Onderzoek

Hoe leer je ze zelfregulerend leren?

Tekst Monique Montanus
Gepubliceerd op 24-06-2021 Gewijzigd op 23-06-2021
Van leraren wordt verwacht dat zij leerlingen en studenten zelfregulerende leerstrategieën aanleren. Maar in de praktijk blijkt dat niet altijd het geval. Hebben leraren en lerarenopleiders te weinig vertrouwen in hun capaciteiten op dit vlak? Onderzoekers Marco Kragten en Geerte Savenije ontwikkelden een vragenlijst om dat te achterhalen.

Plannen, doelen bepalen, evalueren en verantwoordelijkheid voor het leerproces nemen: het zijn vaardigheden die bij de meeste leerlingen niet spontaan komen aanvliegen. Ook zelfregulerend leren (ZRL) moet geleerd worden. En in de overdracht van dat samenspel van cognitieve, metacognitieve, management- en motivatiestrategieën speelt de leraar een cruciale rol. Dat vereist niet alleen dat docenten deze vaardigheden zelf onder de knie hebben, ze moeten hun leerlingen daarin ook kunnen onderwijzen. Toch blijken veel leraren weinig expliciet aandacht aan dit onderwerp te besteden.

‘Vermoedelijk omdat ze hierin een beetje handelingsverlegen zijn,’ zegt Marco Kragten, lerarenopleider aan de Hogeschool van Amsterdam. ‘Dat komt ook uit literatuuronderzoek naar voren. Ze kunnen hun eigen leerproces soms (nog) niet goed reguleren en hebben vaak ook geen scherp zicht op wat bij henzelf goed werkt met betrekking tot leren. Dan wordt het al moeilijker om dat over te dragen aan je leerlingen.’

De mate waarin docenten vertrouwen hebben in hun eigen capaciteiten om zelfregulerende leerstrategieën over te brengen, blijkt een belangrijke rol te spelen. Maar hoe meet je of leraren zichzelf hierin voldoende bekwaam vinden? Marco Kragten: ‘Een voordeel is dat je ze gewoon kunt vragen of ze er vertrouwen in hebben dat ze ZRL kunnen onderwijzen. Als ze dat inderdaad hebben, vinden ze het waarschijnlijk ook belangrijk om aan dat onderwerp aandacht te besteden. Indirect geeft een vragenlijst dus ook zicht op de mate waarin docenten waarschijnlijk wat aan ZRL dóen in hun lessen.’

 

Betrouwbaar meetinstrument

Kragten en Savenije ontwikkelden vanuit de theorie een vragenlijst. Deze werd getoetst en aangescherpt met behulp van docenten en diverse experts. Daarna werd de vragenlijst uitgeprobeerd bij 56 leraren in opleiding, 73 leraren in het vo en 81 lerarenopleiders in het hbo. Hun doel was om te achterhalen of de vragenlijst een betrouwbaar en valide onderzoeksinstrument is. Dat was het geval.

‘In eerste instantie was het belangrijk dat docenten de vragen duidelijk en herkenbaar vonden. Vervolgens gingen we ervan uit dat als het instrument goed werkte, wij bepaalde patronen zouden terugzien in de antwoorden. We verwachtten bijvoorbeeld dat leraren in opleiding qua zelfvertrouwen wat lager zouden scoren dan lerarenopleiders en meer ervaren docenten. Dat zagen we ook terug, dus blijkbaar is dit instrument gevoelig genoeg om dat verschil te vinden.’

Dat maakt de vragenlijst tot een meetinstrument dat je goed kan inzetten om opleidingen verder te professionaliseren. Biedt hij nog meer praktische voordelen voor (aankomende) docenten? ‘Je kunt de vragen gebruiken als een zelfanalyse. Waar vind ik dat ik wel of niet goed op scoor? Misschien had je eerder helemaal niet door dat je een blinde vlek hebt. Of dat je weinig vertrouwen hebt in jouw vermogen om les te geven in ZRL. Het is belangrijk dat je daar dan vaardiger in wordt. Zo leidt dit meetinstrument tot meer zelfontwikkeling.’


Marco Kragten is hoofddocent en lerarenopleider bij de faculteit Onderwijs en Opvoeding (FOO) van de Hogeschool van Amsterdam.

 

Geerte Savenije is universitair docent en lerarenopleider bij de Universiteit van Amsterdam.

 

 

 


Dit artikel verscheen in de special van Didactief, juni 2021. 

Verder lezen

1 Special: Een leven lang leren

Click here to revoke the Cookie consent