van Swet, Van Huijgevoort et al. 2008). Dat is een ambitieuze doelstelling die tegelijkertijd de nodige bescheidenheid vereist. Het lectoraat zal binnen Fontys OSO een voortrekkersrol hebben bij het ontwikkelen van de werkwijze van Themagecentreerd Onderzoek (TGO). Bij TGO doen studenten onderzoek, samen met mede-studenten die onderzoek doen binnen eenzelfde thema, begeleid door een onderzoeksbegeleider die ook zelf onderzoek doet binnen dat thema. De kenniskringleden hebben daartoe, gebruik makend van de activiteiten in het eerste lectoraatsjaar zoals de workouts en de survey, ieder hun eigen onderzoeksthema’s geformuleerd.
Fontys is een grote hogeschool met een diversiteit aan opleidingen. Mogelijkheden genoeg om samenwerken daadwerkelijk te ondervinden. De organisatie van het lectoraat en haar nauwe inbedding in de Fontys OSO-organisatie biedt alle kansen voor een soepele verbinding tussen lectoraat, het onderzoek van het lectoraat en de Master SEN.
Dit artikel is de samenvatting van de lectorale lezing 'Leerkracht in Samenwerken Professioneel samenwerken met de omgeving aan ontwikkelingskansen van leerlingen' van Jaqueline van Swet in 2014.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven