De leerlingen, Anne Siersema en Amy Pieper, benaderden vorig jaar de afdeling Chronobiologie van de Rijksuniversiteit Groningen met hun onderzoeksidee. Ze wilden te weten komen of het chronotype van leerlingen (of je een avond- of ochtendmens bent) invloed heeft op de schoolprestaties. Op hun eigen school verzamelden ze duizenden toetscijfers van ruim 700 leerlingen, plus informatie over het tijdstip waarop de toetsen gemaakt werden. Via een vragenlijst stelden ze van alle leerlingen het chronotype vast.
De resultaten lieten duidelijke verschillen zien: leerlingen die laat in slaap vallen (en daardoor vaak korter slapen) bleken bij toetsen die 's ochtends worden afgenomen gemiddeld lagere cijfers te halen dan hun klasgenoten, met een verschil van bijna een halve punt. Pas in de loop van de ochtend gaan deze leerlingen beter presteren.
Onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen analyseerden de data nogmaals en kwamen tot dezelfde conclusies. Scholen zouden moeten overwegen later te beginnen en toetsen pas aan het eind van de ochtend af te nemen, aldus Thomas Kantermann, een van de onderzoekers.
Dat advies is niet aan dovemansoren gericht: De Nieuwe Veste, de school van Siersema en Pieper, gaat dit voorjaar op haar vestiging in Harderberg experimenteren met aangepaste lestijden. Leerlingen mogen dan 's ochtends later beginnen en proefwerken vinden alleen in de middag plaats.
Siersema en Pieper wonnen met hun profielwerkstuk de Onderwijsprijs van de KNAW. Het artikel van Kantermann en collega's wordt binnenkort gepubliceerd in het Journal of Biological Rhythms.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven