Interview

'Positieve feedback is niet altijd het beste'

Tekst Bea Ros
Gepubliceerd op 20-10-2015 Gewijzigd op 21-04-2017
Linda van den Bergh (Fontys Hogescholen) vertaalde haar onderzoek naar effectief feedback geven in een praktisch handboek met website. Ze won er samen met haar collega Anje Ros de NRO-VOR-Praktijkprijs 2015 mee.

Gefeliciteerd met je prijs. Het lijkt me een mooie prijs om te winnen.
'Voor mij is het de mooiste prijs. Toen ik erover las, dacht ik: dit is precies wat ik belangrijk vind. Ik wil graag de lespraktijk helpen verbeteren met de kennis die ik door onderzoek verwerf. Het is echt een gemiste kans als je die kennis niet deelt met leraren. Daarom probeer ik voor elk wetenschappelijk artikel dat ik publiceer, ook een publieksartikel te schrijven. De meeste leraren lezen nou eenmaal geen proefschriften of internationale vakbladen. En dus heb ik mijn weekenden en avonden besteed aan het schrijven van een praktisch handboek op basis van mijn proefschrift.'

Je boek gaat over feedback geven. Kunnen leraren dat niet allang?
'Nee, veel leraren worstelen daar mee. Uit internationaal onderzoek weten we dat feedback het meest krachtige middel is om in te zetten in de klas. Maar we weten ook dat leraren wereldwijd dat heel moeilijk vinden. Voor mijn promotieonderzoek heb ik veel lessen geobserveerd en leraren geïnterviewd. Opvallend is dat leraren ervan overtuigd zijn dat hun feedback zo positief mogelijk moet zijn, terwijl dat niet per se het beste is. Ze vinden het lastig om kritische punten te benoemen.'

Waarom is positieve feedback zo populair onder leraren?
'Ze denken dat dat goed is voor het zelfvertrouwen van leerlingen en voor de sfeer in de klas. Dat klopt op zich wel, maar voor het leerproces is het belangrijk om ook te benoemen wat een leerling al wel en wat nog niet kan. Dat stukje dat je nog mist, moet je benoemen, natuurlijk met tips en handreikingen voor hoe een leerling zich dat eigen kan maken. Dit noem ik BKC-feedback: bevestigend, kritisch en constructief.'

Kun je een voorbeeld geven?
'Leerkrachten denken vaak in activiteiten en opdrachten, bijvoorbeeld: maak een presentatie over de longen. Maar wat wil je dat leerlingen dan precies leren over de longen? Het wordt dan ook lastiger feedback te geven over de presentatie, je kunt hooguit zeggen dat de plaatjes mooi en duidelijk zijn. Als je je lesdoel scherper formuleert, bijvoorbeeld "leerlingen leren wat de functie van longen is", kun je gerichtere feedback geven: "Je hebt goed laten zien waar de longen in ons lichaam zitten, maar ik mis nog wat ze precies doen. Hoe denk je dat je daarachter kunt komen?" Die doelgerichte feedback zag ik nog weinig in de lessen en veel leraren benoemen dit ook niet direct als een belangrijk onderdeel van feedback. Terwijl juist op dit punt de meeste winst te behalen is.'

Wat kunnen leraren uit jullie handboek leren?
'In het boek geven we allerlei tips en suggesties om samen met collega's aan de slag te gaan, er is bovendien een website met videoclips met gerichte kijkopdrachten. We hopen vooral ook dat lerarenopleidingen ermee aan de slag gaan.'

Wat is jouw belangrijkste tip voor goede feedback?
'Met stip op één: geef doelgerichte feedback. Houd je lesdoelen goed voor ogen. Dat klinkt heel simpel en vanzelfsprekend, maar dat is het in de praktijk toch nog niet. Tijdens je opleiding leer je dat wel, dan vul je voor elke les braaf een lesformulier in. Maar eenmaal voor de klas vergeet je die dingen weer. Een helder leerdoel geeft zowel de leerlingen als de leerkracht focus.'

Het (gratis) observatie-instrument voor feedback van Fontys is hier te vinden.

Linda van den Bergh en Anje Ros, Begeleiden van actief leren. Theorie en praktijk van zelfsturing en samenwerking. Coutinho, 2015.

Dit artikel is eerder verschenen in de rubriek Onderzoek Kort van Didactief (december 2015).

Click here to revoke the Cookie consent