Tijdens het delen zijn bij deze jongeren (twaalf tot vijftien jaar) de ‘sociale’ hersengebieden bovendien actiever dan bij pubers die door de jaren heen minder geliefd waren: het hersennetwerk om jezelf in een ander te verplaatsen en het netwerk dat normoverschrijding (bijvoorbeeld oneerlijk delen) signaleert. Onduidelijk is overigens wat oorzaak en gevolg is: worden kinderen socialer door geliefd te zijn of zijn ze geliefd, omdat ze sociaal zijn?
Geert-Jan Will, Eveline Crone, Pol van Lier en Berna Güroğlu, Longitudinal Links between Childhood Peer Acceptance and the Neural Correlates of Sharing. Developmental Science, 2016.
Dit artikel verscheen in Didactief, januari/februari 2017.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven