Leerlingen die stapelen, halen twee diploma’s op de middelbare school en klimmen zo op naar een hoger onderwijsniveau. Dat geeft laatbloeiers meer kansen, net als leerlingen die op de basisschool worden onderschat en terechtkomen op een niveau dat eigenlijk te makkelijk voor ze is. Voor kansengelijkheid is stapelen dus cruciaal. Maar stimuleren we het wel genoeg? Integendeel, blijkt uit onderzoek van het Cultureel Planbureau. Het bestudeerde schoolgegevens uit de periode 2007-2019 en concludeert dat het aantal stapelaars in die periode is gedaald. Tussen 2013 en 2019 ging gemiddeld 17% van de vmbo’ers naar de havo, terwijl dat in 2008 nog 22% was. Het aantal havisten dat doorstroomde naar vwo bleef nagenoeg gelijk met 6%.
Stapelen kwam op sommige scholen nauwelijks voor. Op de strengste school stroomde slechts 5% van de leerlingen door, bij de soepelste meer dan 35%. Frappant is dat dat voor het eindresultaat niets uitmaakte. Leerlingen die via strenge selectie werden toegelaten tot een hoger onderwijsniveau, hadden net zoveel kans op het behalen van hun diploma als leerlingen die gemakkelijker doorstroomden.
Het CPB schrijft dat veel middelbare scholen waarschijnlijk strenger zijn gaan selecteren aan de poort. Het feit dat stapelaars de afgelopen jaren gemiddeld een steeds hoger eindcijfer haalden, wijst daarop. De drempels om te stapelen zijn ook groter geworden. Zo stromen vmbo-t leerlingen vaker door naar havo wanneer zij op een brede scholengemeenschap zitten (logisch, want dan hoef je geen andere school te zoeken), maar gaan er de laatste jaren juist minder vmbo’ers naar dat soort onderwijsinstellingen. Daarbij komt dat de afgelopen jaren meer enkelvoudige adviezen zijn afgegeven en dat het aantal brede- en dakpanbrugklassen is gedaald.
Welke leerlingen stapelen?Vooral vmbo-t leerlingen maken gebruik van stapelen. Uit het CPB-onderzoek bleek dat zij gemiddeld vaker werden ondergeadviseerd: hun schooladvies was lager dan hun toetsadvies. Daarnaast stroomden ze gemiddeld vaker af in de onder- en bovenbouw van het vo. Voor havisten was dit patroon minder sterk. Hieruit kun je afleiden dat vooral vmbo-t leerlingen last hebben van vroege selectie en stapelen gebruiken om dit te corrigeren. Stapelaars hadden gemiddeld vaker een migratieachtergrond, groeiden meer op in huishoudens uit de hoogste en laagste inkomensgroep, woonden vaker in stedelijke gebieden en waren vaker vrouw. |
Scholen stelden allemaal andere eisen aan stapelaars. Zo vonden sommige alleen dat een leerling minimaal een 7 moest hebben behaald om door te stromen (gemiddelde van centraal en schoolexamen samen), terwijl andere ook aanvullende eisen stelden zoals een bepaald cijfer voor wiskunde of een extra vak. Volgens het CPB komt dit mogelijk doordat scholen druk voelden vanuit de inspectie om zich te verantwoorden over ‘bovenbouwsucces’ (onder andere slagingspercentages en onvertraagde doorstroom). Hoewel de inspectie zegt ook breder te kijken naar de kansen die een school biedt en het verhaal achter de cijfers meeneemt, vertrouwen scholen daar dus niet altijd op. Ook de statistieken en lijstjes die kranten en websites publiceren, waarin middelbare scholen met elkaar worden vergeleken, kunnen een rol spelen, stelt het CPB.
We moeten meer grip krijgen op de oorzaken van de verschillen tussen scholen, schrijft het CPB. Het zou voor je stapelkansen niet mogen uitmaken op welke school je zit. Daarnaast raadt het CPB aan om te overwegen het selectiemoment uit te stellen, zoals de Onderwijsraad vorig jaar ook bepleitte. Ook de aansluiting tussen onderwijsniveaus kan beter. Zo moeten vmbo’ers sinds de invoering van het doorstroomrecht in 2020 (zie ook volgende alinea) al vroeg beslissen of ze willen stapelen, omdat ze dan een extra vak moeten volgen. En voor havisten met het profiel cultuur & maatschappij is het vak wiskunde niet verplicht, terwijl je dat wel nodig hebt als je naar het vwo wil. Oberon constateerde al eerder dat de gebrekkige aansluiting tussen profielen en vakkenpakketten een van de belangrijkste knelpunten is voor de overgang van havo naar vwo.
Zoals net aangestipt, is er na 2019 gelukkig al wel het een en ander veranderd. Sinds het doorstroomrecht (2020) is het mogelijk voor havisten om zonder voorwaarden door te stromen naar het vwo. Voor vmbo’ers (gemengde of theoretische leerweg) geldt dat zij in een extra vak eindexamen moeten doen om te worden toegelaten tot de havo. Scholen mogen wel eigen toelatingsbeleid hanteren voor leerlingen die niet aan de eisen voldoen. Mogelijk zijn de hindernissen om te stapelen door dit doorstroomrecht dus al (deels) weggenomen. Toekomstig onderzoek moet daar meer licht op schijnen.
Lees het hele rapport: Stapelen in het voortgezet onderwijs.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven