Het goede voorbeeld

Tekst Sietske Waslander
Gepubliceerd op 01-04-2019
Laat politici de eerste stap zetten om meer kennis het onderwijs in te krijgen. Want van minder overhaaste maatregelen leren we meer.

Om het onderwijs meer kennisintensief te maken, zijn de afgelopen jaren veel initiatieven gestart. De academische pabo deed zijn intrede. Er kwam een lerarenbeurs. Onderwijsinstellingen investeerden ook zelf flink om docenten een masteropleiding te laten volgen. Er zijn projecten (geweest) om de verbinding tussen onderzoek en onderwijs te versterken. Het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO) werd opgericht om het onderwijs door middel van onderzoek te verbeteren en te vernieuwen. Er zijn academische werkplaatsen. Onlangs lanceerden de vijf sectorraden gezamenlijk een plan van aanpak voor de kennisinfrastructuur. En er wordt (schoorvoetend) gewerkt aan het toegankelijk maken van onderzoek voor leraren via open access. Deze initiatieven zijn allemaal mooi en allemaal belangrijk. En toch. Hoe lang de lijst met voorbeelden ook wordt, er blijft iets cruciaals ontbreken als politici niet zélf het goede voorbeeld geven.
Ten eerste omdat goed voorbeeld goed doet volgen. Bovendien, hoe geloofwaardig is een pleidooi voor meer kennisintensief werken als je dat zelf voortdurend niet doet?
Ten tweede omdat het beleid er beter van wordt. Als politici meer openstaan voor het doordenken van consequenties, hoeven onderzoekers minder vaak achteraf te constateren dat onwenselijke gevolgen van maatregelen al te voorzien waren.
Ten derde omdat een kennisintensiever debat resulteert in minder overhaaste maatregelen. Meer rust in de beleidsvorming en minder ad-hocbeleid helpt de dagelijkse praktijk in scholen.

 

Pilots zijn vaak
een teken van
ad-hocbeleid


Ten vierde omdat we zo meer leren van beleid. De commissie-Dijsselbloem pleitte voor pilots als onduidelijk is hoe beleid gaat uitpakken. Sindsdien zijn pilots zo populair dat het beleid ‘verpilotiseert’. Het hele idee van een pilot is dat je ervan kunt en gaat leren. Toch gebeurt dat weinig. Het klinkt heel sympathiek dat deelnemers aan een pilot allemaal zelf hun eigen wiel mogen uitvinden, maar het maakt het vrijwel onmogelijk om een beetje fatsoenlijk en een beetje systematisch te onderzoeken wat nu wel of niet werkt en waarom. Dat er veel pilots zijn, is nog geen indicatie voor lerend beleid. Eerder het tegendeel.
Ik realiseer me dat een pleidooi voor een meer kennisintensieve politiek in deze tijd van fact-free politics weinig kans van slagen heeft. Dat maakt het niet minder noodzakelijk.

Sietske Waslander is hoogleraar Sociologie. Lees hier al haar columns.

Deze column verscheen in Didactief, april 2019.

Verder lezen

1 Onderwijsonderzoek is een ambacht
2 Stop met financieren van praktijkgericht onderzoek

Een ogenblik geduld...

Sietske Waslander

Prof. dr. Sietske Waslander is als hoogleraar Sociologie verbonden aan TIAS School for Business and  Society. Binnen het GovernanceLAB verricht zij onderzoek naar sturing en governance in het onderwijs,  en participeert ze in de longitudinale landelijke evaluatie van Passend onderwijs. Ze geeft onderwijs in  verschillende TIAS opleidingen. Waslander is kroonlid van de Onderwijsraad.

Gerelateerde artikelen
Blog

Onderwijsonderzoek is een ambacht

18-01-2018
Voor de Kennisportal Onderwijsonderzoek van NRO schreef Dick van der Wateren een reflectie op kennisbenutting.

Blog

Stop met financieren van praktijkgericht onderzoek

20-06-2018
Volgens het Nederlands Regieorgaan Onderwijs (NRO) zijn er drie soorten onderzoek: praktijkonderzoek, beleidsonderzoek en fundamenteel onderzoek.

Blog

Onderzoek in aanbesteding

06-05-2014
Jo Kloprogge - Het NRO is vanaf begin dit jaar verantwoordelijk voor een groot deel van het onderwijsonderzoek voor beleid en praktijk.

Click here to revoke the Cookie consent