Laagopgeleide jongeren gebruiken sociale media niet voor bijvoorbeeld sociale activiteiten of om werk te vinden. Daardoor groeien de kloof en kansenongelijkheid tussen lager- en hogeropgeleiden. Oorzaken zijn onder meer de gebrekkige taalvaardigheid van laagopgeleiden, waardoor ze bijvoorbeeld op LinkedIn geen (goed) profiel kunnen maken. Deze jongeren zitten weliswaar veel op internet, maar wijzen zakelijk gebruik ervan af: ‘Solliciteren doe je met een brief en voor afspraken bel je op of ga je langs.’ Een derde reden is dat ook hun leraren in dit opzicht nog traditioneel denken. Zij hebben er moeite mee om in de les sociale media in te zetten.
Het beroepsonderwijs moet meer werk maken van mediawijsheid. Leer studenten hoe ze zich (zakelijk) kunnen presenteren op internet en hoe ze sociale media kunnen gebruiken om te netwerken. Maak ze ook mediageletterd door ze te leren nepnieuws te herkennen en op een goede, onderbouwde en respectvolle manier hun mening te geven in online discussies. Laat hen ervaren dat sociale media niet alleen leuk zijn in de vrije tijd, maar ook nuttig voor hun loopbaan. Leg als volwassenen niet alleen de nadruk op de risico’s, maar benoem ook de kansen en positieve mogelijkheden. Een thema waarover roc’s ook met ouders in gesprek zouden moeten gaan.
Paulo Moekotte, Exploring Learning Technologies and Social Media for VET Students at Risk. Proefschrift Open Universiteit, 2016.
Dit artikel verscheen in de rubriek Kort & Goed in Didactief, maart 2017.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven