Goede examenresultaten, opstroom en weinig zittenblijvers zijn criteria van de inspectie voor onderwijskwaliteit in het vo. Veel scholen vinden dat een lastige kluif, want die criteria lijken te botsen. Wie leerlingen veel kansen biedt, loopt het risico lagere examenresultaten te halen. Omgekeerd belemmert een (te) streng beleid leerlingen om op te stromen. Uit een analyse van NCO-data van de cohorten 2011 tot 2018 (havo en vwo) blijkt dat zo’n botsing meevalt: het geven van kansen gaat lang niet altijd ten koste van rendement (prestaties) en omgekeerd gaat streven naar rendement niet per se gepaard met weinig kansen. In de praktijk ervaart 55% van de havo- en 56% van de vwo-scholen zo’n uitruil (trade-off). Het goede nieuws: de beste scholen (24%) zijn de havo- en vwo-scholen die voor beide gaan: én veel kansen én goede resultaten.
Mik zowel op goede prestaties als op ruime kansen en ruil het een niet in voor het ander. Want anders dan gedacht staan die niet op gespannen voet met elkaar. Kies daarbij voor brede brugklassen en scholengemeenschappen. Door leerlingen op te sluiten binnen een track bied je hen niet alleen minder kansen, maar bestaat ook het risico op onderpresteren. Zet leerlingen kortom niet vast in een niveau, maar houd ruimte voor groei.
Per Bles e.a., Is There an Opportunity-Performance Trade-Off in Secondary Education? ROA, 2020. |
Deze Kort en Goed verscheen in Didactief, juni 2021.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven