Sinds 2011 was in Engeland de kloof tussen leerlingen uit welgestelde en achtergestelde milieus aan het slinken. Maar die trend is toch weer gekeerd, blijkt uit het laatste jaarrapport van het onafhankelijke Education Policy Institute en de Fair Education Alliance (FEA).
Alle leerlingen zijn beter gaan presteren, maar daarmee verdwijnen de verschillen dus nog niet. Kijkend naar cijfers voor Engels en wiskunde zien de onderzoekers dat achterstandsleerlingen 18,1 maanden achterlopen tegen de tijd dat ze hun GCSE’s (Britse examens voor 16-jarigen) doen. In 2017 was dat nog 17,9 maanden. Aan het eind van de basisschool blijft de trend nog wel dalend: van 9,5 naar 9,2 maanden leerachterstand.
Behalve milieu doet ook woonplaats een duit in het zakje. Zo zijn armere leerlingen in Rotherham en Blackpool (beide in Noord-Engeland) met ruim twee jaar leerachterstand het slechtst af; in Londen zijn de verschillen het kleinst: achtergestelde leerlingen lopen, afhankelijk van de wijk, 3,5 tot 5,3 maanden achter.
Ook etnische afkomst speelt een rol bij prestaties. Chinese en Indiase leerlingen doen het beter dan hun blanke leeftijdgenoten, Caraïbische en Roma-leerlingen juist veel slechter.
De onderzoekers noemen het een wake-upcall voor premier Boris Johnson. Als de trend van de laatste vijf jaar doorzet, dus een soort Echternacher springprocessie van drie stappen vooruit en twee achteruit, zal het 560 jaren duren alvorens de kloof daadwerkelijk gedicht is.
Jo Hutchinson e.a., Education in England: Annual Report 2019. Education Policy Institute.
Dit artikel verscheen in Didactief, oktober 2019.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven
