Hoe creëer je thuis en op school een uitdagende speel- en leeromgeving waarbij precies die hersenfuncties worden geprikkeld die leren gemakkelijker maken? Prof. dr. Hanna Swaab (TalentenKracht Centrum Leiden) gebruikt hiervoor recente inzichten uit de neuropedagogiek. Ze heeft ze verwerkt in een praktische (ouder- en leerkracht)cursus 'Samen werken aan Talent'. Gedurende vier bijeenkomsten van twee uur leren ouders en leraren over de hersenontwikkeling en de manier waarop kinderen informatie verwerken. Ook leren ouders hoe ze exploratie kunnen stimuleren door vragen te stellen. 'Wat zie je daar? Hoe zou dat werken? 'Kan het ook anders...? En leerkrachten doen hetzelfde tijdens Wetenschap & Techniek-lessen in de klas.
Kapitein over eigen leren
De cursus van Swaab geeft oefeningen mee voor thuis of op school. Denk bijvoorbeeld aan de oefening: 'Twee verhaaltjes tegelijk'. Hierbij lezen de ouders tegelijkertijd twee korte verhaaltjes voor aan het kind. Het kind mag maar op één verhaaltje letten en wordt uitgenodigd om dat verhaaltje na te vertellen of er wat vragen over te beantwoorden. Met de oefeningen uit het werkboek kun je belangrijke hersenfuncties bij kinderen trainen, zoals aandacht, mentale flexibiliteit, werkgeheugen en planning, maar ook emotieregulatie, impulscontrole en sociale informatieverwerking. Kinderen die hun gedrag leren reguleren, zichzelf en anderen meer vragen stellen en leren dat er vaak er meer dan één 'goed' antwoord is, worden meer kapitein over hun eigen leren. Een belangrijk gegeven, aangezien er een positieve relatie bestaat tussen zelfregulatie en schoolsucces.
Effecten op denkkracht
Of de oudercursus effect heeft? Swaab ziet effecten van de cursus op de denkkracht van kinderen. 'In een groep van 95 kleuters, namen ouders van 35 kleuters deel aan de oudercursus (=trainingsgroep) en de ouders van 60 kleuters kregen geen cursus aangeboden (=controlegroep). Verschillende hersenfuncties van de kinderen werden voorafgaand aan de training getest met behulp van neuropsychologische (computer)taken. Na ongeveer tien maanden werden de kinderen opnieuw getest. Kleuters uit beide groepen lieten gemiddeld een verbetering zien op alle taken. Echter, kleuters van ouders uit de trainingsgroep lieten significant meer vooruitgang zien op taakjes die volgehouden aandacht, werkgeheugen en sociale competentie meten. Denk aan een computertaak waarbij het kind de volgorde van aangewezen vierkantjes in omgekeerde volgorde moest onthouden en aanwijzen (werkgeheugen) en het beantwoorden van vragen over de gevoelens en gedachten van hoofdpersonen bij een stripverhaaltje (sociale competentie). En de ouders? Die hebben vooral geleerd bewuster om te gaan met het stimuleren van het zelf denken en doen van hun kind.
Meer lezen en zien? Bekijk op YouTube de documentaire 'Bouwen aan bètatalent op de basisschool' of ga naar de website hersengedrag.nl
Dit artikel is verschenen als onderdeel van de Didactief-special TalentenKracht (juni 2015). Deze special is gemaakt in opdracht en met financiële bijdrage van het platform Bèta Techniek.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven