In de NRC van 27 mei schrijft Frits Abrahams een interessante beschouwing over de, inmiddels bekende, film waarin drie Amerikaanse jongens op 19-jarige leeftijd puur toevallig erachter komen dat ze een drieling vormen: Three identical strangers van Tim Wardle. Abrahams noemt het terecht een indrukwekkende film.
De journalist Lawrence verdiepte zich in de zaak en schreef er een boek over waarin vooral aandacht wordt besteed aan de zogenoemde nature-nurture discussie, oftewel de vraag of aanleg dan wel opvoeding voor de ontwikkeling van kinderen het meest bepalend is. De onderzoeker/psychiater Neubauer, zegt Abrahams, is in de film geneigd voor nurture (opvoeding/omgeving) te kiezen en Abrahams “rolde van de ene in de andere overtuiging om tenslotte ergens in het midden uit te komen”.
Dat is een begrijpelijke keuze, die echter een interessante discussie oproept. Het centrale probleem in de film is namelijk dat we over de nature totaal niets te weten komen. Dat de drieling in een aantal opzichten op elkaar lijkt, is weliswaar interessant, maar de nature kwestie heeft in essentie uitsluitend te maken met de vraag of en in welke mate de genen van de biologische ouders overeenkomen met die van de kinderen. Dat betekent dat de persoonlijkheid, intelligentie, talenten (etc.) van deze ouders nauwkeurig onderzocht moeten zijn, zodat die vergeleken kunnen worden met die van de kinderen.
Welnu, de vader van de drieling is in de film onbekend en de 19-jarige moeder is direct uit beeld verdwenen. Over de nature valt dus totaal niets te zeggen en die kan dus niet vergeleken worden met de nurture (opvoeding). Maar zelfs over de nurture is vrijwel niets bekend, omdat we (ook) over de adoptie ouders vrijwel niets te weten komen. Ze vertellen in de film alleen summier iets over hun stijl van opvoeden, maar we horen niets over hun persoonlijkheid, karakter, intelligentie etc. Met andere woorden over het effect van de stijlen van opvoeding van de drie verschillende ouderparen valt geen zinnig woord te zeggen. We horen niets over de nature en ook niets over de nurture en dus kan de film op de vraag hoe die zich verhouden geen enkel antwoord geven. Maar dat was juist de bedoeling van de onderzoeker Neubauer, die echter nooit over de resultaten van zijn experiment heeft gepubliceerd, begrijpelijk want het experiment had niets opgeleverd en kon niets opleveren.
Toch is Three identical Strangers een boeiende film, ondanks het feit, of misschien wel dankzij het feit dat zo'n gebrekkig opgezet onderzoek, dat overigens heel boeiend is verfilmd, zoveel interessante vragen oproept.
Jo Nelissen is docent en senior onderzoeker aan de Universiteit Utrecht.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven