‘De conferentie opende mijn ogen’, zegt Elze Boon, biologiedocent bij het Atlas College in Hoorn. Met haar collega’s bezocht ze in de zomer 2023 de SAMEN-conferentie van het Expertisepunt Rekenen-Wiskunde. Daar realiseerde ze zich hoe diep verweven rekenen-wiskunde is met andere vakken, zoals biologie, natuurkunde, scheikunde, economie en aardrijkskunde. ‘Natuurlijk wist ik dat er in de lessen van mijn collega’s wiskundige elementen zaten, maar ik had nooit stilgestaan bij de omvang. Procenten, diagrammen, schalen van landkaarten. Wiskunde is overal.’ (Foto: Elze Boon)
De conferentie was het ‘startpunt voor een omwenteling’, zegt haar collega Frederieke Frek. Als wiskundedocent merkte Frek soms dat leerlingen in de war raakten van de verschillende manieren waarop ze berekeningen kregen aangeleerd. ‘Bij wiskunde gebruikten we bijvoorbeeld een andere aanpak voor procentberekeningen dan bij biologie. Sommige leerlingen dachten hierdoor dat de procenten die ze bij biologie moesten uitrekenen anders waren dan die bij wiskunde.’
‘Een eerste stap is
zicht krijgen op
wat collega’s doen’
Docenten als Boon en Frek kregen tijdens de conferentie tips om meer samenhangend te werken. ‘Een eerste stap is om zicht te krijgen op wat je collega’s doen’, zegt Heleen van der Ree, beleidsmedewerker van de Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren, een van de kernpartners van het Expertisepunt Rekenen-Wiskunde. ‘Maak tijd vrij om hier met elkaar mee aan de slag te gaan. Dat kan lastig zijn in de waan van de dag. Het kan helpen om in gedachten te houden dat een goede afstemming tussen vakken niet alleen tot hogere leerlingprestaties leidt, maar je als docent uiteindelijk ook veel tijd kan schelen.’
Zo kun je doelgerichter werken als je kunt verwijzen naar wat leerlingen al tijdens een ander vak hebben geleerd, merkte Frek: ‘Ik was bezig met diagrammen toen ik van mijn collega’s hoorde dat mijn leerlingen er een jaar eerder mee geoefend hadden. Ik kon dus beter gaan kijken hoe ik de bestaande kennis en vaardigheden verder kon uitbreiden.’ (Foto: Frederieke Frek)
Een risico van geen of gebrekkige afstemming tussen vakken is dat docenten elkaars inspanningen teniet doen. Van der Ree: ‘In het uiterste geval werk je elkaar onbewust tegen door leerlingen op een andere manier iets aan te leren of door andere begrippen te gebruiken. Een bekend voorbeeld is rekenen met maten: sommige docenten noteren de maten van groot naar klein, en anderen van klein naar groot. Het “trucje” dat veel leerlingen kennen om een stapje naar rechts te zetten als je bijvoorbeeld wilt weten uit hoeveel centimeters een decimeter bestaat, werkt in het laatste geval niet meer. Afstemming tussen vakken gaat kortom ook over kwaliteit van leren.’
Afstemming kan in principe met alle vakken, voegt Van der Ree toe: ‘Ik zou niets bij voorbaat uitsluiten. Je kunt in alle vakken waarin iets met cijfers gebeurt samenwerken. Bij geschiedenis maken leerlingen misschien een tijdlijn of bij Engels vertalen ze een recept. In zulke opdrachten zitten ook rekenkundige elementen.’
‘Wanneer behandelen we
welke onderdelen?
Waar zit de overlap?’
Boon en Frek besloten naar aanleiding van de conferentie om met collega’s een selectie te maken van de reken-/wiskundeonderdelen die ze extra aandacht wilden geven. Boon: ‘We merkten al snel dat we niet direct alles kunnen doen. Er is zoveel, we moeten keuzes maken. We zijn ons gaan richten op de onderdelen waarvan wij merken dat ze het meest uitdagend zijn voor onze leerlingen, zoals procentberekeningen, wetenschappelijk noteren en omrekenen naar andere groottes.’ Voor elk onderdeel bespraken ze wat ze deden tijdens de lessen en welke aanpak ze gebruikten voor bepaalde berekeningen. Frek: ‘Voor procentberekeningen hebben we afgesproken dat we deze voortaan met de verhoudingstabel uitleggen. Leerlingen mogen percentages ook op een andere manier uitrekenen, zeg ik vaak tegen mijn klas. Maar de aanpak met de verhoudingstabel is altijd goed, weten de leerlingen nu.’ Boon: ‘Vooral voor de zwakkere rekenaars geeft deze eenduidigheid rust.’
Boon en Frek hebben als ambitie om de afstemming tussen vakken een vastere plek te geven in collegiale overleggen. Frek: ‘Ik zou bijvoorbeeld graag samen met collega’s systematisch onze methodes vergelijken. Wanneer behandelen we welke onderdelen? Waar zit de overlap? Hoe kunnen we de aansluiting verbeteren? Ik vermoed dat we nog veel langs elkaar heen werken.’
Om een stevig rekenbeleid neer te zetten raadt Van der Ree aan om de handreiking Rekenen: op niveau komen en blijven van SLO erbij te pakken. Van der Ree: ‘Deze handreiking voor het voortgezet onderwijs kan je helpen bij het stapsgewijs opstellen én vasthouden van een rekenbeleid.’ (Foto: Heleen van der Ree)
Boon en Frek hebben ondertussen een schoolposter opgehangen waarop staat waar de belangrijkste overeenkomsten tussen de vakken zitten. Frek: ‘Zowel leerlingen als docenten kunnen nu zien wat we met elkaar hebben afgesproken. Procentberekeningen doen we zus, omrekenen naar andere groottes doen we zo. Dat geeft duidelijkheid en houvast, voor iedereen.’
Gouden kwartet
|
Dit artikel verscheen in de OCW-special Naar een sterke basis rekenen-wiskunde van Didactief, januari 2024.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven