Nieuws

Een jaar Wet Eindtoetsing PO in 7 cijfers

Tekst Redactie Didactief
Gepubliceerd op 07-12-2015 Gewijzigd op 27-10-2016
Sinds het begin van schooljaar 2014-2015 is er nogal wat veranderd in de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. De eindtoets werd verplicht gesteld, er kwamen twee alternatieve eindtoetsen op de markt en het schooladvies werd leidend. Wat hebben die veranderingen voor gevolgen?

In een Kamerbrief van 4 december geeft staatssecretaris Dekker een overzicht van de eerste inzichten over de werking van de nieuwe wet. Wij zetten de cijfers op een rij.

  • Scholen konden er in 2014-2015 voor het laatst nog voor kiezen niet een van de drie goedgekeurde eindtoetsen (de Centrale Eindtoets, IEP Eindtoets en ROUTE 8) af te nemen, maar zich met andere toetsen te verantwoorden (bijvoorbeeld met de toetsen van het leerlingvolgsysteem). 11% van de scholen heeft van die mogelijkheid gebruik gemaakt.
     
  • 89% van de scholen verantwoordde zich wel met een van de eindtoetsen. Daarvan nam 85% de Centrale Eindtoets van Cito af, koos 3% voor de IEP Eindtoets en 1% voor ROUTE 8. In werkelijkheid ligt het aantal scholen dat de ROUTE 8 of IEP afnam trouwens wat hoger; sommige scholen namen het eerste jaar een van deze toetsen af als test, maar gebruikten deze nog niet om zich mee te verantwoorden.
     
  • Drie andere toetsaanbieders dienden in 2015 een eindtoets in bij het ministerie, maar ze kwamen geen van allen door de kwaliteitscheck heen. Volgens de Expertgroep, die de toetsen beoordeelt, voldeden de toetsen alledrie aan de onderwijskundige eisen, maar zaten ze op het gebied van psychometrie niet goed genoeg in elkaar.
     
  • Ten opzichte van eerdere jaren is de hoogte van de schooladviezen ongeveer gelijk gebleven. Wel werden er in 2014-2015 minder meervoudige adviezen (zoals havo/vwo) gegeven: 16%, ten opzichte van 20% in 2013-2014.
     
  • 62% van de leerlingen kreeg in 2014-2015 een advies dat overeenkwam met de uitslag van de eindtoets. Dat is ongeveer hetzelfde percentage als in het schooljaar daarvoor.
     
  • Wel waren er binnen de overige 38% duidelijke verschillen te zien tussen de twee schooljaren. Vergeleken met 2013-2014 kregen in 2014-2015 meer leerlingen een lager advies dan hun toetsscore: 17%, ten opzichte van 11% in 2013-2014. Leerkrachten schatten hun leerlingen in het afgelopen schooljaar dus gemiddeld lager in dan in het jaar daarvoor.
     
  • Leerlingen van wie het toetsadvies ten minste een halve schoolsoort hoger lag dan het schooladvies, kwamen in aanmerking voor een heroverweging van het schooladvies. In het afgelopen schooljaar ging het om 23% van alle leerlingen. Daarvan heeft uiteindelijk een zesde daadwerkelijk een bijstelling gekregen van de basisschool; in totaal komt dat neer op zo'n 4% van alle schooladviezen (ruim 6.200 leerlingen).
  • Meer weten? De Kamerbrief van Dekker is hier te downloaden.

    7 december 2015

    Click here to revoke the Cookie consent