1. Kooklessen
‘Leerlingen leren niet alleen koken, maar ook uitgaven plannen en boodschappen doen,’ vertelt Eric Derks, docent en rekencoördinator van het Sprongcollege in Deurne. ‘In de supermarkt vinden ze niet altijd alles of ze zien bij de groente alleen een kiloprijs staan. Hulp vragen vinden ze lastig. Dus pakken ze soms maar wat, waardoor ze te veel kosten maken of verkeerde producten meenemen. Ook in de rij bij de kassa kan het misgaan. Er wordt snel gescand en soms staan er ongedurige klanten in de rij, waardoor leerlingen bijvoorbeeld de kassabon vergeten die nodig is om de kas kloppend te houden. Dit soort situaties bespreken we in de klas. Ook oefenen we geregeld met geldsommen en hoofdrekenen tijdens de rekenles. Zo krijgen ze meer grip, raken ze minder snel afgeleid door externe prikkels en worden ze doelgerichter. We drukken ze op het hart dat hulp vragen getuigt van kracht.’
2. Loopbaanoriëntatie
‘De loopbaanoriëntatielessen gaan over zaken als werk, wonen en leren budgetteren. Hoe spaar je voor een vakantie? Hoeveel belasting betaal je over je loon? Zulke vragen nemen we stap voor stap door. Stel je wilt op reis naar Ibiza, waar geef je dan allemaal geld aan uit? En hoeveel moet je wekelijks sparen om komende zomer weg te kunnen?
Koopwensen uitstellen is voor onze leerlingen vaak een uitdaging. Ze willen meteen die reis, mobiel of schoenen kunnen kopen. Sparen is iets waar ze veel moeite voor moeten doen. Door zo’n opdracht over vakanties laten we ze oefenen met uitgaven plannen en gaan ze beter begrijpen hoeveel het leven kost.’
3. Mentoraat
‘Tijdens de mentoruren bespreken we vaak financiële onderwerpen aan de hand van het Jeugdjournaal of de nieuwsbrieven van ProDemos. Alles kan ter sprake komen, van nieuwe overheidsregelingen tot fraudezaken en werkloosheid. Veel leerlingen praten alleen tijdens de mentorles over zulke kwesties. Hun ouders volgen lang niet altijd het nieuws en geloven soms eerder wat er op sociale media voorbij komt dan wat er in de krant staat, merken we. We proberen leerlingen kritisch te maken en helpen ze met het vinden van betrouwbare informatie. Sommige onderwerpen zijn vrij abstract en koppelen we daarom bewust aan de leefwereld van onze leerlingen. Welke partijen in onze woonplaats hebben bijvoorbeeld iets aan een extra steunpakket van de overheid? En wat betekent het voor de leerlingen zelf?’
4. Gastsprekers
‘We merken dat leerlingen soms makkelijker praten met een gastspreker dan met hun docent. We nodigen zowel financieel experts als ervaringsdeskundigen uit. Zo kwam er laatst iemand die vertelde over zijn arbeidsongeschiktheid door een ongeluk en de gevolgen hiervan voor zijn financiële situatie. Dat verhaal maakte diepe indruk op onze leerlingen. Ineens durfden ze ook zelf over geldproblemen te praten. Dat was ons als docent niet zo gemakkelijk gelukt.’
-------------------------------------------------------------------
Wil je meer grip op financiële educatie? Vier themakaarten* voor het praktijkonderwijs en vmbo bb/kb van SLO bieden uitkomst. Elke kaart omvat één lesthema, benoemt de belangrijkste vaardigheden en tipt handige oefeningen voor in de klas en thuis. Leerplanontwikkelaar Annette van der Laan licht toe wat de thema’s behelzen.
1: Inkomsten verwerven
‘Wat is het minimumloon? Hoeveel verdien je netto? Vragen als deze komen aan de orde binnen het lesthema “Inkomsten verwerven”. Als docent kun je bijvoorbeeld met leerlingen uitzoeken hoeveel een jongere voor een bijbaan hoort te verdienen en berekenen hoeveel iemand maandelijks nodig heeft. Daarmee train je onder meer executieve functies als werkgeheugen en organisatievermogen. Het werkgeheugen gebruik je bijvoorbeeld ook om al hoofdrekenend te bepalen hoeveel korting je krijgt. En organisatievermogen heb je nodig voor financieel overzicht en het prioriteren van uitgaven.’
2. Geldzaken organiseren
‘Dit lesthema gaat over geld beheren en veilig bankieren. Hoeveel geld komt er binnen en hoeveel geef je uit? En hoe weet je of een bedrag veilig wordt overgemaakt? Leerlingen trainen dat ze eerst bedenken hoeveel geld ze kunnen besteden voordat ze iets aanschaffen. Dit heet ook wel responsinhibitie of impulsbeheersing. Ook oefenen ze om met een taak te beginnen, zoals een nieuwe verzekering uitzoeken of belastingaangifte doen. Taakinitiatie is ook voor volwassenen soms nog een uitdaging, met als risico dat ze bijvoorbeeld te laat zijn met hun belastingaangifte en een boete krijgen. Door zulke taken op een vast moment in te plannen, maak je de drempel voor jezelf lager.’
3. Verantwoord besteden
‘In onze huidige consumptiemaatschappij is verantwoord besteden geen geringe opgave. Leerlingen trainen binnen dit thema onder meer emotieregulatie, zodat ze weerbaarder worden tegen sociale druk en de aanhoudende stroom aan advertenties. Ook oefenen ze om flexibel te zijn: als inkomsten teruglopen, zullen ze andere bestedingskeuzes moeten maken. Hoe maak je die keuzes? Ze denken onder meer na over noodzakelijke uitgaven en de risico’s van geld lenen.’
4. Voorbereid op (on)voorziene gebeurtenissen
‘Stel je raakt je mobiel kwijt. Of je weet dat je aan het einde van het jaar een grote uitgave moet doen. Hoe ga je daarmee om? Binnen “Voorbereid zijn op (on)voorziene gebeurtenissen” bespreken leerlingen verschillende scenario’s. Als oefening kun je bijvoorbeeld leerlingen concrete spaardoelen laten formuleren en af en toe samen kijken hoever ze al zijn. Zo trainen ze onder meer doelgericht gedrag en om hun aandacht vol te houden.’
* De lesthema’s zijn gekoppeld aan de leerdoelen van het Nibud. Deze geven aan wat kinderen bij verschillende leeftijden moeten kennen en kunnen op het gebied van financiële vaardigheden.
Meer over de lesthema’s, tips voor in de klas en een overzicht van lesmaterialen: |
Dit artikel verscheen in de special 'Financiële Geletterdheid' van Didactief, maart 2021.
04-03-2021
04-03-2021
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven