De ideale klassenopstelling

Tekst Filip Bloem
Gepubliceerd op 23-06-2022
Een oude discussie laait weer op: wat werkt het best, de klas indelen in groepjes, rijtjes of een heel andere opstelling?


Yvonne van den Berg
, ontwikkelingspsycholoog (Radboud Universiteit):

‘Wat wil je bereiken met een klassenopstelling? Een opstelling in rijtjes leidt tot meer academisch gedrag. Dat is handig in toetsweken of als je veel met frontale uitleg werkt. Een indeling in groepjes stimuleert de onderlinge samenwerking. Een hoefijzervorm is weer goed voor discussies. Gedurende het schooljaar kun je heel goed de opstelling variëren. Momenteel gebruikt zo’n 40% van de scholen groepjes, nog eens 40% rijtjes en de overige 20% een combinatie of andere vormen zoals een leerplein. Die cijfers zijn vrij stabiel. Maar leerkrachten worden zich wel meer bewust van de impact van een klassenopstelling. Dat is positief, want de ideale klassenopstelling bestaat niet. Een bewuste keuze maken, daar gaat het om.’


Marjolein Zwik, leerkracht op een basisschool in Zuid-Holland:

‘Bij mij zitten leerlingen in principe in tweetallen met het gezicht naar het schoolbord toe. Bij het geven van instructie werkt dat veruit het prettigst. Kinderen kunnen dan recht vooruit naar het bord kijken en hoeven niet half gedraaid iets op te schrijven. Opgesteld in groepjes maken leerlingen makkelijk contact met elkaar – ik noem het wel de café-opstelling – maar als ik iets uitleg, wil ik juist dat hun aandacht bij mij en het bord is. Als ik eens wat anders wil, kunnen ze makkelijk een kwartslag draaien en een groepje vormen. Werken in tweetallen werd een tijd ouderwets gevonden, maar dat verandert. Het brengt rust en dat wordt gewaardeerd, door ouders en leerlingen.’


Inez Vos, directeur basisschool De Verwondering (Lent):

‘Wij werken al negen jaar met leerpleinen, daarmee kun je onderwijs goed afstemmen op het individuele kind. De een leest graag alleen, de ander liever in groepjes. Er zijn hoge tafels waar leerlingen staand een creatieve opdracht aan kunnen doen, maar ook lage tafels voor bijvoorbeeld een rekenspel. Soms is er instructie in een lokaal in tweetallen. Elke drie kwartier kan de setting wisselen. Van die variatie worden kinderen verdraagzamer. Er wil altijd wel iemand naast dat ene drukke kind zitten, want even later zit je weer ergens anders. Sinds passend onderwijs moeten scholen zo veel mogelijk tegemoetkomen aan speciale onderwijsbehoeftes, dat is lastig met dertig kinderen in een lokaal. Leerpleinen bieden flexibiliteit en dat bevalt uitstekend.’

 

Credits: Danibal

 

Dit artikel verscheen in Didactief, juni 2022.

Een ogenblik geduld...
Click here to revoke the Cookie consent